Bijltjesjaar voor de banken
Terwijl er fors geïnvesteerd moet worden in de digitalisering van de dienstverlening, knaagt de lage rente in 2016 meer dan voorheen aan de inkomsten van de banken. Dat kunnen ze enkel opvangen door verder te besparen.
De teneur voor 2016 is eind dit jaar al gezet. BNP Paribas Fortis heeft aangekondigd dat het in de periode 2016-2018 netto meer dan 1000 banen schrapt. Ook ING België haalt het snoeimes boven. Bij de Belgische tak van de Nederlandse bank zouden volgend jaar 50 kantoren sluiten en 185 banen verdwijnen. Net zoals bij BNP Paribas Fortis verdwijnen de banen vooral in de centrale diensten.
Toch mogen we in België niet klagen. Buitenlandse banken die na 2008 niet gesaneerd hebben, moeten nu met enkele jaren vertraging toch het mes zetten in hun activiteiten en in hun personeelsbestand. Bij Deutsche Bank gaan 9000 banen voor de bijl, evenveel als bij Rabobank. De Britse bank HSBC voert de ranglijst aan met een aangekondigde herstructurering die liefst 25.000 arbeidsplaatsen zal kosten.
In België zijn de zwaarste herstructureringen achter de rug. Doordat de Belgische banken bij de eersten in Europa waren om gered te worden, waren ze ook bij de eersten om hun balans af te bouwen, activiteiten te verkopen of stop te zetten, en hun operationele kosten te drukken. Sinds het uitbreken van de financiële crisis zijn al bijna 1500 agentschappen dichtgegaan en is de werkgelegenheid in de Belgische banksector met een kwart gedaald, van 75.000 naar 55.000 arbeidsplaatsen.
Blijven besparen
Toch zal die daling in 2016, en wellicht ook de daaropvolgende jaren, gewoon doorgaan. Dat de banken in België blijven besparen heeft met twee zaken te maken. Er is in de eerste plaats de lage rente en de vlakke rentecurve, die drukt op de rentemarge van de banken. Die rentemarge vertegenwoordigt driekwart van de inkomsten van de Belgische banken.
In 2014 en 2015 konden de banken tijdelijk nog profiteren van de verbrekingsvergoedingen die klanten betaalden om hun woonkredieten te herfinancieren. Dat effect is volgend jaar uitgespeeld. In een structurele lage- renteomgeving wordt het moeilijk de inkomsten en de winstgevendheid op peil te houden.
Dat probleem is acuter voor de kleine en de middelgrote banken, die bijna exclusief afhankelijk zijn van de rente-inkomsten. De grootbanken kunnen nog terugvallen op commissie-inkomsten (uit de verkoop van beleggingen en verzekeringen) en op inkomsten uit zakenbankieren en de financiële markten. Fusies in het segment van de kleine en de middelgrote banken lijken dan ook onvermijdelijk.
Op de tweede plaats staan de banken voor een nieuwe golf van investeringen in de digitalisering van hun bankdiensten. Door het kantorennet af te bouwen en het personeelsbestand te verminderen, lopen de banken vooruit op het kostenbesparende effect van de digitalisering en kunnen ze tezelfdertijd middelen vrijmaken om de omvorming van hun backoffice en IT, en de ontwikkeling van mobiele toepassingen te financieren.
De lage rente dreigt in 2016 ook slachtoffers te maken in de verzekeringssector. Vooral maatschappijen die enkel in levensverzekeringen actief zijn en veel contracten met een hoge gegarandeerde rente in portefeuille hebben, kunnen in de problemen komen. De invoering van de Europese Solvency II-regels en de bijbehorende kapitaalbuffers vormen een horde die niet iedereen vlotjes zal nemen.
Patrick Claerhout
Sinds de financiële crisis zijn al bijna 1500 agentschappen dichtgegaan en is de werkgelegenheid in de Belgische banksector gedaald van 75.000 naar 55.000 arbeidsplaatsen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier