Bruggen bouwen voor farma

De beroepsvereniging van de geneesmiddelenindustrie krijgt een nieuwe baas. Met Catherine Rutten heeft opnieuw een jurist het voor het zeggen bij pharma.be. “Ik zie me in de eerste plaats als een bruggenbouwer”, zegt de nieuwe CEO.

De geneesmiddelenindustrie in België telt ruim 32.000 werknemers en is de belangrijkste investeerder in onderzoek en ontwikkeling van ons land. Wie de plak zwaait bij pharma.be, de beroepsvereniging van de farmaceutische nijverheid, is dus een machtig man. Of een machtige vrouw. Want vanaf 1 september neemt Catherine Rutten de fakkel over van gedelegeerd bestuurder Leo Neels.

De nieuwe topvrouw komt niet uit de geneesmiddelenindustrie. Haar carrière voerde haar van de balie naar British Telecom en het BIPT, de Belgische regulator voor de postdiensten en de telecommunicatie. “Ze is vertrouwd met een complexe en gereglementeerde omgeving”, zegt Sonja Willems, de bestuursvoorzitter van pharma.be. “Onze industrie en de beleidsomgeving worden complexer. We denken dat iemand die het samenspel met de stakeholders beheerst en tegelijk bruggen kan bouwen naar de overheid hier op zijn plaats zit.”

“Ik verheug me erop dat ik in de medische sector terechtkom”, zegt Catherine Rutten. “Ik stam uit een doktersfamilie en ik kreeg de zorg voor patiënten van kindsbeen af ingelepeld.”

Leidersfiguur

Het persbericht dat naar aanleiding van de managementwissel werd verspreid, prijst haar talenkennis. Het cv van de nieuwe CEO begint dan ook aan de universiteit van Namen, waar ze de kandidaturen van haar rechtenstudie volgde. Ze studeerde af aan de KU Leuven en trok daarna naar het Europacollege in Brugge en de London School of Economics. “Ik vind rechten een goede basisopleiding, die mogelijkheden biedt om later verscheidene richtingen in te slaan.”

Maar Rutten keek ook verder dan het recht. “Ik houd van een multidisciplinaire aanpak. Projecten waar ingenieurs, juristen en economen moeten samenwerken met technische mensen, vind ik heel interessant.” Haar juridische achtergrond vindt ze daarbij een hulp.

Geen vriendjespolitiek

Van 1994 tot 1997 werkte Rutten bij Loeff Claeys Verbeke — nu bekend als Allen en Overy. Ook Leo Neels was lang een van de partners van dat advocatenkantoor. Toch kenden beide elkaar niet. Rutten was als advocaat aan de Brusselse balie gespecialiseerd in telecommunicatie, intellectueel-eigendomsrecht en mediarecht. Ze behandelde vooral telecomdossiers. “Toen de telecommarkt in januari 1998 werd geliberaliseerd, heb ik voor British Telecom die omschakeling mee voorbereid. Daarna had ik zin om een keer met twee voeten in het bedrijfsleven te staan en stapte ik over naar British Telecom.”

Ze leerde er teams leiden en de regels van het commerciële spel. “Het was een fijne periode”, herinnert Rutten zich. “Zolang ik kan bijleren en vooruitgang kan maken, vind ik een baan de moeite.” Bij British Telecom kreeg Rutten geleidelijk meer verantwoordelijkheid. Ze was verantwoordelijk voor public affairs, toen ze in 2003 werd betrokken bij de hervorming van het BIPT. Nadat die rond was, stapte ze over naar de regulator, waar ze lid werd van de raad die er de lakens uitdeelt. “Ik ben trots op wat we hebben verwezenlijkt”, zegt Rutten. “Dat gaat van dossiers zoals de openstelling van de kabel tot een sterkere controle op de markt en meer aandacht voor de consument. Bovendien is de regulator omgevormd tot een moderne, multidisciplinaire instelling met een grote expertise. De samenwerking tussen de stakeholders is voor België vrij uitzonderlijk.”

Natuurlijke stap

Waarom dan veranderen? “Ik had het gevoel dat mijn taak in de telecom klaar was en ik wilde me behoeden voor een tunnelvisie. En ik denk dat ik mijn ervaring met de overheidssector nu kan meenemen naar de farma. Want een ding kenmerkt mij toch wel: ik wil nuttig zijn voor de maatschappij, liefst in een sector waar een maatschappelijke uitdaging voor de toekomst ligt.”

Rutten relativeert het glazen plafond. “Ik ben het nog nooit tegengekomen”, zegt ze. “Ik neem graag de leiding, maar ik ben een aanhanger van een participatief leiderschap. Ik vind het belangrijk dat iedereen wordt gewaardeerd en de mogelijkheid krijgt om zich te ontwikkelen. Ik kan hameren op resultaten, maar ik ben toch behoorlijk pragmatisch.”

ROELAND BYL, ILLUSTRATIE DAAN ROSSEELS

“Ik wil nuttig zijn voor de maatschappij, liefst in een sector met een maatschappelijke uitdaging”