De inflatie in de eurozone zakt in januari voor de tweede maand op rij onder nul. Dat blijkt uit een eerste raming van het Europees statistiekbureau Eurostat.
De inflatie op jaarbasis in de eurozone klokte in januari af op -0,6 procent. Het is al de tweede maand op rij dat er deflatie op te tekenen valt in de eurozone, na de -0,2 procent in december.
Analisten gepolst door het persagentschap Reuters hielden rekening met een daling tot -0,5 procent.
De eurozone kreeg in december vorig jaar voor het eerst sinds 2009 af te rekenen met deflatie, toen de prijzen daalden met 0,2 procent.
De cijfers van vandaag komen een dag nadat Duitsland bekendmaakte dat ook de grootste economie van de eurozone in een periode van deflatie is beland. Duitsland noteerde in januari op jaarbasis een daling van de prijzen met –0,3 procent.
“Deflatie is nu wijdverspreid in zowel de kern als de periferie van de eurozone, met Duitsland als laatste lid van de club,” zei Ben Brettell, senior econoom bij Hargreaves Lansdown, in een reactie op de cijfers van Eurostat.
Eerder deze maand kondigde de Europese Centrale Bank de lancering van een aankoopprogramma aan, inclusief staatsobligaties van lidstaten van de eurozone. Het belangrijkste doel van het programma – beter bekend als kwantitatieve versoepeling (QE) – bestaat erin de inflatie op te krikken naar het ‘net geen 2 procent’-streefdoel van de Europese Centrale Bank.
Intussen zakte het prijspeil in de eurozone dieper weg door een forse daling van de energieprijzen, aldus Eurostat. Energieprijzen daalden met een scherpe 8,9 procent in januari, tegenover 6,3 procent in december. Prijzen voor voedsel, alcohol, tabak en niet-energie-gerelateerde industriële goederen daalden eveneens, terwijl diensten duurder werden. (CNBC/BO)
