David Online en Charlie Oneline

Het zijn wel leuke kerels hoor: David en Charlie, maar veel variatie is er niet in onze gesprekken. Eigenlijk zijn het eindeloze dovemansgesprekken…

David is zo’n echte contactgestoorde technologiezeur. ‘Technologie is het helemaal, alleen jammer dat niemand het begrijpt, zodat er niet genoeg in wordt geïnvesteerd. We lopen hopeloos achter en als we op die manier doorgaan, zullen we snel onze voorsprong verliezen.’ Dat soort dingen. David vindt daarom dat er niet genoeg voorlichting kan zijn om ons voortdurend met de neus te drukken op feiten die ons al lang bekend zijn, maar waar we verder geen overdreven belang aan hechten. ‘Warm water is warm, warm water is warm! Is dat niet geweldig? Een warmwatermuseum in het duurste gebouw op de duurste plek van Nederland is dan ook het minste wat je daarvoor kunt doen!’

Natuurlijk ís technologie belangrijk en soms ook fascinerend, maar als ik spinazie lekker vind, dan hoef ik niet zo nodig voortdurend overtuigd te worden hoe gezond spinazie wel is. Sterker: op zeker ogenblik begin ik dat verdacht te vinden, als dat met zo veel kracht moet worden aangeprezen.

Onlangs beleefde David zijn moment de gloire. Opeens begon iedereen te denken dat zijn lines van goud waren. Elk bedrijf dat niets met die kabeltjes deed, kelderde genadeloos op de beurzen. David floreerde. Het leek wel of hij opeens een decimeter gegroeid was.

Maar toen moest zijn zusje Nina W. (die W., van World, had ze onbescheiden als tusseninitiaal aan haar voornaam toegevoegd) het zonodig verpesten. Sindsdien heb ik David niet veel meer gezien. Hij kan wel tegen een stootje, maar op dit ogenblik hoeft hij ons even niet zo.

Charlie dan, die is meestal de leukste van ons drieën, vooral als hij erin slaagt het inderdaad in een zin te zeggen. Zoiets zeurt ook moeilijker. Het probleem met hem is soms het omgekeerde van met David. Altijd maar maar leuk, altijd maar gevat. Maar het legt hem bepaald geen windeieren. In de reclamewereld scoort dat. Soms heeft hij niet eens een hele regel nodig: ‘De Bank; Op een dag…; Das pas lekker’.

Toegegeven, als we discussiëren sta ik meestal meer aan Charlies kant. Vorig jaar stond David bijvoorbeeld hoog op te geven over Levi’s, waar je via het internet je maten kon opgeven en zo precies op jouw maat gesneden broeken kon bestellen. Waarop Charlie: “Een Levi’s-broek, on line ouwe koek!” En toen David hem nog niet door had: “Een Levi’s-jean, in een eeuw geen andere gezien.” Zo hield hij David, die maar door enthousiasmeerde, aan het lijntje: “Spannend zo’n broek. Zo moet je on line aan de lijn.” Maar dat waren twee zinnen, en ook minder ter zake.

Een jaar daarvoor had David nog de lof gezongen van de chipkaart – wat ik hem zelf overigens nooit heb zien gebruiken. Charlie: “Zó’n slimme kaart dat niemand hem door heeft.” Maar een week later zei hij precies het omgekeerde en inderdaad beter: “Slimme kaart, nog slimmere klant.”

Vorige week kwamen we toevallig samen nog eens David tegen, die om ons voor te zijn maar meteen WAP de hemel in prees, de volgende generatie GSM, zeg maar. Het kwam erop neer dat de telefoonmaatschappijen zoveel moeten gaan betalen voor hun vergunning, dat wij als klanten ons het hemd van het lijf zullen moeten betalen om voortdurend op de hoek van elke straat door opdringerige marketeers van hoog tot laag te kunnen worden lastig gevallen: “Bloemist Koos in deze straat heeft een aanbieding!” Zo’n man, die niet meer gewoon zijn keel kan openzetten, zou dat dan van zijn smalle marges moeten betalen! Ik dreigde al helemaal plat te gaan voor dit briljante concept, ware het niet dat het gesprek voor een keer minder voorspelbaar verliep en ook Charlie wildenthousiast reageerde: “Zo’n WAP is natuurlijk het ideale toestel voor one way communicators zoals wij. One-to-one radio, narrowcasting! En natuurlijk ideaal voor wie zelf niets te vertellen heeft!”

David was een half jaar geleden ook helemaal weg van het idee dat we binnenkort in de keuken een aangepast internetcomputertje zullen hebben waarmee we on line recepten zullen lezen of beluisteren. “Diepvriespizza in de magnetron op 3,” riep Charlie gelijk. Helemaal gek werd hij van het idee dat elke bezoeker in het huis van Bill Gates door diens lievelingsmuziek wordt begroet.

“Waar houd jij dan het meest van, Dave?” vroeg Charlie. “Dat hangt ervan af,” antwoordde die zonder verpinken. “Soms klassiek, soms world (maar dat kwam vast door zijn zusje), soms pop.” “Maar die installatie van Bill, die voelt natuurlijk aan de huidvochtigheid van David in welke muzikale stemming hij is,” probeerde ik nog. “Ja, natuurlijk,” zei Charlie, “laten we eens samen gaan en zien wat er dan gebeurt.” Charlie, David en ik samen bij Bill, dat moet inderdaad gelijk een nieuwe muziekvorm opleveren.

dany jacobs

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content