Belgische huizen zijn gemiddeld minstens 8,73 procent te duur
Uit een studie van Belfius blijkt dat de Belgische huizenmarkt minstens 8,73 procent overgewaardeerd is. Dit wil zeggen dat Belgische huizen gemiddeld 8,73 procent te duur zijn. De onderzoekers veronderstellen dat deze overwaardering nog verder zal stijgen gezien de stijging van de woningprijzen in het afgelopen jaar.
De overwaardering op de woningmarkt is het sterkst te merken in de provincies Antwerpen en Waals-Brabant, maar ook in het oosten van Limburg, aan de kust, de regio rond Luik en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is de overhitting van de huizenmarkt merkbaar. De meest overgewaardeerde gemeenten in Vlaanderen zijn Baarle-Hertog, Knokke-Heist, Blankenberge, Ravels en Hoogstraten. In die gemeenten is het voor de inwoners dus moeilijker geworden om een betaalbaar huis te vinden.
Het zijn enkele woningkenmerken die de prijs van woningen verder de lucht in duwen. Zo zorgt een extra binnenparkeerplaats voor een 11,8 procent hogere vraagprijs. Voor een huis met een extra badkamer wordt zo’n 11,64 procent meer gevraagd. Ook de hoeveelheid bewoonbare oppervlakte doet de prijs van een huis stijgen. Energieconsumptie heeft de grootste invloed op de prijs: de energiezuinigste huizen zijn een derde duurder dan woningen met de laatste EPC-waarde. Bij appartementen heeft de aanwezigheid van een terras de grootste invloed op de prijs. Een appartement met terras is zo’n 17,45 procent duurder dan een zonder terras.
Niet alleen kopen, maar ook bouwen en verbouwen zijn duurder geworden. De ABEX-index, die de kosten van arbeid en bouwmateriaal weergeeft, is enkel dit jaar al met 9,2 procent gestegen. Voor volgend jaar wordt nog een prijsstijging van zes procent verwacht. De oorzaak ligt in toevoerproblemen, die worden veroorzaakt door coronalockdowns in China en de oorlog in Oekraïne. Ook de vergroening van de economie en het woningbestand houdt de prijzen hoog.