Aanzienlijke beperking teruggaaftermijn

Ook bij teruggaaf van btw aan ondernemingen die buiten de Europese Unie gevestigd zijn, is de termijn voortaan bijzonder kort.

Btw-plichtigen hebben recht op recuperatie van de btw die zij aan hun eigen leveranciers of dienstverrichters betalen. Dit recht op recuperatie behoort tot de essentie van het btw-stelsel. Het is immers de bedoeling dat de btw slechts een kostprijselement wordt, op het ogenblik dat de fase van het eindverbruik wordt bereikt. Zolang men zich niet in die fase bevindt, mag de btw (in principe) niet drukken op de kostprijs van goederen of diensten. Dit wordt gerealiseerd door aan btw-plichtigen de belasting terug te betalen die zij verschuldigd waren op het ogenblik dat zij zelf goederen of diensten hebben afgenomen.

Dit recht op recuperatie van de betaalde voorbelasting kent geen landsgrenzen. Al wie de hoedanigheid heeft van btw-plichtige heeft in principe recht op recuperatie van de betaalde voorbelasting, ongeacht waar hij gevestigd is. Binnen of buiten België heeft geen belang. Binnen of buiten de Europese Unie evenmin. Neem bijvoorbeeld een Australiër of een Congolees. Zodra hij geregeld en zelfstandig goederen levert of diensten verricht, heeft hij in principe de hoedanigheid van btw-plichtige. En heeft hij dus ook recht op recuperatie van de betaalde voorbelasting.

Zolang onze Australiër of Congolees niet met de Belgische btw in aanraking komt, blijft dit recht uiteraard dode letter. Maar stel dat hij om een of andere reden Belgische btw betaalt; bijvoorbeeld omdat hij in België gedurende een korte periode een auto huurt. De betaalde btw komt dan voor recuperatie in aanmerking (zij het slechts voor maximaal de helft, omdat de Belgische btw-wetgeving de recuperatie van btw op autokosten in de algemene regel beperkt tot maximaal de helft).

Ten aanzien van btw-plichtigen die in België gevestigd zijn, gebeurt de recuperatie van de betaalde voorbelasting normaal gezien via het stelsel van de aftrek van de voorbelasting. Die aftrek wordt toegepast in de periodieke btw-aangifte: de btw-plichtige brengt de btw die voor recuperatie in aanmerking komt, in zijn aangifte in aftrek van de btw die hij zelf aan de Belgische Schatkist verschuldigd is (en die hij ontvangen heeft op de leveringen van goederen of diensten die hij zelf heeft verricht).

In het buitenland gevestigde btw-plichtigen die in België geen periodieke btw-aangiften indienen, kunnen hun recht op recuperatie niet uitoefenen via het stelsel van de aftrek van de voorbelasting. Bij hen gebeurt de recuperatie via het stelsel van de teruggaaf van de betaalde btw. Zij moeten die teruggaaf uitdrukkelijk aanvragen.

Wat btw-plichtigen betreft die in de Europese Unie gevestigd zijn, is dit stelsel van teruggaaf sinds begin dit jaar aanzienlijk vereenvoudigd. In twee woorden gezegd: de teruggaafprocedure verloopt sindsdien volledig elektronisch (er komt geen papieren aanvraag meer aan te pas). En nog belangrijker: de rechthebbende moet de teruggaaf niet meer aanvragen in de lidstaat waar hij de btw heeft betaald. Hij dient voortaan zijn aanvraag in bij zijn eigen nationale belastingadministratie. Die leidt de aanvraag nadien door naar haar zusteradministratie in de andere Europese lidstaat. Neem bijvoorbeeld een Belgische btw-plichtige die Italiaanse btw heeft betaald. Voorheen moest hij die btw terugvragen in Rome. Sinds 1 januari wendt hij zich daarvoor tot Brussel.

De nieuwe regeling is niet enkel rozengeur en maneschijn. De versoepeling van de teruggaafprocedure gaat immers gepaard met een inkrimping van de aanvraagtermijn. Vroeger had men ongeveer drie jaar tijd om teruggaaf te vragen van de btw die men elders in de Europese Unie had betaald. Sinds begin dit jaar is die termijn aanzienlijk korter. Voortaan heeft men nog slechts tijd tot 30 september van het kalenderjaar dat volgt op het jaar waarin de btw verschuldigd werd.

Voor btw-plichtigen die buiten de Europese Unie gevestigd zijn, is de teruggaafprocedure in vergelijking met vroeger ongewijzigd gebleven. Eerst zag het ernaar uit dat ook de termijn om teruggaaf te vragen bij hen ongewijzigd zou blijven (drie jaar). Maar dit zou dan betekenen, dat zij over veel meer tijd zouden beschikken dan hun collega’s die binnen de Europese Unie gevestigd zijn (en waarvoor de termijn aanzienlijk beperkt werd). Om die dreigende discriminatie in de kiem te smoren, is inmiddels beslist ook de termijn ten aanzien van niet-ingezetenen van de Europese Unie te beperken tot 30 september van het jaar volgend op het jaar waarin de terug te geven btw verschuldigd werd.

DE AUTEUR IS ADVOCAAT EN HOOFDREDACTEUR VAN FISCOLOOG.

Jan Van Dyck

De termijn om het verzoek tot teruggaaf in te dienen is nu voor iedereen aanzienlijk korter.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content