Advoccountants azen op het middensegment

Hans Brockmans
Hans Brockmans redacteur bij Trends

Alle Big Four-consultants werken sinds deze maand weer met een Belgisch advocatenkantoor. Na het verbod van de balie van tien jaar geleden, is dit de heruitgave van ‘advoccountants’.

Begin oktober werd een deel van de legal services van PwC ondergebracht bij het zelfstandige advocatenkantoor Law Square. Zo zijn alle Big Four weer nauw verbonden met een advocatenkantoor. Ernst & Young België werkt sinds 2010 met HVG. KPMG volgde een jaar later met K Law. Trends peilt naar de toekomst van de tweede versie van de multidisciplinaire praktijken (MDP) bij advocaten die ooit werden gedwongen ermee te stoppen.

MDP-crash na Enron

De advocatenkantoren Lawfort (PwC), K Legal (KPMG) en Peeters Advocaten (E&Y) stopten tien jaar geleden hun samenwerking met de accountants. Dat gebeurde na een verbod van de balie op MDP, later verbroken door Cassatie. Het veto was een gevolg van de Enron-crisis in 2001 en de crash van zijn bedrijfsrevisor Arthur Andersen, waarmee Caesteckers & Partners samenwerkte. Deloitte bleef nauw samenwerken met het kantoor Laga (zie kader Laga, de overlever).

“Het succes van Laga deed de rest van de Big Four weer het nut van dit businessmodel inzien”, zegt Steven De Keyser van Bignon De Keyser, een consultant voor advocatenkantoren. “De stopzetting van de structurele samenwerking met de advocaten was een overreactie van de consultants, maar paste in de tijdsgeest.”

De Keyser weet waarover hij spreekt. Hij werkte toen bij het advocatenkantoor Caesteckers & Partners, dat grotendeels opging in wat nu DLA Piper is. Ook Wouter Neven is een oud-strijder van de MDP. Hij is managing partner van Lydian. Dat was ooit gestart als samenraapsel van door KPMG geheadhunte experts die onder zijn paraplu opereerden als Lontings Advocaten.

“Ik geloof niet meer in MDP”, zegt Neven. “De Big Five, nu Big Four, gebruikten de advocaten voor het zakensegment dat ze zelf links moesten laten liggen, het juridisch advies en de afhandeling van rechtsgeschillen. Het MDP-model was voor advocaten niet eenvoudig. Te veel dossiers kwamen binnen via de bedrijfsrevisoren. Dat stond soms de onafhankelijkheid in de weg. Nu is dat risico kleiner geworden, omdat in België de one to one-rule bestaat. Een bedrijf mag niet meer betalen voor de erelonen van andere consultants dan de bedrijfsrevisor binnen hetzelfde kantoor.”

Lydian is vandaag een kantoor dat sterk staat in het middensegment van de zakenadvocatuur. Met Lawfort (PwC) liep het heel wat minder goed af. Dat kantoor, in 1997 opgericht als Bogaert & Vandemeulebroeke, werd in 2008 vereffend, nadat de partners een na een waren vertrokken. De reeks werd ingezet in 2003 met het vertrek van medeoprichter Geert Bogaert. “We waren met wereldwijd 4000 advocaten gewoon te klein tegenover 220.000 PwC-consultants”, herinnert die zich. “De consultants hadden geen benul hoe advocaten werkten. Het feit dat zij bijvoorbeeld geen toegang kregen tot onze documenten, vonden ze ongehoord. We stonden op onze strepen, omdat elke advocaat zijn beroepsgeheim extreem respecteert.”

Gebundeld advies

Zijn confrater Patrick Waeterickx, actief bij Monard-D’Hulst, blijft een believer. “Klanten vragen gebundeld advies”, zegt de specialist strafrecht. “In financiële strafzaken is de samenwerking met een fiscalist of bedrijfsrevisor erg nuttig. Als advocaat kan je veel leren in een MDP. Dat geldt ook in fiscale dossiers, want een advocaat kan al te theoretische constructies die voor een rechtbank geen kans maken, snel doorprikken.”

Lawfort ging volgens Waeterickx ten onder omdat het te ambitieus was gegroeid en in tegenstelling tot Laga nog jong was. “Manchester United groeide gestaag tot een topploeg. Wij leken wel Manchester City waar een rijke Arabier een zak geld op tafel legde om die later weg te pakken. Dan stuikt een structuur ineen. De nieuwe MDP’s kunnen van onze fout leren: wees bescheiden en groei traag.”

Leo Peeters is de naamgever van het kantoor Peeters & Partners, dat tien jaar geleden behoorde tot de E&Y-stal. Hij staat nog altijd achter de filosofie van de MDP. “De integratie van cijferberoepen, fiscalisten en advocaten heeft nog altijd veel potentieel, in tegenstelling tot het zuiver juridisch advies dat soms niet praktisch is voor een bedrijf. Een alleenstaande juridische constructie over royalty’s kan bijvoorbeeld fiscaal worden afgestraft. Lateraal denken stimuleert de creativiteit.”

