Boer(inn)en zijn weer sexy
Ongelooflijk maar waar: terwijl de beurzen in augustus bloedrood kleurden, bleef de tarweprijs records aaneenrijgen. Waarom blijven sommige Vlaamse landbouwers dan mekkeren? En zorgt de Nederlandse melkboer René Van Bakel voor een revolutie op de Belgische zuivelmarkt?
Vrijdag 10 augustus, 15 uur. Een terrasje op de Grote Markt van Turnhout, onder een flauwe zomerzon. Tegenover ons zit de Nederlandse melkboer René Van Bakel. De kermis is in opbouw. We drinken een koffie recht tegenover het griezelpaleis. Een heks met pukkels op de vuurrode neus roert in haar reuzenketel. Maar het brouwsel van Nederlander René Van Bakel is zo mogelijk nog wonderbaarlijker.
Van Bakel – met 1200 melkkoeien in Vredepeel de grootste melkveehouder in Nederland – is the talk of the town in het Belgische zuivelwereldje. Sinds 1 juli haalt Van Bakel melk op voor de vrije markt. Sindsdien steeg de prijs voor de Belgische boer met vijf of zes eurocent per liter. Dat is 20 procent meer, omdat er plots concurrentie is op de Belgische markt. Veehouders kunnen vandaag hun melk kwijt aan een nieuwe partij.
Boter, kaas, melk, yoghurt. De prijzen stegen in de winkels tot 50 %. Zuivelproducten zijn plots gegeerd, nadat melkveehouders jarenlang hun producten aan de straatstenen niet kwijt konden. De technici van het Europese landbouwbeleid schatten de prijs vorig jaar nog op 24,2 eurocent voor een liter melk. Dat is onder de productieprijs, die volgens de Nederlandse landbouwuniversiteit van Wageningen 41 eurocent bedraagt. Enkel door de kosten voor arbeid en vermogen van de ondernemer niet mee te tellen – vaak gaat het om familiebedrijven – worden er inkomsten gerealiseerd. Die 24,2 eurocent was nochtans de beste prijs sinds 2001. Vandaag is er echter een wereldwijd melktekort (zie ook kader: Vier oorzaken van een prijsstijging). In Italië wordt nu zelfs tot 48 eurocent voor een liter geboden.
Het offensief van de Hollandse melkboer wordt daarom met argusogen gevolgd. Van Bakel geeft de Vlaamse boeren 40 eurocent voor een liter melk. “Ik geef niet te veel,” zegt hij. “De rest geeft te weinig. De prijsstijgingen waren er al langer, maar de melkverwerkers gaven ze niet door aan de boeren. In de praktijk zien we in België geen enkele fabriek die bij een andere melkverwerker veehouders gaat wegsnoepen. Ik suggereer niet dat er prijsafspraken zijn, maar we zien geen enkele veehouder van de ene fabriek naar de andere gaan. Nochtans zijn de melkprijzen op de vrije markt torenhoog. Er is een gigantisch tekort aan zuivel in de hele wereld. Wij zijn eigenlijk als goede ondernemer in dat gat gesprongen.” De Nederlander heeft ondertussen in België contacten met 80 melkveehouders. In de eerste week van augustus was zijn Belgische handel goed voor 2 miljoen liter melk. Tendens stijgend.
Van Bakel gooide met zijn ophaalacties de knuppel in het Belgische hoenderhok. Zuivelboeren vinden dat de huidige prijshausse (zie ook grafiek: De nieuwe rijken) onvoldoende bij de boer terechtkomt. De boeren leveren aan een coöperatie, maar willen er weg, want de vrije markt biedt meer. “Friesland Foods in Nederland beweert dat men het aantal afhakers op één hand kan tellen. Dat zal dan toch een behoorlijk invalide hand zijn, want ik weet hoeveel er bij ons komen leveren,” telt René Van Bakel.
Wie melkt wie?
Meerhout, 13 augustus. Normaliter zou dit de periode van de hondsdagen moeten zijn. Maar op de ruggen en zwaaiende staarten van de grazende melkkoeien in de weide warmt slechts een milde nazomerzon. De melkveehouders Stefan en Willy Cools in boerderij Ovesteensehoeve zijn niet rouwig om het fletse zomerweer van 2007. Niet alleen het gras, essentieel voeder voor de melkkoeien, groeide feller. Ook geven tevreden koeien meer melk bij milde temperaturen.
Maar bovenal was er het extra zomergeschenk vanuit Nederland: de komst van René Van Bakel. Sinds 1 augustus levert de familie Cools aan de Nederlander. De leveringen aan de vorige verwerker Campina zijn voorbij. Dertig tot veertig melkveehouders in de streek, de Antwerpse Zuiderkempen, volgden het voorbeeld van Cools. “Van Bakel geeft ons 40 eurocent voor een liter melk,” vertelt Willy Cools. “Dat is ongeveer zes eurocent meer dan wat we voorheen konden beuren. Er is nauwelijks concurrentie geweest tussen de melkverwerkers. Maar dat cordon is vandaag doorbroken met de komst van René Van Bakel. Er is weer concurrentie tussen de melkerijen. De druk is enorm groot vandaag. De verwerkers móéten die melk hebben.”
Het bedrijfsverhaal van boerderij Cools is een cocktail van melkquota, continue uitbreiding ondanks wettelijke groeiplafonds, familiaal ondernemerschap, investeringen in nieuwe technologieën en koppige Kempenaars. Trots tonen de melkveehouders de melkinstallatie die ze anderhalf jaar geleden bouwden. Een investering van 600.000 euro, goed om per uur 150 koeien volautomatisch en computergestuurd te melken op een langzaam draaiende rotonde.
Vandaag telt het bedrijf, geleid door Stefan, broer Willy en hun echtgenotes Diane en Els, 300 melkkoeien. Ook Wim, zoon van Stefan en opvolger, werkt mee in het bedrijf. Vader Jos kocht in 1972 de boerderij en begon met 26 melkkoeien. Ondanks de melkquota – een door de Europese Unie in 1984 opgelegde productiedrempel – kon de onderneming groeien. Quota werden gekocht van derden of kwamen op naam van broer Willy of de echtgenotes. “De melkveehouderij werd niet bekeken als een economische sector, maar als een sociale sector. Je zat altijd aan die bovengrenzen vast.” Pas onlangs wijzigde de wetgeving. Op 1 juli werden de quota samengevoegd, de boerderij haalt een jaarlijkse productie van ruim 2,2 miljoen liter.
Maar daar houdt het niet op. “Tegen 2015 willen we van 300 melkkoeien vandaag naar 500. Goed voor 4 miljoen liter melk,” stelt Stefan Cools. Misschien merkwaardig, die uitbreiding. Want het laatste echt goede jaar was 1989. “Toen zaten we ongeveer bij de prijs die we vandaag krijgen. Maar heel de jaren negentig gingen de prijzen achteruit. Tussen 2001 en 2006 kregen we elk jaar een euro minder voor 100 liter melk.”
Maar nu is er de aantrekkende markt. En het fenomeen Van Bakel. Bij Campina noemt Paul Vanhengel, manager melkbeheer en -transport, het een opportuniteit op de korte termijn. “We waarschuwen de melkveehouders die nu elders de melk willen leveren,” zegt hij. “Sommige melkhandelaars zijn immers niet erg duidelijk wat er met de melk zal gebeuren indien vraag en aanbod opnieuw meer in evenwicht komen. Om de belangen van de onderneming op langere termijn te vrijwaren vraagt Campina aan haar melkveehouders dan ook om leveringsovereenkomsten te respecteren. De prijsstijgingen zullen zich op korte termijn vertalen in gevoelig hogere melkprijzen voor de veehouders.”
“Er is wat meer onrust, maar tot op vandaag ( nvdr – dinsdag 14 augustus) heeft geen boer onze coöperatie verlaten,” antwoordt Willy Boon, hoofd coöperatiezaken bij Milcobel, de grootste zuivelverwerker van België. “Als wij onze prijs vergelijken met zestien andere grote Europese melkerijen, betalen wij veruit de beste melkprijs.”
De boer blijft mekkeren…
Het voorbeeld van de Nederlandse melkboer krijgt inmiddels navolging in Vlaanderen. Groepjes veehouders huren een tankwagen, benaderen op eigen houtje de melkfabrikanten. Toch wil men bij de Boerenbond niet van gouden tijden weten. Het is 31 juli, volop zomer. François Huyghe, adviseur van de studiedienst, ontvangt echter onder een dreigende wolkenhemel in het gloednieuwe en ruim uitgevallen hoofdkantoor van ‘s lands grootste boerenorganisatie. “Het heeft in juli veel te veel geregend,” klaagt hij. “Er is veel minder oogst, gemiddeld 1500 kilo graan te weinig per hectare.” De oogst kwam ook te nat binnen, met schimmelvorming als resultaat.
Het zal niet verbazen, de boeren klagen nog altijd. Zelfs bij de huidige recordprijzen. Een kleine rondvraag in het landbouwwereldje levert overigens een erg genuanceerd beeld op. De echte winnaars van de huidige hausse zijn de graanboeren in Duitsland en Frankrijk, die tot duizend hectare telen. Vlaanderen heeft vooral gemengde bedrijven. Wat de linkerhand wint, verliest de rechter. “25 jaar geleden kreeg ik 2,5 euro voor honderd kilo tarwe. Vandaag 1,8 euro. Bovendien zijn de kosten uiteraard gestegen,” telt Josse Peeters – honderd hectare, Huldenberg – zijn centen. “De opbrengsten dit jaar zijn 15 tot 20 procent lager. Het zal dus enkel de meerprijs zijn, die de mindere opbrengst compenseert.”
Richard Eeckhaut – 600 melkkoeien, 45 hectare tarwe en suikerbiet, Oudenaarde – zag de kentering drie jaar geleden komen. “Ik trok met een Roemeense boer naar mijn veld,” zegt hij. “Tarwe was ginds duurder dan bij ons. Er was dus een duidelijke vraag buiten de Europese Unie. De huidige prijzen geven hoop dat het beter zal gaan in de landbouw. Produceren onder de kostprijs is écht wel demoraliserend.”
Wordt dat het lot van de varkenskwekers? De varkenscyclus bereikt dit najaar wellicht zijn dal, en dat in combinatie met een stijgende voederprijs. “We spreken vandaag van een lichte ramp,” klaagt Luc Verspreet, de algemeen directeur van de varkenscoöperatie Covave. In een jaar tijd werden varkens- en pluimveevoeder een kwart duurder, terwijl de verkoopprijs van het geslachte varken in dezelfde periode een tiende goedkoper werd. “Ik heb een gemengd bedrijf van akkerbouw en varkens. Voor de akkerbouwboer is de huidige prijs een zegen. Maar de helft van mijn omzet die ik uit tarwe haal, volstaat niet als compensatie voor de prijsstijging van het varkensvoeder,” zucht landbouwer Johan Blieck uit Veurne.
… maar is toch euforisch
Is dit het typische geklaag en gezaag uit Vlaanderen? Want terwijl de wereldwijde beurzen in de eerste helft van augustus door het middelpunt van de storm raasden, hielden de landbouwgewassen stand. Op de belangrijkste Amerikaanse markt, de Chicago Board of Trade, moest de tarweprijs op 10 augustus weliswaar terrein prijsgeven. Maar op Euronext Parijs (dé graadmeter voor de Europese graanhandel) koerste het product naar een nieuw hoogtepunt van 223,1 euro per ton. Dat is ruim een verdubbeling met een jaar geleden (zie ook grafiek: De nieuwe rijken). Graan is het belangrijkste landbouwgewas. Graan is dus een graadmeter, het vervult een spilfunctie.
Want de boeren mogen dan wel mekkeren, zowat alle kenners van het landbouwwereldje verwachten de volgende vijf jaar hogere prijzen (zie ook kader: Vier oorzaken van een prijsstijging). Of minstens dat het huidige prijsniveau aanhoudt. ‘Landbouwprijzen blijven hoog’ blokletterden studies van OESO en FAO (de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties) in juli in koor. Het jaar 2007 heet een historisch keerpunt: de voortdurende daling van de landbouwprijzen van de afgelopen honderd jaar is voorbij.
Maar alweer leveren diverse belangenverenigingen tonnen materiaal dat de huidige euforie tempert. De graanprijs bereikte in het begin van het nieuwe millennium het niveau van de jaren dertig. Dus een absoluut dieptepunt. “De historisch hoge prijzen zijn niet duurzaam,” waarschuwt de Belgische Confederatie van de Zuivelindustrie in haar jaarverslag. De zuivelprijzen klommen sinds 2003 gemiddeld met 38 %.
Ook de internationale graanhandelaars blijven behoedzaam, ondanks stijgende omzetten. “Voor de handel zijn schommelingen interessant. Beter dan een slome markt,” analyseert Ivo Draye, de voorzitter van Imexgra, de beroepsvereniging van internationale granenhandelaars. “Maar uiteraard verdien je in een volatiele markt enkel geld als je goede posities inneemt.” Zelfs dat is in eigen land twijfelachtig. De graanboer levert aan de handelaar zonder een vooraf bepaalde prijs. Maar die handelaar moet aan zijn verwerker het graan wél leveren aan een vooraf vastgelegde prijs. “De Belgische boer zit in een zetel. Hij verkoopt wanneer hij wil,” bibbert Jean Maertens, de voorzitter van Synagra, de beroepsvereniging van graanhandelaars in eigen land. Maertens vreest dat de handelaar vandaag minder ontvangt van de verwerker dan hij uiteindelijk aan de boer zal moeten betalen.
De Europese landbouwcommissaris Mariann Fischer Boel sleutelt aan oplossingen die de aanbodzijde verruimen. De melkquota worden volgend jaar versoepeld en in 2015 afgeschaft. De verplichte braakligging, die in 1992 werd ingevoerd als weermiddel tegen graanoverschotten, wordt tot volgend voorjaar afgeschaft. De maatregel kan 10 tot 17 miljoen ton extra gaan opleveren (de totale oogst in EU-25+2 leverde 265,5 miljoen ton in 2006). “De huidige schaarste kan snel voorbij zijn,” klinkt François Huyghe, adviseur bij de studiedienst van de Boerenbond, sceptisch. “Pas sinds 2006 zijn er mindere graanoogsten. De graanschaarste zou wel eens snel achterhaald kunnen zijn. We mogen niet vergeten dat granen gemakkelijke teelten zijn.” De Vlaamse boer heeft alvast niet afgewacht. Het effect is al meetbaar in de statistieken. De jongste landbouwtelling, van mei 2007, wijst op een toename van de graanoppervlakte met 2,1 % (zie ook tabel: Vlaanderen landbouwland). En dat is opmerkelijk, want de granen waren gedaald de voorbije jaren.
Wolfgang Riepl
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier