Wie wil een belegging met een rendement van 13,7 procent?
2013 was een uitzonderlijk jaar voor de pensioenspaarfondsen, met rendementen tot 13,7 procent. De verliezen van de voorbije jaren werden daarmee weggewerkt. Welke fondsen hebben dit jaar nu eigenlijk het best gepresteerd?
Met het individuele pensioensparen, dat behoort tot de derde pijler van het pensioensysteem, kunt u zelf sparen voor een aanvulling op uw wettelijke pensioen. Er zijn twee formules: de pensioenspaarverzekering bij een verzekeraar en het pensioenspaarfonds bij een bank.
Welk rendement?
Een pensioenspaarverzekering is een tak21-levensverzekering met een kapitaalgarantie die een vast rendement opbrengt – momenteel 1,50 à 2,50 procent per jaar – eventueel aangevuld met een winstdeelneming. Een pensioenspaarfonds daarentegen belegt in obligaties en aandelen. Dat betekent dat u op voorhand niet kunt inschatten hoeveel uw premies zullen opbrengen; u kunt zich alleen baseren op prestaties uit het verleden.
In goede beursjaren haalt een fonds een hoger rendement dan een pensioenspaarverzekering. Op lange termijn worden de slechte beursjaren gecompenseerd door goede beursjaren. Als u een beleggingshorizon van meer dan tien jaar hebt en niet wakker ligt van koersschommelingen, is een pensioenspaarfonds voor u de meest geschikte formule, die doorgaans ook het hoogste rendement haalt. Pensioenspaarfondsen bieden geen kapitaalgarantie.
Fiscaal voordeel
De premies van het individuele pensioensparen geven recht op een fiscaal voordeel tot een maximum van 940 euro per jaar (bedrag geldig voor het inkomstenjaar 2013). Minder storten mag ook, maar dan profiteert u niet optimaal van het belastingvoordeel. Via uw belastingaangifte recupereert u 30 procent van de gestorte premies, plus de uitgespaarde gemeentebelasting.
Fiscaaltechnisch gaat het om een ‘belastingvermindering’. Dat betekent dat u belastingen moet betalen om de vermindering te kunnen krijgen. Hebt u een te laag inkomen – u hebt bijvoorbeeld een vervangingsinkomen zoals een ziekte- of een werkloosheidsuitkering – dan loopt u het risico dat u geen voordeel krijgt.
Regels
De beheerders van pensioenspaarfondsen moeten zich houden aan wettelijke beleggingsregels. Binnen bepaalde marges mogen ze hun strategie aanpassen door bijvoorbeeld meer in obligaties te beleggen in tijden dat aandelen klappen krijgen. De voorbije jaren kwamen naast de traditionele dynamische pensioenspaarfondsen ook defensieve en neutrale fondsen op de markt. Defensieve fondsen beleggen het grootste deel van de premies in obligaties en een minderheid in aandelen. Neutrale fondsen verdelen hun beleggingen fiftyfifty tussen aandelen en obligaties.
Welk fonds kiezen?
Welk soort fonds u het beste kiest, hangt af van uw leeftijd en van het beleggingsrisico dat u wilt lopen. Bent u meer dan tien jaar verwijderd van uw pensioen, dan is het raadzaam te kiezen voor een dynamisch fonds. Een goede strategie is dat u vanaf uw 55ste of iets later overschakelt naar een neutraal of een defensief pensioenspaarfonds. U loopt dat niet het risico dat het kapitaal plots slinkt door een beursdip. Zo’n overstap is mogelijk zonder dat u uitstap- of instapkosten betaalt, maar hij is alleen belastingvrij als u het volledige opgebouwde kapitaal overdraagt naar het nieuwe fonds. Een gedeeltelijke overdracht kost u 33 procent belasting.
Rendement van 13,76 procent
Over het algemeen was 2013 een uitstekend jaar voor de dynamische fondsen, met rendementen tussen 6,69 en 13,76 procent. Ondanks de beurscrisissen sinds 2008 halen alle fondsen positieve resultaten over de laatste drie, vijf en tien jaar (zie tabellen). De neutrale fondsen presteren iets minder goed dan de dynamische, maar scoren met rendementen van iets meer dan 10 procent zeker niet slecht. De defensieve pensioenspaarfondsen deden het minder goed, met rendementen van iets meer dan 7 procent. Houd er rekening mee dat die cijfers momentopnames zijn. Deze prestaties bieden dus helemaal geen zekerheid voor de toekomst.
Bent u niet tevreden over de prestaties van uw pensioenspaarfonds, dan hebt u twee mogelijkheden. De eerste is dat u een nieuw pensioenspaarfonds afsluit en het oude aanhoudt, zonder er nog premies voor te betalen. De tweede mogelijkheid is het oude pensioenspaarfonds stop te zetten en het gespaarde kapitaal volledig over te zetten naar een nieuw fonds.
Johan Steenackers
Het volledige artikel over pensioenspaarfondsen leest in Trends van 5 december.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier