Leeftijdspiramide bij collectief ontslag
Bij een collectief ontslag moet een werkgever binnenkort welbepaalde regels volgen. Dit staat te lezen in het ontwerp van Programmawet dat de regering Di Rupo I onlangs heeft uitgewerkt.
Bij een collectief ontslag moet een werkgever zijn werknemers hierover informeren en consulteren. Ook de overheid wordt hiervan op de hoogte gebracht. Nieuw is dat een werkgever die overgaat tot een collectief ontslag, de impact hiervan evenredig moet spreiden over de leeftijdscategorieën van de werknemerspopulatie.
De samenstelling van de groep ontslagen werknemers moet qua leeftijdsstructuur een afspiegeling zijn van de leeftijdsstructuur van alle werknemers van de onderneming. Deze leeftijdsstructuur is de zogenaamde ‘leeftijdspiramide’. Meer bepaald wordt er een opdeling gemaakt in drie leeftijdsgroepen: minder dan 30 jaar, van 30 tot 49 jaar en ouder dan 50 jaar.
Een strikte toepassing van het afspiegelingsprincipe zou betekenen dat de ontslagen strikt evenredig moeten worden gespreid over de 3 leeftijdsgroepen. De wetgever voorziet evenwel een afwijkingsmarge van 10%. Bovendien moeten werknemers met ‘sleutelfuncties’ niet in aanmerking worden genomen bij het bepalen van de spreiding.
Wat een ‘sleutelfunctie’ precies is, wordt als volgt omschreven; ‘een dermate belangrijke rol in de onderneming dat zijn afwezigheid de arbeidsorganisatie van het bedrijf in het gedrang zou brengen en waarvoor geen oplossing kan worden gevonden door verschuiving van personeel of interne mutatie.’
De werkgever die de afspiegeling van de leeftijdspiramide bij collectief ontslag niet respecteert, zal verplicht zijn de structurele verminderingen en doelgroepverminderingen die hij genoot voor zijn vijftigplussers, terug te betalen. Een koninklijk besluit moet nog duidelijk scheppen over de concrete berekeningswijze van het aantal ontslagen werknemers per leeftijdsgroep. We houden u verder op de hoogte.
Johan Steenackers
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier