Zeven uitspraken over inflatie die de wenkbrauwen doen fronsen
In september is de Belgische inflatie gestegen van 9,94 naar 11,27 procent, het hoogste niveau sinds 1975. We verzamelden zeven uitspraken van grote denkers, die inflatie in een ander daglicht plaatsen.
Een aantal economen en beursveteranen lieten zich heel recent – of in nog niet zo ver vervlogen tijden – kritisch uit over het beleid van de centrale banken.
1. Kun je dit wel inflatie noemen?
Adam Tooze, professor economische geschiedenis aan Columbia University, in een interview dat op 6 oktober in Trends verschijnt
“Dat is een empirische vraag en om die te beantwoorden, moeten we naar de data kijken. In Europa wijzen die erop dat het overgrote deel van de schok te wijten is aan de aanbodkant, met name energie. Dus daar zal die inflatie-opstoot vooral tijdelijk zijn. In de rest van de Europese economie zijn er weinig tekenen van een verhitte vraag of een opwaartse loondruk. De Europeanen zouden gerust mogen zijn. De vraag is zelfs of je dit inflatie kunt noemen en we niet beter spreken van prijsverhogingen van voedsel en energie, die vooral het leven van de lagere inkomens onhoudbaar maken, maar geen algemeen inflatieprobleem veroorzaken. Echte inflatie is een algemene beweging in de prijzen én in de lonen.”
2. De inflatie is eigenlijk al gestopt
Jeremy Siegel, professor aan Wharton, de businesschool van de University of Pennsylvania op CNBC
“Een jaar geleden gingen in september alle grondstoffenprijzen pijlsnel hoger, de huizenprijzen stegen in het snelste tempo in de naoorlogse geschiedenis. Toen zegden de bestuurders en de voorzitter van de Amerikaanse centrale bank dat ze geen inflatie zagen, en ze zagen dus ook geen noodzaak om de rente op te trekken. Nu al diezelfde grondstoffen- en activaprijzen naar beneden tuimelen, zien ze plots wel een koppige inflatie die bestreden moet worden met renteverhogingen tot eind 2023. Dat is totaal niet logisch. Het monetair beleid is veel te strak. Veel te strak. Je moet dat niet allemaal doen om inflatie te stoppen, want de inflatie is eigenlijk al gestopt. De olie staat weer op het niveau van januari 2022.”
Jeremy Siegel voorspelde bovendien correct dat de S&P CoreLogic Case-Shiller National Home Price-index op 27 september voor het eerst in jaren een daling van de Amerikaanse huizenprijzen zou laten zien. De gemiddelde huizenprijs viel voor het eerst sinds januari 2019 met 0,3 procent terug in juli. De professor merkt op dat die index met vertraging toont wat op de grond gebeurt. “Het enige wat nog niet naar beneden gaat, zijn de lonen. Die zijn aan een inhaalbeweging bezig. De werknemers proberen een stukje terug te winnen van de inflatie die we het voorbije jaar hebben gezien. Dat is een achterlopende indicator”, waarschuwt Jeremy Siegel. De professor vreest dan ook dat de Amerikaanse centrale bank een grote vergissing begaat.
3. Je hebt meer dan 2 procent inflatie nodig
Brad DeLong, professor aan UC Berkeley, in Fortune
“Je hebt inflatie nodig, om het blad om te slaan naar een nieuwe economie en werknemers te overtuigen te gaan werken in sectoren die groeien en betere lonen betalen. We willen graag snel terug een volledige tewerkstelling, maar een andere tewerkstelling. Minder medewerkers in fysieke winkels, veel meer mensen om bestellingen af te werken, substantieel meer productie van goederen, enzovoort. Voor een efficiënte allocatie richting productie, distributie en transport heb je meer dan 2 procent inflatie nodig.”
De meeste centrale banken hebben een inflatiedoelstelling om en bij 2 procent. De centrale bankiers zijn er vooral beducht voor dat inflatieverwachtingen zich nestelen in de hoofden van consumenten. Als zij steeds hogere prijzen verwachten, wordt dat bijna een selffulfilling prophecy. “Of de inflatieverwachtingen ingeworteld geraken, of niet, en we een herhaling krijgen van de jaren zeventig hangt volledig af van het traject van de energieprijzen. De inflatieverwachtingen worden altijd gedreven door wat mensen zien aan de pomp”, meent Brad DeLong.
4. De koopkracht van beleggers stijgt
Paul Huybrechts, ex-journalist en voormalig voorzitter van de Vlaamse Federatie van Beleggers in De Beursvoyeurs
“Inflatie is slecht voor de cash die je als belegger aanhoudt, wordt gezegd. Ik ben het daar niet helemaal mee eens. Inflatie is slecht voor cash die opzij staat en die je wilt gebruiken om te consumeren. Die cash verliest 10 procent van zijn koopkracht, of misschien is het tegen eind volgend jaar al wel 15 of 20 procent. Je kunt daar in ieder geval volgend jaar veel minder mee kopen, als er veel inflatie is. Maar dat geldt niet voor cash die opzij staat en waarmee je wilt beleggen. Daarvoor geldt het tegenovergestelde. De prijzen van activa waarin je kunt beleggen dalen. Daar heb je eigenlijk activadeflatie. Cash met het oog op latere beleggingen is zeker een mogelijkheid.”
5. Inflatie bestrijden kost miljoenen jobs
Martin Sandbu, auteur van The Economics of Belonging en commentator voor Financial Times over de Europese economie
“In een notendop is het mijn mening dat inflatie in de rijke landen niet gedreven wordt door een overdreven vraag. De vraag is ongeveer op een normaal niveau, dankzij het sterke ondersteunende beleid om onze economie weer uit het slop te krijgen na de pandemie.”
Volgens Martin Sandbu zijn twee andere fenomenen de drijvende krachten achter de inflatie: de veranderde vraag in de Verenigde Staten en de oorlog in Oekraïne. “Begin 2021 was er een enorme verschuiving in de Amerikaanse consumentenbestedingen, van diensten naar goederen. De productie kon de vraag niet bijhouden, zeker niet toen er ook nog eens verstoringen in de productieketen bij kwamen. Eind 2021 begon de Russische president Vladimir Poetin zijn oorlogszuchtige greep op de energiemarkten te verstevigen, door het toeknijpen van de toevoer om de reserves in Europa aan te vullen.”
Volgens Martin Sandbu kunnen de centrale banken weinig doen om die twee krachten achter de inflatie op de korte termijn weg te werken. En op de lange termijn is er geen nood om ze weg te werken, want ze zullen vanzelf verdwijnen. Hij pleit er dan ook voor niets te doen en een oogje dicht te knijpen voor de inflatie. Omdat het huidige monetair beleid miljoenen banen zal kosten en miljarden aan inkomen, vindt hij dat de “goedaardige verwaarlozing” van inflatie op zijn minst moet overwogen worden.
6. Inflatie van 3 tot 5 procent brengt geen schade toe
Freddy Heylen, hoogleraar macro-economie,in Trends vorig jaar
“De centrale banken knapten in het verleden te snel af op het inflatiegevaar. Een beetje inflatie hoeft geen probleem te zijn. De voordelen van extra werkgelegenheid zijn veel groter dan de eventuele kosten van inflatie. Inflatie wordt vaak verkeerd begrepen. Een inflatie van 3 tot 5 procent brengt de economie geen schade toe. Dat hebben genoeg studies bewezen. Iets meer inflatie is zelfs wenselijk. Een inflatiedoelstelling van net geen 2 procent is te laag in de context van de structureel heel lage reële rente. Je krijgt dan in normale omstandigheden een nominale rente van nauwelijks 2 à 3 procent. Het monetair beleid heeft dan te weinig beleidsruimte om de rente te verlagen en de laagconjunctuur te bestrijden”, zei Freddy Heylen weliswaar in tijden dat de inflatie nog niet de huidige hoge toppen scheerde.
7. Als we inflatie onderschatten, staan we voor lange periode van marktmalaise
Aswath Damodaran, professor aandelenwaardering, bedrijfsfinanciën en beleggingsfilosofie aan de NY Stern University
“Beleggers verwachten dat de inflatie in het komende jaar piekt en daarna op de lange termijn afneemt naar de niveaus die we in het jongste decennium gewend waren. Dat is misschien hoopvol gedacht en de rendementen van aandelen en obligaties voor de komende tien jaar zullen afhangen van de correctheid van die verwachting. Als beleggers de verwachte langetermijninflatie onderschatten, zoals ze dat in de jaren zeventig deden, dan staan we voor een lange periode van veel marktmalaise.”
We schreven al eerder dat de combinatie van een energiecrisis en een oorlog – zoals we die vandaag kennen – in het verleden een gevaarlijke combinatie bleek voor de financiële markten.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier