Regering wil vaderschapsverlof voor zelfstandigen verlengen en minimumpensioen verhogen

Minister van Zelfstandigen David Clarinval (MR) © Belga Image

De federale regering wil het vaderschaps- en geboorteverlof voor zelfstandigen, helpers en meewerkende echtgenoten optrekken van tien naar vijftien dagen vanaf 1 januari 2021. Vanaf 2023 moeten dat 20 dagen worden.

Zelfstandigen, helpers of meewerkende echtgenoten die het werk tijdelijk onderbreken na de geboorte van een kind hebben sinds mei 2019 recht op maximaal tien dagen vaderschaps- of geboorteverlof met een vergoeding van iets meer dan 80 euro per dag. Ze kunnen ook tot acht dagen onderbreking nemen, aangevuld met een eenmalige premie van 135 euro voor dienstencheques.

De federale regering wil dat verlof vanaf 1 januari 2021 optrekken naar vijftien dagen, of dertig halve dagen. Vanaf januari 2023 moeten dat twintig dagen worden, of veertig halve. Volgens minister van Zelfstandigen David Clarinval is dat ‘een goede manier om zelfstandigen die dat wensen in staat te stellen om ten volle te genieten van een geboorte, zoals werknemers dat kunnen’. Bovendien moet het extra vaderschapsverlof zorgen voor een evenwichtigere verdeling van de kinderopvang tussen mannen en vrouwen. ‘Het is een moderne en gelijke opvatting van het gezin, die aansluit bij onze tijd’, vindt Clarinval.

Lees ook

Ook vaders willen langer thuisblijven: ‘Geen enkele job is belangrijker dan zorgen voor mijn kind’

Minimumpensioen

Daarnaast wil de regering ook het minimumpensioen voor zelfstandigen verhogen. Vanaf 1 januari 2021, met 2,65 procent. Concreet stijgt het minimumbedrag voor een volledige loopbaan van 45 jaar dan van 1.291,69 euro naar 1.325,92 euro voor een alleenstaande, en van 1.614,10 naar 1.656,88 euro voor een gezinshoofd. Die bedragen zullen tot het einde van de legislatuur in 2024 blijven stijgen, zegt Clarinval, vanaf volgend jaar aan hetzelfde tempo als dat van werknemers in loondienst.

Tot slot schaft de regering de correctiecoëfficiënt voor pensioenen voor zelfstandigen af. Tot nu toe wordt het pensioen van zelfstandigen berekend op basis van een coëfficiënt van 69 procent van hun inkomen. Vanaf volgend jaar wordt dat afgeschaft voor rustpensioenen, overlevingspensioenen of overgangsuitkeringen, en dat voor elk loopbaanjaar na 31 december 2020 en met ingang ten vroegste op 1 januari 2022. Concreet betekent dat dat een zelfstandige met een jaarlijks inkomen van bijvoorbeeld 30.000 euro iets meer dan 127 euro extra pensioenrechten per jaar zal genieten. Voor een volledige carrière loopt die bonus op tot iets meer dan 5.700 euro per jaar.

De maatregelen werden vorige week vrijdag goedgekeurd door de ministerraad en maken deel uit van de programmawet 2021. De regering dient die binnenkort in het parlement in.

Partner Content