Dacia Logan

Wit product.

Het idee kiemde onder het bewind van Louis Schweitzer, de vorige topman van Renault: een goedkope auto voor de Oost-Europese markt. Een essentiële auto, noemen ze hem bij Renault. Een auto voor de derde wereld, meldde de gespecialiseerde pers toen de plannen bekend raakten. Voor dit project riep Renault een nieuw merk in het leven en moderniseerde een fabriek in Roemenië, alwaar de Dacia Logan wordt gebouwd.

Ondertussen rijdt hij rond. Niet alleen in Oost-Europa, maar straks ook in onze contreien. Het ding bleek namelijk zozeer mee te vallen dat het op onze wegen ook wel zal worden gedoogd, besefte Renault. Daar zijn ze natuurlijk niet over een nacht ijs gegaan. Om te beginnen was de gespecialiseerde pers aanvankelijk nogal sceptisch. En zo ergens in de mooie maand juli leek het fout te lopen, toen de Dacia Logan op zijn dak ging tijdens de beruchte elandtest, een schuif- en slingeroefening die de Mercedes A-klasse tot een mijlpaal in de autogeschiedenis verhief en meteen aan de basis lag van gestandaardiseerde elektronische stabiliteitssystemen als ESP. Bleek in dit geval dat het ongelukje te wijten was aan een intussen opgelost probleem met de velgen, en niet meteen aan het algemene concept van de auto. Geen standaard ESP nodig, dus. Gelukkig maar voor het prijskaartje, want daar was het om te doen: Renault wilde een auto die het zou kunnen slijten tussen 7000 en 9000 euro.

En hoe je dat tegenwoordig doet? Door het ding zo eenvoudig mogelijk in elkaar te schroeven, met zo weinig mogelijk elektronica, en gebruikmaken van bestaande elementen. Zoals het onderstel van de Renault Modus, of de remmen van de Mégane, de versnellingsbak van de Laguna en motoren van de vroegere Clio.

Maar zelfs met beperkte middelen kan je vandaag een zeer behoorlijke auto bouwen. Zo behoorlijk dat hij bij de eerste tests meteen al heel wat argwaan wist uit te vlakken, en het spookbeeld van de rokerig puffende Trabants van weleer geen halve minuut liet overleven.

Slotsom: straks parkeert Renault de Logan ook in de westerse showrooms. Als nieuw alternatief voor tweedehandsauto’s. Als goedkope oplossing voor bedrijven die een auto nodig hebben om dertig keer per dag met een postpakket van site A naar site B te rijden. Voor koeriers, wie weet. En zeer zeker voor gezinnen met een beperkt inkomen. Niet alleen in groeimarkten is er immers vraag naar een goedkope auto. Bij autogrossier Cardoen ging een eerste en vroege lading Logans verrassend snel de deur uit. Onder de motorkap is het kiezen tussen twee benzinemotoren, maar volgend jaar komt er een dieselversie (de 1.5 dCi). Airconditioning, een radio, elektrisch bedienbare ruiten,

Jo Bossuyt