Bureau Gérard lonkt naar Vlaanderen
In 2004 veranderde Bureau Gérard van eigenaar. En toen werd het plots heel stil rond de Brusselse specialist in winkelvastgoed. Zet de verkoop van een majestueus pand op de Louizalaan de comeback in?
Bureau Gérard? Bestaat dat dan nog?” Het is lange tijd erg stil geweest rond Bureau Gérard. Zo stil dat sectorgenoten zich – al dan niet gemeend – afvroegen of de Brusselse vastgoedmakelaar nog wel operationeel was.
Grégoire Dupont, de nieuwe bestuurder en eigenaar van Bureau Gérard, kan er wel om lachen. Hij heeft het over een bewuste stilte die hij nu doorbreekt met de aankondiging van een belangrijke transactie in het commerciële hart van Brussel. Bureau Gérard bemiddelde met succes bij de verkoop van het grootste pand (nummers 34 tot 46a) in de flessenhals van de Louizalaan. Op het gelijkvloers van het gebouw zijn onder meer Agatha, Furla, Optic Vision, Prange, Georges Rech en Mer du Nord gehuisvest. Ook de hoofdingang van de Louiza Galerij is erin ondergebracht. De koper is de Nederlandse projectontwikkelaar en investeerder Prowinko, die eerder in dezelfde buurt ook al het project tussen Deux Portes en Toison d’Or had verworven.
Consultant wordt vastgoedman
Grégoire Dupont nam Bureau Gérard in 2004 over van de familie Gérard. Dat het bureau sindsdien is weggedeemsterd, ontkent hij: “Ik heb in mijn eerste jaar meteen een omzetstijging kunnen realiseren.” Dat Bureau Gérard niet meer het instituut is dat het ooit is geweest, valt echter moeilijk te loochenen. In de jaren zeventig en tachtig was Bureau Gérard dominant in de niche van het winkelvastgoed. Maar het oer-Brusselse Bureau Gérard vond niet echt een antwoord op de concurrentie van onder meer het internationale Cushman & Wakefield (toen nog Healey & Baker) en de sterke opmars van het eveneens Brusselse I.D.G.
De overname door Dupont, een handelsingenieur met consultancyervaring bij IBM en PricewaterhouseCoopers, werd dan ook op de nodige scepsis onthaald. “Er werden blijkbaar weddenschappen afgesloten over hoelang ik het zou uithouden: zes of twaalf maanden,” vertelt Dupont. “Ondertussen ben ik hier toch al twintig maanden.”
Dupont sleutelde aan de organisatie, wierf twee nieuwe mensen aan en werkt aan de informatisering van het kantoor. Grégoire Dupont. “Bureau Gérard is een familiebedrijf met een lange geschiedenis. Het staat bekend voor zijn uitstekende dienstverlening en het is, zeker in het Brusselse, nog altijd een naam. Die naam gaan we dus behouden. Maar het bedrijf was aan een modernisering toe. Op het vlak van informatievergaring en -verwerking bijvoorbeeld. Daar werken we nu aan.”
Opnieuw in de etalage?
Dupont wil ook meer actief zijn in Vlaanderen. Vandaag werken twee van de tien werknemers exclusief voor de Vlaamse markt; vroeger nam een werknemer heel Vlaanderen voor zijn rekening. “We realiseren nu ongeveer 20 % van onze omzet in Vlaanderen. Gezien het marktpotentieel in het noorden van het land, moeten we dat kunnen opkrikken tot 30 %. Maar Brussel zal wel onze belangrijkste markt blijven. In Vlaanderen kunnen we veel minder terugvallen op onze naam, althans bij investeerders en eigenaars van winkelpanden. De meeste retailers zijn nationale of internationale ketens, en die kennen ons wel.” Een vestiging in Vlaanderen is vooralsnog niet aan de orde. Ondertussen speculeren sommigen dat Bureau Gérard opnieuw in de etalage zou staan. Want kan een kleine, lokale makelaar blijven opboksen tegen het internationale geweld van de grote vastgoedkantoren? Gaat Bureau Gérard misschien dezelfde weg op als IDG, dat begin dit jaar werd overgenomen door de Brusselse vestiging van vastgoedadviseur CBRE? Andere grote kantoren zoals Jones Lang LaSalle of Atisreal, die sterk staan op de kantoormarkt maar weinig actief zijn op de minder conjunctuurgevoelige retailmarkt, zouden wel eens interesse kunnen hebben. “Ik ken die speculaties ook,” reageert Dupont. “Maar ik heb dit bedrijf overgenomen omdat ik mijn eigen business wou uitbouwen in een boeiende sector.”
Laurenz Verledens
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier