Expansief geldbeleid botst op zijn limieten
De centrale bankiers hebben de crisis gesmoord in een tsunami van vers geld. De vloedgolven dreigen nu over de waterkering te slaan.
Tsunami’s van geld. Ze bestaan ook, ze zijn gelukkig minder dodelijk, maar ze kunnen ook destructief uitpakken. Op dit moment spoelt zo een tsunami aan op de kusten van de ontluikende markten, en in mindere mate op de Westerse financiële markten. Deze geldvloedgolf brengt aanvankelijk tonnen kapitaal en welvaart mee, maar de schade is soms niet te overzien als deze golf zich bruusk terug trekt.
Money for nothing
De zware financiële crisis van 2008-2009 vormde de zware aardbeving die deze vloedgolven op gang bracht. Om een nieuwe Grote Depressie af te wenden, draaiden de Westerse centrale banken de geldkraan open en decimeerden ze de kortetermijnrente, met vooral de Amerikaanse centrale bank (de Fed) als hofleverancier. Maar dit beleid van money for nothing is niet zonder risico’s. Te lage rentevoeten en te soepel krediet lagen in belangrijke mate mee aan de basis van de zware financiële crisis. En de beschikbaarheid van zo goed als gratis geld geeft de politici de kans om de noodzakelijke schoonmaak van de overheidsfinanciën en de even dringende gezondmaking van het banksysteem voor zich uit te schuiven.
Greenspan
Fed-voorzitter Ben Bernanke en in mindere mate Jean-Claude Trichet, voorzitter van de Europese Centrale Bank, zetten dus het beleid van Greenspan voort: ze smoorden de crisis in vers gedrukt geld. Hoe Bernanke & co deze spiraal willen breken, dat hebben ze nog niet uitgelegd. De ECB beseft dat ze met vuur speelt en probeert haar geldbeleid te normaliseren, maar de Europese schuldencrisis laat dat nog niet toe. In de VS is het afwachten of de Fed vanaf de zomer de sluizen wat dicht draait. De globale beleidsrente is intussen tot een historisch dieptepunt gezakt en is in reële termen fors negatief. De vorige keer dat deze rentevoet diep wegzakte was in de aanloop naar de Aziatische crisis in de jaren negentig en in aanloop naar de recente globale financiële crisis. Het feit dat de voor inflatie gezuiverde wereldrente nu nog dieper zit, belooft niet veel goeds.
Dollargolf
De grootste en gevaarlijkste dollargolf spoelt aan land bij de groeilanden. Zij zullen de volgende jaren heel hard hun best moeten doen om deze kapitaalinstroom goed te beheren, of ze riskeren de fouten van het verleden te herhalen. Aan waarschuwingen ontbreekt het niet. De oncomfortabel hoge inflatie, de stijgende vastgoedprijzen en vooral de scherpe groei van de private kredietcreatie in heel wat groeilanden zou een belletje moeten doen rinkelen.
Harde landing
China en de opkomende landen voelen de bui hangen, en nemen maatregelen om de economie af te koelen. Vanzelfsprekend is dat niet, en een te snelle afkoeling zou het speculatieve kapitaal kunnen wegjagen, en dan dreigt een harde landing. In elk geval zijn stoomaflatende groeilanden slecht nieuws voor de westerse economie, wat dan weer bij de centrale bankiers de reactie kan ontlokken om de geldkraan langer of nog meer open te houden. En dan zijn we terug bij af. Of hoe ook op globaal niveau de beleidsmakers de speelbal geworden zijn van hun eigen golven.
Daan Killemaes
Een uitgebreidere analyse leest u donderdag in Trends.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier