België voortrekker in opleidingen op het werk
Trends Information Services verbindt organisaties met de lezers van en doet een beroep op de specialisten van Roularta Brand Studio voor tekst en illustraties. De inhoud wordt eventueel aangebracht door de partner en valt buiten de verantwoordelijkheid van de redactie.
Het publieke debat over de opleidingsinspanningen van werkgevers en werknemers klinkt vaak negatief. “België doet het veel minder goed dan het buitenland”. “We zijn over de hele lijn gebuisd”. Kijken we specifiek naar de inspanningen van bedrijven, dan blijkt eerder het omgekeerde waar.
Voor gedetailleerde resultaten over de opleidingsinspanningen komen we vaak terecht bij de European Labour Force Survey (LFS) van Eurostat. De bevraging polst bij huishoudens naar hun situatie op de arbeidsmarkt. Voor België voert Statbel de enquête uit onder de naam Enquête naar de Arbeidskrachten (EAK).
Labour Force Survey
De LFS polst bij de deelnemende huishoudens naar een brede waaier aan socio-economische thema’s, waaronder de mate waarin de respondenten deelnemen aan opleidingen. Van de 28 EU-lidstaten halen slechts elf landen op dat vlak een score boven de 10%. In 2007 bedroeg het EU gemiddelde 9,4. In 2017 klom dat gemiddelde naar 10,9%. België evolueerde in die periode van 7,4 naar 8,5%.
Vergelijken we die cijfers, dan scoren enkel de Scandinavische lidstaten (Zweden, Finland en Denemarken) en in mindere mate Nederland en Frankrijk beduidend beter. Frankrijk is trouwens pas een stijger sinds de methodologie in 2012 veranderde. Dat is een indicatie om de LFS als bron met een korrel zout te nemen.
Meer dan een derde volgt jaarlijks een opleiding
Hoe dan ook, uit de LFS blijkt dat België positief evolueert. Het is echter vreemd dat enkel de LFS als bron in het publieke debat opduikt. Andere indicatoren nuanceren het beeld van de LFS. Binnen de schoot van Eurostat vinden we ten eerste al de Adult Education Survey. Dit vijfjaarlijkse onderzoek hanteert een ruimere definitie van opleiding en neemt een heel jaar als referentieperiode. De AES geeft aan dat van alle werknemers in België 38% jaarlijks een opleiding volgt. Daarmee zit België op het Europese gemiddelde.
Als Belgische werknemers problemen zouden ondervinden om levenslang te leren, dan is dat door de band heen niet te wijten aan de inspanningen van de bedrijfswereld.
2,4% van de loonmassa naar opleidingen
Een tweede interessant onderzoek is de Continuing Vocational Training Survey (ook al onder het goedkeurende oog van Eurostat). Deze studie focust als enige uitsluitend op de opleidingsinspanningen van de bedrijven. België komt als topper uit de bus in deze studie. Gemiddeld besteedt een bedrijf in Europa 1,6% van de loonmassa aan opleiding. In België is dit 2,4%. Enkel Frankrijk doet beter.
Inspanningen van de bedrijfswereld
Als Belgische werknemers problemen zouden ondervinden om levenslang te leren, dan is dat door de band heen niet te wijten aan de inspanningen van de bedrijfswereld. Tenzij de Belgische bedrijven dit geld zeer inefficiënt zouden besteden. Aangezien het meestal om eigen centen gaat, mogen we op dat vlak best optimistisch zijn. België als voortrekker wat betreft opleidingen op het werk? Het is een positief geluid dat we maar zelden horen. Niet bij de critici van de opleidingsmogelijkheden, maar jammer genoeg ook niet bij onze beleidsmakers.
Meer over de pijnpunten van de Belgische arbeidsmarkt in ‘Het verdriet van de Belgische arbeidsmarkt’