De inflatie in de landen van de eurozone stijgt van 1,4 procent in maart tot 1,5 procent in april. Dat blijkt uit een raming van het statistiekbureau Eurostat.
In de 16 landen van de eurozone stegen vooral de prijzen voor transport (5,9 procent) en alcohol en tabak (4,2 procent). De kerninflatie – energie-, voedsel-, tabaks- en alcoholprijzen niet meegerekend – komt in april uit op 0,8 procent in vergelijking met 1,0 procent in dezelfde maand een jaar eerder.
Voor de volledige Europese Unie (EU) komt de inflatie in april uit op 2,0 procent tegenover 1,9 procent in maart. Uit de cijfers van Eurostat blijkt dat de duurdere energie in de eerste plaats verantwoordelijk is voor de snellere muntontwaarding. In april wordt de snelste toename van de inflatie sinds december 2008 genoteerd.
Handelsbalans
Dinsdag maakte Eurostat ook bekend dat de16 landen van de eurozone in maart 2010 gezamenlijk een handelsoverschot geboekt hebben van 4,5 miljard euro. In maart 2009 was er slechts een handelsoverschot van 1,6 miljard euro. De uitvoer in de landen van de eurozone nam in maart op jaarbasis toe met 22 procent tot 134,9 miljard euro, de invoert met 20 procent tot 130,3 miljard euro.
In het eerste kwartaal van 2010 geldt nog steeds een negatieve handelsbalans van -2 miljard euro. In diezelfde periode neemt de uitvoer op jaarbasis met 13 procent toe tot 342,9 miljard euro, de invoer met 9 procent tot 344,9 miljard euro. Voor de 27 EU-landen is er in maart een negatieve handelsbalans van -7,1 miljard euro.
