Het gaat minder slecht in de eurozone, blijkt uit cijfers van onderzoeksbureau Markit.
Het gaat minder slecht in de eurozone, blijkt uit cijfers van onderzoeksbureau Markit.
De ondernemers in de eurozone schatten de toekomst in mei iets positiever in dan in april het geval was. Dat blijkt uit de zogenaamde Purchasing Managers (PMI)-Index voor de industriële en dienstensector, die in mei tot het hoogste peil in drie maanden klimt.
De PMI-index noteert nu op 47,7 punten, tegenover 46,9 in april. Analisten hielden rekening met een score van 47,2 punten. Ondanks de lichte toename blijft de PMI-index onder de kaap van 50 punten, wat betekent dat ondernemers er rekening mee houden dat de recessie in de eurozone voortduurt. De ondernemers uit Duitsland, de locomotief van de eurozone, sluiten met een score van 49,9 evenwel niet uit dat het tij kan keren. Voor Frankrijk, de tweede economie van de eurozone, blijft de samengestelde PMI-index onveranderd op 44,3 punten.
Dat de PMI-index voor de tweede opeenvolgende maand hoger klimt is geen reden tot euforie, vindt Chris Williamson, hoofdeconoom bij Markit. “Het ziet ernaar uit dat de economie in de eurozone in het tweede kwartaal net zoals in het eerste kwartaal met 0,2 procent krimpt,” aldus Williamson.
Met een stagnerend Duitsland en krimpend Frankrijk blijft ook de rest van de eurozone volgens de econoom verankerd in een aanhoudende neergang.
De ‘Purchasing Managers’ Index’ is niet de eerste de beste indicator om het gemoed in de eurozone te peilen. Onder meer de Europese Centrale bank (ECB) houdt er rekening mee bij het uitstippelen van haar rentebeleid. (BO)
