België boven
De beheerders van de Belgische-aandelenfondsen die het verst durven af te wijken van de Bel-20-index, halen sinds Nieuwjaar het beste rendement.
In de eerste tien maanden van 2016 haalden de fondsen die zich richten op Belgische aandelen een gemiddeld rendement van 0,8 procent. Ze doen dit jaar beter dan de fondsen die aandelen uit heel Europa als beleggingsuniversum hebben. Over drie en vijf jaar realiseerden de Belgische-aandelenfondsen een gemiddelde jaarwinst van 10,9 en 12,7 procent. Helemaal bovenaan in de rangschikking staat C+F Belgian Growth, een fonds uit de stal van Capfi Delen Asset Management (Cadelam), dat veelal wegblijft van platgetreden paden zoals Bel-20-aandelen.
Het fonds van Cadelam presteert beter in tijden dat andere fondsen erg volatiel zijn. Dat komt door de aanwezigheid van veel kleine en minder verhandelde aandelen in de portefeuille. Er zitten zelfs twee niet-beursgenoteerde aandelen in de top tien van de grootste posities: Aliaxis (buizen) en Etex (bouwoplossingen). Die twee aandelen noteren op de Expert Market, de vroegere Openbare Veilingen van de beurs van Brussel, waar de handel nog niet zo lang geleden werd geautomatiseerd. “Wij investeren in bedrijven die een goed businessmodel combineren met een sterk historisch trackrecord, een gezonde balans en een aantrekkelijke waardering, en die nog kunnen groeien”, zegt Luc Van der Elst, senior aandelenanalist bij Cadelam.
C+F Belgian Growth beperkt het gewicht van elke positie tot maximaal 5 procent van de beheerde middelen. Daardoor legt het fonds zich meer spreiding op dan andere fondsen. De Europese regels voor beleggingsfondsen verplichten beheerders het gewicht van een aandeel af te toppen op 10 procent. De som van alle aandelenposities die tussen 5 en 10 procent van de portefeuille uitmaken, mag niet hoger zijn dan 40 procent.
Grote aandelen
Een andere opmerkelijke vaststelling is dat de fondsen die in 2016 het beste presteren, of die de beste beoordeling krijgen van de fondsenkenner Morningstar, de minste Bel-20-aandelen in portefeuille hebben. In het fonds van Cadelam komen slechts twee Bel-20-aandelen voor in de top tien van de grootste posities: Umicore en Ageas. In het België-fonds van AXA zitten er drie: UCB, Ahold Delhaize en AB InBev. In het fonds van Puilaetco Dewaay (Richelieu) zijn dat er vijf: Solvay, Ahold Delhaize, Ackermans & van Haaren, KBC en AB InBev.
Bij drie van de vier fondsen die aan de staart van het peloton bengelen, zitten negen Bel-20-aandelen in de top tien van de grootste posities. Ook die fondsen wijken af van de samenstelling van de Bel-20. De sterindex telt acht à negen aandelen die meer dan 5 procent wegen in de index. Als een beheerder de Bel-20 wil nabootsen in een fonds, zou hij meer dan 70 procent van zijn activa in die grote waarden moeten investeren.
Populaire aandelen
Als we de top tienen van de België-fondsen verder analyseren, merken we dat biotechnologie en vastgoed grotendeels ontbreken, hoewel die erg populair zijn bij particuliere beleggers. De gereglementeerde vastgoedvennootschappen WDP (magazijnen) en Aedifica (rusthuizen) zijn de uitzonderingen. De topposities bieden in feite een blik op het verleden. Wij vroegen de fondsbeheerders naar de Belgische aandelen in hun portefeuille die volgens hen de beste toekomstperspectieven hebben.
De autochipproducent Melexis en de specialist in kankerbehandelingen IBA werden vier keer genoemd. Het zijn twee groeiaandelen, die een hoogtechnologisch tintje hebben, en ze zijn marktleiders op hun markten.
Melexisontwikkelt, test en verkoopt halfgeleiders die vooral worden gebruikt in de autosector. “De snufjes van Melexis beantwoorden aan de wereldwijde vraag naar groenere en veiligere auto’s, die bovendien aangenaam zijn om mee te rijden”, vindt Anne-Catherine Delaye, de beheerder van Richelieu Equities Belgium. Volgens Marco Miserez, beheerder bij Candriam Investors Group, groeit de markt van Melexis elk jaar met 6 tot 8 procent. “De groep presteert bovendien beter dan de markt dankzij haar goede strategie, en de kwaliteit en de reputatie van haar producten.”