“Wat wil je, de beste loodgieter en de beste schrijnwerker, of een goede aannemer die alles coördineert?”, stelt De Keyser. “In het eerste geval loop je het risico dat iedereen naar elkaar wijst als er fouten gebeurd zijn. Hetzelfde geldt bijvoorbeeld bij een grote, internationale reorganisatie. Niet alleen de arbeidsrechtelijke, maar ook de organisatorische en fiscale aspecten moeten in een advies aan bod komen. Gebundeld advies is een goede businesscase.”

“De klant wil een advies dat niet meer afgetoetst moet worden om te weten of het haalbaar is in de rechtbank, fiscaal niet optimaal is of niet werkbaar in de bestaande organisatie”, zegt Peeters. Zijn kantoor viel na de scheiding met E&Y uiteen. “De advocaten leefden te veel op referrals van E&Y”, zegt Peeters, die tot 1996 zelf legal consultant was bij E&Y. “Het bestond te kort om economisch leefbaar te zijn, bij gebrek aan een groot commercieel netwerk. Een paar jaar langer, en we hadden kunnen overleven.”

Cultuurclash

Ook in de MDP schortte een en ander. “Er was een cultuurclash tussen de individuele advocaten, die stonden op hun autonomie, en de geoliede machine van de Big Five die zeer hiërarchisch dacht”, weet Peeters. “In Nederland lukte de integratie beter, omdat onze noorderburen bereid zijn hun ego wat te milderen als de klant erbij wint. Wij zijn toch iets Latijnser, individualistisch.”

Een ander probleem is de hefboom, het gemiddeld aantal medewerkers per vennoot. Bij de Big Four was dat dikwijls een op de tien, bij law firms een op de vijf. “Een jonge jurist met weinig doorgroeikansen, zal — op kruissnelheid — geneigd zijn de MDP te verlaten”, weet Bogaert.

De Keyser verwacht daarom een andere aanpak van de MDP. “Toen was het een eenheidsworst, met dezelfde structuur en verloning voor iedereen. Vandaag hebben we geleerd uit de fouten en is er meer flexibiliteit. Elke beroepsgroep moet op zich rendabel en gestructureerd zijn. De grootste hinderpaal is de commerciële geest van de advocaat. Stel dat een advocaat een lead heeft en de MDP meldt dat een opdracht voor die klant onverenigbaar is met andere werk van het kantoor. Dat is erg frustrerend. Deze praktijk bestaat ook bij grote internationale advocatenkantoren, wat ambitieuze medewerkers er soms toe aanzet om ze na enkele jaren te verlaten.”

Geert Bogaert vult aan. “Meer dan twee derde van de advocaten bij Lawfort was overgestapt van PwC. Zij waren gewend dat de klant — meestal een collega van een andere beroepsgroep in de organisatie — naar hen kwam, niet andersom. Een advocaat beschouwt zich echter nooit als personeel van zijn kantoor.” Een anonieme collega vult aan. “Wij advocaten werkten tot laat in de avond. Plots viel de airco uit. De werktijd zat erop voor de consultants.”

Maar misschien is de tweede versie van het MDP-model net daarom beter geschikt voor de nieuwe generatie advocaten. “Niet alle jonge advocaten zijn potentiële rainmakers van de Linklatersen en Allen & Overy’s van deze wereld”, schetst De Keyser. “De generatie Y-juristen voelen zich misschien wel beter in hun sas met degelijk onderbouwd advies aan klanten die worden aangebracht door de Big Four.”

Volgens de consultant is niet alleen de bundeling van advies de drijfveer achter de heropleving van de MDP. De Big Four worden steeds meer ingeschakeld als onafhankelijke toetssteen voor de aandeelhouders van een bedrijf of de overheid. “De Big Four bieden topwerk in belasting- en managementconsultancy. Geen van de vier pretendeert dat hij het beste juridisch advies geeft. Maar ze hebben wel goede praktijkjuristen nodig om hun corebusiness te staven. Die advocaten moeten dus ook ervaring opdoen op het terrein en een eigen klantenbestand opbouwen.”

“De MDP’s zullen geen bedreiging vormen voor full service– of nichetopkantoren, als Linklaters of Claeys & Engels. Wel voor het advocatenkantoor om de hoek. Het middensegment van de zakenadvocatuur voelt voor het dagelijks juridisch werk al de hete adem in de nek van advieskantoren, zoals Acerta en SD Worx. Voor algemeen juridisch werk vinden ze nu de Big Four weer op hun weg. Zij hebben de middelen om goede jonge mensen aan te trekken, een netwerk en rigide procedures. De herrijzenis van de MDP is een wake-upcall voor de lokale, klassieke advocatuur.”

HANS BROCKMANS

“Wij advocaten werkten tot laat in de avond. Plots viel de airco uit. De werktijd zat erop voor de consultants”

“Veel advocatenkantoren zijn een Mexicaans leger met briljante individuen, die node onderlinge afspraken maken” Hilde Laga

“De herrijzenis van de MDP is een wake-upcall voor de lokale, klassieke advocatuur” Steven De Keyser

“Lateraal denken stimuleert de creativiteit” Leo Peeters

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content