‘Enkel rijken kunnen zich kwaliteitswoning veroorloven’

© belga

Batibouw verbergt schone schijn. De bouw van een kwaliteitswoning is duur. Te duur. Ook op de secundaire markt wordt een woning stilaan onbetaalbaar.

Batibouw ontvangt deze week weer duizenden bouwlustige bezoekers. Velen zullen op hun honger blijven zitten. Want bouwen is erg duur geworden.

De denkgroep Itinera berekende dat de productie van woningen dramatisch afnam, van 60.000 in 2005 naar 35.000 verleden jaar. Slechts een op de vijf huishoudens kan zich een nieuwbouwwoning van 220.000 euro, fiscaliteit inbegrepen, veroorloven.

Volgens een studie van sleutel-op-de-deurbouwer Blavier, die Trends exclusief kon inkijken, heeft 55 procent van de Vlaamse particuliere woningbouwers een maximaal budget van 200.000 euro (exclusief bouwgrond). In Wallonië is dat 64 procent. Een op de drie bouwlustigen heeft te weinig middelen om de woning van zijn keuze te bouwen.

Louis Amory, gedelegeerd bestuurder van Woningen Blavier: “Veel mensen spreiden de bouw dan maar uit over een paar jaar of werken met doe-het-zelfpakketten. Ze bouwen ook compacter, met een kleinere tuin en een carport in plaats van een garage.”

Slechts een op de vijf huiseigenaars kiest nog voor nieuwbouw. In 1973 was dat nog de helft. De rest zoekt bestaande woningen. Maar ook voor hen is het kommer en kwel.

“De kopers van nieuwbouw krijgen per euro minder kwaliteit dan voorheen”, zegt Johan Albrecht, professor economie aan de Universiteit Gent en lid van Itinera. “Dure gronden en steeds strakkere regelgeving stuwen de prijs van een kwaliteitsvolle nieuwbouwwoning op een goede locatie de hoogte in. De middenklasse bouwt daarom steeds minder en vlucht naar de koopmarkt. Daar richt het gemiddelde gezin zich in toenemende mate op het middelste en onderste marktsegment.”

ING-hoofdeconoom Peter Vanden Houte verklaart de recente prijsstijgingen op de woningmarkt – ondanks een stabiele rente en koopkracht – door het groter persoonlijk aandeel bij de bouw of de verwerving van een woning. In 2004 leende de gemiddelde hypotheeknemer 80 procent van de prijs voor zijn woning. Vandaag is dat 35 procent.

“Het ziet ernaar uit dat vooral grootverdieners of mensen met vermogende ouders of grootouders zich een kwaliteitswoning kunnen veroorloven.”. (HB)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content