Rik Dhoest, beheerder bij Nagelmackers, benadrukt dat de “omstandigheden erg gunstig zijn voor IBA, met meer en meer klinische studies die de voordelen van protontherapie aantonen. IBA heeft technologische oplossingen die kankercellen heel precies aanvallen. Het compacte Proteus One-systeem is minder duur en kan snel worden geleverd.” Het management verwacht een omzetgroei van meer dan 20 procent in 2016. Christophe d’Audiffet, beheerder van BNP Paribas Fund Equity Belgium, vindt dat IBA in een take-offfase zit. “Volgens sommige studies kan protontherapie tegen 2030 worden gebruikt om 30 procent van de kankers te behandelen.”
Intern en extern groeipotentieel
Vijf andere aandelen werden drie keer genoemd: Tessenderlo, Kinepolis, Lotus Bakeries, UCB (of de moederholding Tubize) en vooral AB InBev. De Belgische brouwer heeft volgens hen nog mooie perspectieven in de komende jaren.
Bij Degroof Petercam Asset Management stipt Johan Van Geeteruyen, co-beheerder van DPAM Invest B Equities Belgium, het trackrecord van AB InBev aan “om overgenomen bedrijven efficiënt te integreren en een hogere synergie te realiseren dan verwacht. De appelflauwte van het aandeel na de derdekwartaalresultaten is een uitgesproken instapmoment.” Marco Miserez schat dat de winst per aandeel van AB InBev dankzij de overnamestrategie van de groep de komende vijf jaar gemiddeld met 15 procent per jaar zal stijgen.
Ondanks de sterke koersstijging over de voorbije tien jaar en de hoge waardering van het aandeel zien verscheidene fondsbeheerders nog altijd heil in Lotus Bakeries. Luc Van der Elst wijst erop dat de koekjesproducent “al vele jaren een referentie is onder de kleinere Belgische aandelen, met een intern en extern groeipotentieel dat enorm blijft. Dankzij het familiale aandeelhouderschap zullen er ook geen te dure overnames gebeuren.”
De koers van UCB staat sinds begin dit jaar onder druk “sinds de publicatie van onderzoeksresultaten van het osteoporosemiddel Romosozumab”, zegt Dirk Pattyn, co-beheerder van DPAM Invest B Equities Belgium. “Wij denken dat de bijkomende resultaten die in de eerste helft van 2017 worden gepubliceerd, meer duidelijkheid zullen brengen. Voor de andere gecommercialiseerde producten hebben we een goed zicht op de groei van de winsten van de komende vijf jaar.” Patrick Millecam, beheerder bij Value Square, noemt Tubize, de moederholding boven UCB. “Wij blijven optimistisch door de perspectieven voor de geneesmiddelen van UCB. Via een belegging in Tubize krijgen beleggers een korting van 36 procent op de intrinsieke waarde van de biofarmagroep.”
Bont allegaartje
Patrick Millecam kiest daarnaast voor Tessenderlo “vanwege de aantrekkelijke waardering en omdat ondernemer Luc Tack maar aandelen van de chemiegroep bij blijft kopen”. Volgens Luc Van der Elst is Tessenderlo aan een nieuw hoofdstuk begonnen sinds Luc Tack aan het hoofd van de groep staat. “Er moeten keuzes worden gemaakt in wat een beetje een bont allegaartje aan activiteiten is. Daardoor zal voor de aandeelhouders waarde naar boven worden gehaald.” Van der Elst vindt dat de terugkeer van een dividend een positief signaal zou zijn. Het is geleden van 2012 dat Tessenderlo nog winst uitkeerde aan de aandeelhouders.
Kinepolis slaagt er keer op keer in zijn omzet per bezoeker te verhogen. “De groep probeert het Belgische succes te kopiëren in Nederland, Frankrijk en Spanje”, zegt Anne-Catherine Delaye. “De groep moet nog veel investeringen doen, die vanaf 2017 een impact moeten hebben op de omzet.”
De fondsen die in 2016 het beste presteren, hebben de minste Bel-20-aandelen in portefeuille.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier