Privacycommissie legt opheffing bankgeheim strikte voorwaarden op

De privacycommissie is akkoord dat de fiscus onze bankgegevens mag inkijken, maar ze koppelt daar zeer strikte voorwaarden aan. Dat blijkt uit twee adviezen die de commissie heeft uitgebracht over wetsvoorstellen die het fiscaal bankgeheim opheffen.

Dat schrijven De Tijd en De Morgen dinsdag. Volgens de commissie is België eigenlijk nog niet klaar voor een opheffing.

De discussies over de opheffing van het bankgeheim slepen al een hele tijd aan. Oppositiepartijen Groen! en Ecolo dienden daarom zelf een wetsvoorstel in, sp.a deed samen met meerderheidspartij PS hetzelfde. De groenen krijgen nu een negatief advies, de socialisten moeten van de privacycommissie strikte voorwaarden inbouwen. Maar zelfs met die voorwaarden blijft het voorstel ruimer dan het erg beperkte voorstel waarmee minister van Financiën Didier Reynders vorige maand naar buiten kwam.

Concreet ziet de privacycommissie nog een heel aantal lacunes. Zo heeft de belastingadministratie nog geen algemeen privacyreglement en biedt de belastingwet te weinig rechtszekerheid en transparantie. Ook voor de indirecte belastingen die de administratie vandaag al kan inkijken, bestaan trouwens geen objectieve voorwaarden.

Rekeningen inkijken wanneer er slechts “aanwijzingen zijn dat belastbare inkomsten niet zijn aangegeven of de verschuldigde belasting hoger is”, moet volgens de privacycommissie wel kunnen.

Wel moet eerst een vrijwillige inzage worden voorgesteld, terwijl de noodzaak van een opheffing steeds met “feiten” moet worden bewezen. En hoe dan ook mogen enkel gegevens die relevant zijn voor het belastbare inkomen beken worden.

Een jaarlijkse lijst met alle bestaande en nieuwe bankrekeningen noemt de commissie “disproportioneel en niet efficiënt”.