Polderboer Aertssen wordt bouwgigant
Polderboer Marcel Aertssen moest het veld ruimen voor de Antwerpse haven. Hij begon een bedrijfje, dat zestig jaar later een wereldbedrijf in transport, grond- en afbraakwerken is, met een kwart miljard euro omzet.
Het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen beslist binnenkort welke aannemer de afbraak van de site van General Motors mag uitvoeren. Een van de kandidaten is Aertssen Group uit Stabroek. CEO Greg Aertssen noemt het een symbooldossier. Voor de eerste havenuitbreiding in de jaren zestig lag op die plek de boerderij van zijn vader Marcel Aertssen. Hij werd onteigend en gebruikte de vergoeding voor de aankoop van een kraan en een vrachtwagen uit de Amerikaanse legerstock. Het was het begin van een grondverzetbedrijfje. Een van zijn eerste werken was de afbraak van de kerk van zijn eigen dorp, twee weken nadat zijn zoon Greg er zijn plechtige communie had gevierd. Zestig jaar later haalt Aertssen Group een omzet van een kwart miljard euro in 27 landen. “De toewijzing van dit sloopproject zou de cirkel rond maken”, mijmert Greg Aertssen.
We zien de maakindustrie in Europa verdwijnen. Onze belangrijke klanten verhuizen, maar de enorme machines die ze in het Oosten produceren, moeten wel bij hun Europese klanten geraken” – Greg Aertssen
Uitvalsbasis Antwerpen
Tot de jaren negentig was Aertssen enkel actief in bouw- en infrastructuurwerken, met de haven van Antwerpen als basis. De hoofdzetel ligt in Stabroek, vlak bij de klanten. Die tak van het bedrijf is goed voor 60 procent van de omzet. Zo groef Aertssen in de periode 1999-2005 samen met bouwbedrijf Cordeel het Deurganckdok. Nu werkt het mee aan de ‘knip’ in de Antwerpse Leien. Ter voorbereiding van de Oosterweelverbinding saneert Aertssen Group het Lobroekdok en werkt mee aan de uitbreiding van het Zwin. In Limburg stond de groep in voor de sloop, de scheiding van de grondstoffen en de sanering van de oude installaties van Ford Genk, het grootste project van zijn aard in Europa. “De 160.000 ton beton en 50.000 ton staal kunnen perfect worden gerecycleerd tot nieuwe bouwproducten”, weet Greg Aertssen.
De herverwerking van afbraakproducten en afval gebeurt sinds 1992 via de Antwerp Recycling Company, een samenwerkingsverband met Herbosch-Kiere uit Kallo. Wat startte als een spin-off, werd een belangrijk onderdeel van Aertssen Group. De reconversie van de Antwerpse Hoge Maey van stortplaats tot energiewinningsbedrijf wordt wereldwijd gebruikt als referentie.
Hijskranen, transport en logistiek
Een ander uitvloeisel van de aannemingsactiviteit is de afdeling mobiele hijskranen, waarmee de groep sinds 1990 actief is. De groep heeft er 200 in België, waarvan de grootste tot 700 ton kunnen tillen. Ze bedient vooral klanten in de petrochemische en chemische nijverheid. De activiteit is goed voor een kwart van de groepsomzet. Dit jaar deed Aertssen Group met Michielsens, dat ook mobiele telescoopkranen verhuurt (24 miljoen omzet, een eerste grote strategische overname. Omdat het om een specifieke activiteit gaat met een apart commercieel netwerk in de bouw en de mechanische industrie, behoudt Michielsens zijn eigenheid.
In combinatie met de transportafdeling verzorgt Aertssen Group ook het vervoer en de installatie van windmolens. Voor die niche zet Aertssen Group ook haar dochter Roll-It in. Die verzorgt de laatste meters vervoer van de onderdelen, met zogenaamde Self Propelled Modular Transporters, autonoom bewegende transporteenheden die aan elkaar worden gekoppeld om zwaar vervoer mogelijk te maken.
Transport en Logistiek is de derde bedrijfstak die ontstond als spin-off. Het bedrijf doet al decennia uitzonderlijk vervoer, projectmanagement en logistiek van groot materieel voor klanten als Caterpillar, Volvo en New Holland.
Aertssen Services verzorgt al jaren het onderhoud en herstelling van een groot deel van het machinepark, dat 1300 stuks rollend materieel telt. Het werkt ook voor derden.
Vandaag zet de groep zwaar in op het Logistiek Park Waasland. Op een terrein van 14 hectare ontwikkelt Aertssen Group een logistiek- en distributieplatform voor machines. De klanten zijn bedrijven waarvoor Aertssen Group vroeger transportopdrachten uitvoerde. “We zien de maakindustrie in Europa verdwijnen”, situeert Greg Aertssen. “Onze belangrijke klanten verhuizen, maar hun enorme machines die ze in het Oosten produceren, moeten wel bij hun Europese klanten geraken.”
De onafgewerkte goederen worden steeds meer in containers vervoerd, omdat dat eenvoudiger en goedkoper is. Daarom bouwt Aertssen Goup voor hen een magazijn dicht bij de kaaien in de Haven van Antwerpen, waar de containers worden gelost. Aertssen Group zorgt ook voor de assemblage en kwaliteitscontrole op maat van de eindklant.
Greg Aertssen: “Die expertise hebben we al door de technische behandeling van zulke machines in eigen beheer. Na de behandeling brengen we de afgewerkte machines via de weg of over het water op hun bestemming in Europa of Afrika, een groeimarkt. Zo compenseren we omzetverlies in de tak transport bij dezelfde klanten: met de uitbouw van een totaal nieuwe activiteit met een hoge toegevoegde waarde.”
De eerste fase van het project kost 35 miljoen euro en opent volgend jaar. Er zullen 200 mensen werken. Aertssen Group heeft al toezeggingen van partners in het nieuwe project. Voorlopig blijft het er zeer discreet over. “Uit de commerciële contacten bleek dat er een grote behoefte was aan een industriële partner in deze niche”, meldt Sam Aertssen. Hij zal de divisie leiden op het Logistiek Park Waasland. “Dit project heeft een gigantisch potentieel.”
Internationale uitbouw
Tot 2006 was Aertssen Group enkel actief in de Benelux en Frankrijk. Sindsdien werkte het aan meer dan 50 projecten in 27 landen. De internationale doorbraak kwam er niet toevallig in 2006. “De bouwwerken van het Deurganckdok waren beëindigd en we hadden prachtige machines, die we in eigen land niet konden inzetten bij gebrek aan projecten van die schaal”, verklaart Greg Aertssen. “We hadden ze kunnen verkopen aan internationale concurrenten, maar we kregen net toen de vraag mee te werken aan de uitbouw van de luchthaven van Qatar.”
Yves Aertssen, een zoon van Greg Aertssen, was toen net afgestudeerd als handelsingenieur. “De machines vertrokken met de boot en ik werd op een vliegtuig gezet naar het Midden-Oosten”, getuigt hij. “Sindsdien volg ik de buitenlandse expansie op. De baggerbedrijven vertrouwen ons omdat ze al in Europa met ons werken. Wij doen het droge werk, zij de natte activiteit. Ook Besix bouwt op onze expertise, omdat ze ons kennen als bouwpartner in België.”
Aertssen werkte twee jaar aan de bouw van een dam van 12 kilometer voor de gasterminalhaven Ras Laffan in Qatar. Yves Aertssen: “Ter vergelijking: de bouw van 3 kilometer kaai in Zeebrugge heeft indertijd tien jaar geduurd. Aertssen werd ook aannemer voor de graafwerken van de nieuwe zeehaven. Na de luchthaven op zee, volgde een maritieme haven in het binnenland van Qatar. Daar moet je veel grond voor verplaatsen, en dat zien we graag in onze stiel.”
Later volgden onder meer Abu Dhabi (een zone bouwrijp maken voor een raffinaderij), Dubai (een kanaal met Besix) en nogmaals Qatar (een voetbalstadion voor de Wereldbeker, een metro en een snelweg). De groep is ook actief in Koeweit, Oman en de Verenigde Arabische Emiraten. Aertssen Group heeft nu 100 hijskranen staan in het Midden-Oosten.
In Marokko dingt de groep mee naar de bouw van grote windmolenprojecten. In Costa Rica werkte het mee aan een containerterminal en op de Malediven aan nieuwe eilanden. “Niet vanzelfsprekend, gezien het gebrek aan lokale betrouwbare leveranciers”, stelt Yves Aertssen. “Een efficiënte logistieke organisatie was dus noodzakelijk. Die efficiëntie is overigens een belangrijke reden van ons succes in het buitenland. Onze concurrenten, Chinese staatsbedrijven, kunnen een paar duizend goedkope arbeidskrachten inzetten. Maar onze manier van werken is sneller en goedkoper door een goede organisatie en jarenlange ervaring. Ook zijn de veiligheidseisen van onze klanten hoog, en terecht. Ons record was 8 miljoen manuren zonder één dag verlet.”
De internationale activiteiten waren goed voor bijna 40 procent van de omzet. Omdat zes projecten in 2017 werden beëindigd, daalde die omzet dat jaar stevig van 232 naar 194 miljoen. De bedrijfscashflow verminderde in die periode van 25 tot 20 procent, maar blijft voor de bouwsector meer dan behoorlijk. In 2017 daalde de schuldgraad trouwens van 61 naar 58 procent. Aertssen Group groeide de afgelopen acht jaar gemiddeld met 12 procent per jaar. Dit jaar verwacht de groep een omzet van 250 miljoen, door de extra activiteit rond het Logistiek Park Waasland en de integratie van het kraanbedrijf Michielsens, maar ook door 10 tot 15 procent organische groei. “Vooral in België is het gigantisch druk”, aldus Greg Aertssen. “Dat mag dan ook, na de verschrikkelijke moeilijke thuismarkt als gevolg van de financiële crisis.”
Geen eendagsvlieg
Bij Aertsen Group is intussen de derde generatie aanwezig in het bedrijf. Greg, Luc, Raf en Saskia Aertssen, de kinderen van stichter Marcel Aertssen, hebben elk een kwart van de onderneming.
Sam Aertssen (37), de zoon van Luc, zal de divisie van de groep op het Logistiek Park Waasland leiden. Zijn broer Marcel heeft zijn eigen dronebedrijf. Manuel, de zoon van Greg, is actief voor Aertssen Group in Marokko, terwijl zus Stéphanie juridische zaken behartigt. Yves Aertssen (38), de andere zoon van Greg, is verantwoordelijk voor de tak Bouw en Infrastructuur en sinds een half jaar co-CEO.
“De verhouding tussen de familieleden is perfect geregeld in een familiecharter en een aandeelhoudersovereenkomst”, aldus Greg Aertssen (64). “Met die overeenkomst schaart de familie zich voor de lange termijn achter de verdere uitbouw van het bedrijf. Daarom zal de groep de meeste winst herinvesteren. Onze familie is geen eendagsvlieg.”
De gewezen Antwerpse haventopman Eddy Bruyninckx is extern bestuurder bij de groep.
Niet alleen spin-offs
Naast de spin-offs en de regionale spreiding, heeft Aertssen Group het voorbije decennium ook volledig nieuwe bedrijfstakken uitgebouwd. Shipit, een overname, organiseert multimodaal vervoer, met focus op de binnenvaart. “Zo vervoeren we met binnenvaartschepen grond en bouwmaterialen. Vroeger was multimodaal transport vooral een buzzword, nu vragen onze klanten zelf de weg te vermijden”, zegt CEO Greg Aertssen.
Fluviant, dat zes schepen in eigendom heeft, is een project buiten de groep, dat Greg Aertssen samen met andere ondernemers in handen heeft. Zijn schoonzoon baat ook Scheldewerf Rupelmonde uit, de laatste scheepswerf van Vlaanderen. “Het is een persoonlijke hobby, die wat geld mag kosten”, grinnikt hij.
Vastgoedontwikkeling is een andere tak die naast de aannemingswerken werd uitgebouwd. Aertssen Group werkte met Cordeel aan de reconversie van de oude Boelwerf in Temse. Het werd De Zaat, een nieuwbouwproject met 1000 appartementen en 20 hectare kmo-zone. “Twintig jaar geleden durfde niemand dat project aan”, aldus Greg Aertssen. “Ons grote voordeel is dat wij met onze expertise in saneringen, infrastructuur en sloopwerken eerder kansen zien dan problemen bij de inschatting van de vastgoedontwikkeling op een terrein.”
Dat was ook het geval met het project Terranova Solar in Zelzate. Op dat terrein werd ooit gips opgeslagen als restproduct. Na het faillissement van de exploitant dreigde de dijk te breken en dreigde het gevaarlijk goedje in het kanaal Gent-Terneuzen terecht te komen. DEME, Jan De Nul, Aertssen, de provincie Oost-Vlaanderen en een intercommunale Finiwo bouwden in 2011 op de gesaneerde site het grootste zonnepanelenpark van de Benelux, 55.500 stuks. Onlangs is een vergunning aangevraagd voor zes windmolens. “We onderzoeken of de elektriciteit kan worden omgezet in waterstof, die als energiedrager binnenvaartschepen zou kunnen aandrijven”, zegt Greg Aertssen. “Het is volledig nieuw terrein. Maar iemand moet die stap aandurven. Pionieren en innoveren zit in ons bloed.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier