De Japanse export is in april minder sterk gegroeid dan verwacht, ondanks de stimuleringsplannen van de nieuwe regering. De teleurstellende cijfers zijn vooral een gevolg van een zwakke vraag uit Europa en China.
De Japanse export is in april minder sterk gegroeid dan verwacht, ondanks de stimuleringsplannen van de nieuwe regering. De teleurstellende cijfers zijn vooral een gevolg van een zwakke vraag uit Europa en China.
De Japanse export nam in april toe met 3,8 procent. Dat cijfer ligt onder de gemiddelde analistenprognose van 5,9 procent . Vooral de uitvoer van goederen naar China – een van de belangrijkste exportmarkten voor Japan – is met een beperkte toename van 0,3 procent een afknapper voor de Japanse economie.
Het stimuleringsbeleid van premier Shinzo Abe heeft de afgelopen maanden onder meer gezorgd voor een sterke daling van de yen. Die devaluatie is in principe gunstig voor de Japanse export, omdat Japanse producten op die manier goedkoper worden voor buitenlandse klanten. Maar ‘de voordelen van de zwakke yen blijken vooralsnog nog niet uit de exportcijfers’, stelt Yuichi Kodama, hoofdeconoom bij Meiji Yasuda Life Insurance, vast.
De Japanse handelsbalans zakte in april nog wat dieper in de rode cijfers tot een handelstekort van 879,9 miljard yen. Dat is het grootste tekort voor de maand april sinds 1979, blijkt uit cijfers van het Japanse ministerie van Financiën.
Het Japanse bbp nam in het eerste kwartaal van dit jaar toe met 0,9 procent, wat in de eerste plaats te danken is aan een forse stijging van de conumentenbestedingen en het aantrekken van de export.(Bloomberg/BO)
