Als een kruisraket naar zijn doel
“Ik zie de mondialisering als een historische fase in de ontwikkeling van het marktkapitalisme, met zijn sterke en zwakke punten. Er is geen alternatief. Dat is proefondervindelijk bewezen.”
Deze woorden komen niet van een of andere hoogleraar van de London School of Economics of van de universiteit van Chicago, wel van Pascal Lamy (54), de EU-commissaris voor Handel. De Fransman profileert zich steeds meer als een fervent voorstander van mondialisering en vrijhandel. Het kan vreemd klinken als we kijken naar de recente reactie van de Europese Commissie op de handelsbarrières die de Verenigde Staten tegen de invoer van buitenlands staal willen optrekken. De Commissie heeft vorige week aan de vijftien lidstaten een lijst gestuurd met Amerikaanse producten waarop de Europese Unie hogere invoertarieven kan heffen. Tegenmaatregelen die de Amerikaanse regering tot andere gedachten moet brengen.
Lamy verdedigt zich door te benadrukken dat hij de Wereldhandelsorganisatie ( WTO) achter zich heeft. “Je zou bijna de indruk krijgen dat hij meer aandacht besteedt aan de WTO dan aan de Europese Commissie,” zegt een van zijn naaste medewerkers. Zo waarschuwt hij na bijna elke onderhandelingsronde (Seattle, Doha) dat de WTO “zonder nieuwe impulsen zal wegkwijnen”.
In zijn verdediging van vrijhandel is Lamy een atypische Fransman. Een blik op zijn cv maakt duidelijk dat Lamy eigenlijk voorbestemd was om carrière te maken binnen het typische, etatistische Franse staatsbestel. Hij had de nodige diploma’s op zak ( HEC, Sciences Po, Ecole Nationale d’Administration) en de eerste tien jaar van zijn carrière werkte hij ook in verschillende ministeries. Hij fungeerde begin jaren tachtig als rechterhand van de toenmalige minister van Financiën, Jacques Delors. Toen Delors in 1985 voorzitter van de Europese Commissie werd, nam hij Lamy mee als kabinetschef. Hij viel meteen op door zijn autoritaire optreden. Uit die periode dankt hij zijn bijnaam “Delors- Exocet“, naar analogie van de raketten van Franse makelij die de Argentijnen tijdens de Falkland-oorlog gebruikten. Lamy krijgt nu het etiket “Europese Exocet” opgeplakt: hij gaat recht op zijn doel af. Dat verklaart bijvoorbeeld zijn snelle reactie naar aanleiding van de recente staaloorlog: een kordate veroordeling van het Amerikaans protectionisme, in het belang van de vrijhandel en vanuit een – jawel – sociale bekommernis. Als hij voor globalisering pleit, is dat eerst en vooral uit “bezorgdheid om de Derde Wereld. Het is in hun eigen belang om de grenzen open te stellen voor buitenlandse goederen. Maar dan moeten Europa en de VS wel het goede voorbeeld geven”. Lamy is op dat vlak sinds zijn aantreden in september 1999 zeer beginselvast en duldt in zijn omgeving weinig discussie. Een reputatie die meebrengt dat hij wordt vergeleken met historische figuren als Colbert, de minister van Financiën van Lodewijk XIV, Machiavelli – hij lijkt erop – en de inquisiteur Torquemada.
De perfect Engelstalige Lamy is een van de weinige Fransen die opkijkt naar Tony Blair. “Een anti-Gallische Fransman noem ik hem, al zal hij dat zelf misschien niet graag horen,” zegt Charles Grant, die een boek schreef over Jacques Delors en zijn medewerkers ( Delors: inside the house that Jacques built). “Lamy bracht zijn schoolvakanties steevast in Groot-Brittannië door. Hij is afkomstig uit het rurale Normandië, maar dat betekent bijvoorbeeld niet dat hij zich emotioneel verbonden voelt met de lokale landbouwersbevolking.” Tijdens de Gatt-onderhandelingen over de vrijmaking van de wereldhandel was Lamy van oordeel dat zijn baas Delors zich wat te sterk profileerde als verdediger van de Europese – en vooral Franse – landbouwbelangen.
Ook in het dagelijks leven is Lamy zeer on-Frans. Hij leeft spartaans (“recepties en diners zijn tijdverlies”), houdt van schimmelkaas, chocolade, een zeldzaam glaasje wijn en vooral brood. “Ik mis geen enkele maaltijd, maar dat betekent wel dat ik mij wegens tijdgebrek beperk tot enkele sneetjs bruin brood.” Hij zweert ook bij zij dagelijkse jogging, want Lamy is een marathonloper (met een persoonlijk record van drie uur en twintig minuten).
Een sober man dus. Dat imago heeft er mede voor gezorgd dat zijn politieke carrière nooit van de grond gekomen is. Met de steun van zijn politieke vrienden van de PS heeft hij in 1993 in Eure, in zijn thuishaven Normandië, een gooi gedaan naar een parlementszetel. Zonder succes. De banden met de partij zijn echter onaangetast. Als student was Lamy al actief in linkse kringen, maar hij heeft nooit deelgenomen aan de revolte van 1968. Grant: “Hij had immers maar één doel voor ogen: zo vlug mogelijk aan zijn mars door de instellingen beginnen. Of hij nog op nationaal vlak politieke ambities koestert, is niet duidelijk. Soms wordt hij genoemd als een van de topministers wanneer Lionel Jospin tot president zou worden verkozen, maar dat lijkt me weinig plausibel. Hij kan meer werk verrichten als bruggenbouwer tussen de Europese Commissie en de regering van een van de grootste lidstaten.”
Bruggenbouwer: dat is Lamy ook met het old boys-netwerk uit zijn studententijd. “Als enarque houdt hij contact met de andere alumni van de Ecole Nationale d’Administration,” zegt een intimus. “Hij heeft daar trouwens samen gestudeerd met Martine Aubry, de dochter van Delors. En in het huidige debat rond de staalexport is er een rechtstreekse lijn naar de top van de Europese staalreus Arcelor, bevolkt met enarques zoals covoorzitter Francis Mer.”
Die verwevenheid tussen bedrijfsleven en politiek is Lamy in het verleden bijna fataal geworden. Als rechterhand van Delors kwam hij een paar keer in opspraak. Begin jaren negentig ontliep de Franse zuivelfabrikant Fléchard een boete van miljoenen euro’s. Lamy zou daarvoor persoonlijk tussenbeide zijn gekomen, maar hij wist zich eruit te praten.
Na het vertrek van Jacques Delors bij de Europese Commissie moest Lamy het zieltogende Crédit Lyonnais herstructureren en de privatisering voorbereiden. Toen hij aantrad als Europees commissaris doken geruchten op als zou hij daarbij gebruik hebben gemaakt van zijn invloed bij de Commissie. Ook hier kletste hij zich uit. Hij was er tenslotte in geslaagd een symbool van het Franse staatskapitalisme erbovenop te helpen en aan te passen aan een moderne markteconomie.
Alain Mouton [{ssquf}]
“Lamy besteedt bijna meer aandacht aan de WTO dan aan de Europese Commissie.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier