Crock’In houdt de hand op de knip
Een eigenzinnige Nederlandse investeerder en een ingeweken New Yorker kochten afgelopen zomer de voedingsketen Crock’In. Veranderen de twee entrepreneurs het plompe deeg van de gewezen GIB-poot in een knapperig stokbroodje?
Bij broodjesketen Crock’In staat sinds juni een Nederlander aan het roer en dat zullen ze geweten hebben. Kosten besparen, luidt het devies. “Het zemen van de ramen is de helft goedkoper geworden. Voor de schoonmaak willen we één overkoepelend contract. Ook het geldtransport hebben we herzien en de uren van het personeel zijn flexibeler herschikt. Kortom: de bedrijfscultuur van Crock’In verandert. We denken voortaan in kleine getallen.”
Thibaut van Hövell tot Westerflier is de naam van de Nederlander die de nieuwe bezuinigingskoers vaart. Van Hövell ontvangt ons in de broodjeszaak in de Brusselse Luxemburgstraat 23, op een steenworp van het Europees parlement. Het gesprek wordt gelardeerd door drukbezette binnenwippers, die gauw-gauw een hapje meenemen op hun trip door de stad. Van Hövell slaat het tafereel gade. ” Convenience, daar draait het om,” doceert hij. “Klanten graaien hun kopje koffie en hun maaltijd mee. Niemand consumeert of trappelt ter plaatse.”
De nieuwe topman en grootaandeelhouder van Crock’In heeft een wat onorthodox parcours afgelegd. De 33-jarige baron Thibaut Raoul Bayard Nathan van Hövell tot Westerflier werd geboren in Curaçao, woonde in Zeeuws-Vlaanderen maar liep school in België. In 1997 haalde hij een MBA aan Insead en was hij als investment banker aan de slag bij Dresdner Kleinwort Wasserstein. Vandaag beheert Van Hövell het Hollandse investeringsfonds BV BlueFount Investments. Via dat fonds – de nieuwe eigenaar van Crock’In – zoekt hij naar eigen zeggen kleine tot middelgrote bedrijven met potentieel. “Maar ik voel mij veeleer ondernemer dan investeerder.”
Lukt het deze keer met Crock’In? Want de vorige investering in België van de Nederlander was geen succes. Van Hövell was een partner van Maurice De Velder, de verguisde topman van Think-Media. Samen investeerden ze in het inmiddels failliete computeranimatiebedrijf Djungo, het voormalige Imagination in Motion. Van Hövell investeerde via twee Belgische bvba’s in het avontuur: Festina Lente en Belgravia Holding. Door het faliekant afgelopen avontuur zitten beide maatschappijen nu met een negatief eigen vermogen opgescheept. “Die situatie wordt ten laatste eind dit jaar opgelost,” belooft de Nederlander. “Ik ga de vennootschappen gebruiken voor andere investeringen.”
Te lang gerund als een groot bedrijf
Van Hövell kocht Crock’In via zijn Nederlandse investeringsfonds BlueFount Investments. Volgens het financiële-informatiebureau Dun&Bradstreet haalde dat investeringsfonds in het boekjaar 2001 een negatief eigen vermogen en verlies. Maar in de Luxemburgstraat 23 vinden we naast Crock’In sinds half september 2003 ook de 100 %-dochter NV DWInvest. Die voormalige schoenhandel uit het Pajottenland werd naar Brussel verplaatst en telt, naast Van Hövell als gedelegeerd bestuurder, ook Crock’In als een van de bestuurders. “DW Invest verandert weldra in Crock’In Retail,” verklaart Van Hövell. “Het wordt een werkmaatschappij van de holding NV Crock’In. Want via de holding willen we nog andere activiteiten ontwikkelen.”
Crock’In is een voedingsketen met tien winkels in het Brussels Gewest en één in Antwerpen. Het begon negen jaar geleden binnen GIB. De inmiddels danig uitgebeende holding had toen nog kleppers als GB – vandaag Carrefour – Quick en Lunch Garden op stal staan. Crock’In werd opgezet als een sandwichketen met een franchiseformule, maar GIB kon er nooit een succes van maken. In juni 2002 kocht de beursgenoteerde cateringgroep Carestel Lunch Garden. Carestel kreeg Crock’In mee in de schoot geworpen als filiaal van Lunch Garden. De cateraar zocht een overnemer. “We onderhandelden sinds april met Carestel. ING speelde de rol van bemiddelaar,” herinnert Van Hövell zich. “Ik zag meteen brood in Crock’In. Negen jaar lang was erin geïnvesteerd door een grote groep. Crock’In werd gerund binnen de cultuur van het grote bedrijf GIB. Maar Crock’In run je niet zoals je een GB runt. Als je een kleine winkel leidt zoals je een supermarkt beheert, maak je te veel overheadkosten. Crock’In telde te veel mensen met het salaris van een groot bedrijf, terwijl het het ondernemerschap van een klein bedrijf nodig heeft.”
De cijfers bevestigen de analyse van de Nederlander. In het elf maanden durende boekjaar 2002 haalde Crock’In een omzet van 2,513 miljoen euro. Maar op 30 april 2003 sleurde het bedrijf een overgedragen verlies mee van 1,755 miljoen euro. Bovendien kreunde het onder een lening van 1,4 miljoen euro van Lunch Garden. Die kreeg het in juli 2002, na de overname door Carestel. Het resulteerde in een negatief eigen vermogen van 912.233 euro. Carestel moest zijn broze bruid te allen prijze nog wat opsmukken. Net voor de overname werd daarom via een kapitaalverhoging 1,749 miljoen euro in Crock’In gepompt. Daarmee werd een deel van de lening aan Lunch Garden afbetaald en het eigen vermogen werd opgekrikt tot een luttele 6238 euro in het rood.
De Nederlandse zakenman blijft vaag over de overnameprijs. BlueFount Investments kreeg een lening toegeschoven om de overname mogelijk te maken. Volgens de akte in het handelsregister gebeurde er nog geen kapitaalverhoging bij Crock’In.
Tien nieuwe vestigingen
Voor de formule van Crock’In belooft Van Hövell geen al te grote trendbreuk. De leidraad is kosten besparen. Daartoe wordt de aankoop zoveel mogelijk gecentraliseerd, gaat Crock’In één centrale keuken in gebruik nemen en ook aan de logistiek werd gesleuteld. De bestaande winkels krijgen een opsmukbeurt, het logo werd veranderd en het aanbod verbreed.
De investeerder wil ook nieuwe winkels openen, wat zo’n 100.000 tot 125.000 euro per vestiging betekent. “We kijken hoe we in de markt kunnen groeien. Begin 2005 willen we tien nieuwe winkels: vijf in Antwerpen en nog eens vijf in Brussel. Daarnaast willen we ook broodjes leveren aan derden. We willen niet alleen in de winkel verkopen.”
De nieuwe wind die de Nederlander door het bedrijf doet waaien, mist zijn effect niet. Crock’In draait inmiddels weer met winst. Vooral de gedelegeerd bestuurder van Crock’In, de Brusselaar en aandeelhouder Denis Pirard, zal voor een nieuwe dynamiek zorgen. Vanaf 2001 leidde hij in New York de activiteiten van de broodjesketen Le Pain Quotidien, maar sinds een half jaar is hij terug in België. “Het leven is hier aangenamer. Alleen klagen Belgen te veel. Steeds weer hoor je dat het ondernemersklimaat hier slecht is. Dat klopt dus niet. Oké, het personeel is duurder in België, maar het is doorgaans ook beter opgeleid en trouwer. En de huurprijzen voor winkels zijn in de Verenigde Staten tot tien keer duurder.”
Wolfgang Riepl
“Crock’In run je niet zoals je een GB runt. Het heeft het onder-nemerschap van een klein bedrijf nodig.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier