Alles op zijn looptijd
Als u een hypothecaire lening afsluit en kiest voor een langere looptijd, worden de maandelijkse aflossingen goedkoper. Maar dat heeft een keerzijde: hoe langer u leent, hoe meer intresten u moet betalen. Hoe bepaalt u de optimale looptijd van uw lening?
Als reactie op de hoge vastgoedprijzen lanceerden de banken enkele jaren geleden hypothecaire leningen met langere looptijden. Zowat elke financiële instelling biedt vandaag woonkredieten aan die kunnen worden terugbetaald over een periode tot 30 jaar. Doordat de lener de terugbetaling kan spreiden over een langere periode, vallen zijn maandelijkse aflossingen lager uit en kan hij zijn gezinsbudget beter in evenwicht houden.
Toch is niet iedereen te vinden voor zo’n lange looptijden. Bij KBC bijvoorbeeld maken kredieten over 30 jaar slechts 10 procent van de leningen uit. Bij Landbouwkrediet en Centea vertegenwoordigen ze slechts 7 procent van het totaal, terwijl leningen met een looptijd tussen 20 en 25 jaar er het meest in trek zijn. AXA merkt verschillen naargelang het doel van het krediet: klanten lenen minder lang voor verbouwingen dan voor de aankoop van een woning of een nieuwbouw. Ook BNP Paribas Fortis stelt dat vast: de looptijd voor renovaties bedraagt 15,5 jaar, tegenover 21,5 jaar voor een aankoop en een nieuwbouw. “Klanten die een voldoende ruime terugbetalingscapaciteit hebben, vermijden lange looptijden van 25 en 30 jaar”, constateert Chantal Gelders van ING België.
De gemiddelde looptijd stijgt
De gemiddelde looptijd van de hypothecaire kredieten die werden afgesloten bij Belgische banken schommelt tussen 19 en 21,5 jaar (zie tabel). BNP Paribas Fortis is de enige financiële instelling die de gemiddelde looptijd de afgelopen tijd heeft zien afnemen – weliswaar met slechts drie maanden ten opzichte van 2010. Volgens de bank is dat een gevolg van de stijging van het aantal renovaties, waarvoor minder lang wordt geleend. Bij Landbouwkrediet en Centea is de looptijd het sterkst gestegen: hun klanten lenen gemiddeld twee jaar langer dan tien jaar geleden. De instelling schrijft die evolutie vooral toe aan de stijging van de vastgoedprijzen tussen 2001 en 2008.
Aan u de keuze
De ideale looptijd bestaat niet. Om te bepalen welke afbetalingstermijn u het beste kiest voor uw hypothecaire krediet, moet u rekening houden met verschillende factoren, zoals uw leeftijd, het bedrag dat u wilt lenen, het renteniveau, uw financiële ruimte en uw fiscale situatie. Ook het psychologische aspect is belangrijk: hoe voelt u zich erbij dat u zich bijvoorbeeld voor 30 jaar verbindt aan uw bank?
“Jongeren lenen over een langere termijn dan oudere klanten,” zegt Kim Cauberghs van BNP Paribas Fortis. “Ze gunnen zich voldoende financiële ruimte. Toch stellen we vast dat veel cliënten een lening die ze bijvoorbeeld voor 25 jaar zijn aangegaan, sneller afbetalen. BNP Paribas Fortis biedt daarom een soepel woonkrediet aan waarvan de kredietnemer de duur kan inkorten. Zo kan hij zijn maandelijkse afbetalingen aanpassen aan zijn financiële situatie. In de toekomst willen we de financiële toestand van onze kredietnemers volgen en hen proactief voorstellen doen om de looptijd van hun woninglening te verkorten. Daardoor betalen ze op termijn minder intresten terug.”
Sommige leners kiezen voor een specifieke looptijd voor hun hypothecair krediet. Ze opteren bijvoorbeeld voor een termijn van 18 jaar, tot net voor hun pensioen, omdat ze tegen die tijd geen schulden meer willen hebben.
Langer lenen is duurder
Langer lenen is duurder, want hoe langer u leent, hoe meer intresten u moet afdragen. Nadat u een hypothecaire lening hebt gesloten, lost u elke maand een deel van het kapitaal af en stort u een deel intresten. Aan het begin van een klassiek krediet betaalt u vooral rente en lost u weinig kapitaal af. Door de jaren stijgt het aandeel van de kapitaalaflossingen, terwijl dat van de rente afneemt. Hoe langer de looptijd van de lening, hoe trager het rentegedeelte dus krimpt.
Een voorbeeld: Jan en Bieke lenen 200.000 euro. Ze kunnen bij hun bank lenen tegen een vaste rentevoet van 3,93 procent als ze opteren voor een looptijd van 15 jaar. De mensualiteit – het bedrag dat ze maandelijks afbetalen – bedraagt in dat geval 1465 euro. In totaal lossen ze dan over 15 jaar 63.776 euro aan intresten af. Hun gezamenlijke inkomen bedraagt echter 3600 euro. Omdat ze maximaal een derde van hun inkomsten aan hun lening willen besteden, hebben ze slechts ruimte voor een maandelijkse afbetaling van 1200 euro. Daarom overwegen ze te kiezen voor een langere looptijd.
Opteren ze bijvoorbeeld voor een termijn van 30 jaar, dan is de rentevoet een stuk hoger: 4,87 procent. Ze moeten dan elke maand 1045 euro aflossen, wat beter in hun budget past. Maar na 30 jaar zullen ze 176.218 euro aan intresten hebben betaald – een verschil van 112.442 euro tegenover de lening over 15 jaar. Door de looptijd te verdubbelen, hebben ze de mensualiteiten verminderd met ongeveer een derde, maar ze moeten wel 175 procent meer rente betalen.
De fiscale aftrek
Kredietnemers hebben tot een bepaald bedrag – 2200 euro per medelener voor het inkomstenjaar 2012 – recht op een belastingvermindering voor de intresten, de kapitaalaflossingen en de premies van hun schuldsaldoverzekering. Sommige banken gebruiken dat belastingvoordeel als een argument om langlopende kredieten te verkopen. Maar doorgaans wegen de lasten van de extra intresten niet op tegen de baten van de fiscale aftrek.
Bovendien kunt u de premies van een individuele levensverzekering fiscaal niet in mindering te brengen zolang u een hypothecaire lening terugbetaalt. De kapitaalaflossingen en de intresten van een hypothecaire lening en de premies van de schuldsaldoverzekering hebben voorrang op de premies van een individuele levensverzekering. Denk er ook aan dat u een voldoende hoog belastbaar inkomen moet hebben om van die belastingvermindering te kunnen genieten. Valt uw inkomen na een tijd onder een bepaald niveau en betaalt u daardoor weinig of geen belastingen – denk aan een laag pensioen of ziekte- en invaliditeitsuitkeringen – dan levert uw hypothecaire lening minder of geen belastingvoordeel op.
“Kredietnemers moeten hun fiscale ruimte zo goed mogelijk benutten,” zegt Stef Leunens van KBC, “maar niet alle cliënten hebben die ruimte”. “Wie een hypothecaire lening afsluit, moet er rekening mee houden dat de fiscale regels altijd kunnen veranderen”, stelt Leo De Roeck van Landbouwkrediet en Centea. “De correcte inpassing van de leningslasten in het gezinsbudget blijft dan ook het belangrijkste criterium bij de keuze van de looptijd. Het fiscale aspect is minder relevant.”
ROEL VAN ESPEN
“De correcte inpassing van de leningslasten in het gezinsbudget blijft het belangrijkste criterium bij de keuze van de looptijd. Het fiscale aspect is minder relevant” – Leo De Roeck, Landbouwkrediet en Centea
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier