Cannes 2003

Vorige week hadden we het in deze rubriek al over de kaskrakers die dit jaar tijdens het filmfestival van Cannes worden gepresenteerd. Deze keer willen we het hebben over de mededingers naar de Gouden Palm – en dat zijn er nogal wat dit jaar. Arthouse-favorieten zoals Samira Makhmalbaf, Kiyoshi Kurosawa, Raoul Ruiz, François Ozon, Alexander Sokurov, Peter Greenaway, Lu Ye en Vincent Gallo zullen immers in het strijdperk treden met gevestigde namen zoals Bertrand Blier, Lars Von Trier, Clint Eastwood, Gus Van Sant, André Téchiné, Pupi Avati en Claude Miller. Gelukkig moeten we geen rekening houden met de nieuwe films van Cannes-habitués zoals Michael Haneke (‘Le Temps du Loup’), Wim Wenders (‘The Soul of a Man’) en Nanni Moretti (‘Il Grido d’Angoscia’), die dit keer buiten competitie worden vertoond.

Het is de jongste jaren een gewoonte geworden om filmproducties die tijdens het festival hun première kennen kort nadien al in de bioscoop uit te brengen. De gratis reclame en de media-aandacht van Cannes zijn immers mooi meegenomen. Nu de competitie voor de Gouden Palm haar eindmeet nadert – de prijs wordt zondag uitgereikt – komen ook twee potentiële kanshebbers voor de prijs deze week in België uit. Het gaat om ‘Swimming Pool’ van François Ozon en Lars Von Triers ‘Dogville’.

Na zijn eigenzinnige musicalthriller ‘8 Femmes’ komt François Ozon met een psychologische thriller op de proppen. De Franse Fassbinder – van Rainer Werner Fassbinder verfilmde Ozon niet alleen een toneelstuk, hij deelt ook diens manier van werken: veel en snel filmen met een krap budget – buit zijn beperkte middelen steeds in eigen voordeel uit. In ‘Swimming Pool’, waar een Britse schrijfster van succesvolle thrillers (rol van Charlotte Rampling) zich in het Franse landhuis van haar publicist terugtrekt en er wordt geconfronteerd met diens dochter ( Ludivine Sagnier), gaan ogenschijnlijk banale details in zowel decorelementen als verhaalopbouw aan betekenis winnen naarmate de psychologische uitputtingsslag vordert. Ozon lapt de genre-idiomen zoals we die kennen uit de Angelsaksische thriller aan zijn laars. ‘Swimming Pool’ roept in zijn langzame opbouw en sfeer nochtans de sfeer van Somerset Maugham op. Het is Ozons meest toegankelijke prent tot nu toe en, wat ons betreft, een schot in de roos.

De Deen Lars Von Trier scoorde in Cannes al met ‘Element of Crime’ (grand prix technique in 1984), ‘Europa’ (grand prix technique en prijs van de jury in 1991), ‘Breaking the Waves’ (grote prijs in 1996) en ‘Dancer in the Dark’ (Gouden Palm in 2000). Of ook ‘Dogville’ in de prijzen zal vallen, is af te wachten. Na de hypermaniëristische vertelstijl van zijn eerste drie films, volgde de trilogie ‘van het gouden hart’ en keerde Von Trier zich resoluut af van elke gekunsteldheid. Hij was een van de grote pleitbezorgers van de Deense Dogmastijl, waar realisme werd beklemtoond door een gebrek aan technische hulpmiddelen zoals studio’s of extra licht. ‘Dogville’ voldoet aan geen enkele Dogmaregel, want deze film werd volledig in de studio opgenomen. Wat is daar nu zo speciaal aan? Von Trier draaide nagenoeg zonder decor, decorelementen en accessoires.

Zijn cast wordt aangevoerd door Nicole Kidman en bestaat voorts uit Lauren Bacall, Ben Gazzara, James Caan, Philip Baker Hall, Chloë Sevigny en Stellan Skarsgard. In navolging van ‘Dancer in the Dark’ schetst Von Trier in ‘Dogville’ een hard portret van de Verenigde Staten. Hij is nochtans nooit in de States geweest en betreedt geen vervoermiddel dat hij niet via een raam kan verlaten – vliegtuigen zijn dus uitgesloten. Wat het wordt (of geworden is), weten u en ik pas deze week.

Piet Goethals

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content