DKV en CBFA kibbelen over premieverhoging hospitalisatieverzekering

© belga

Hospitalisatieverzekeraar DKV en toezichthouder CBFA verschillen steeds meer van mening over de omstreden premieverhoging van de hospitalisatieverzekering die DKV begin 2010 doorvoerde. De discussie wordt nu voortgezet voor de Raad van State.

DKV is onbetwist marktleider – met een marktaandeel van 70 procent – in het segment van de individuele hospitalisatieverzekeringen, en heeft anderhalf miljoen klanten. Begin 2010 voerde DKV een omstreden premieverhoging van 7,84 procent door op zijn meest populaire hospitalisatieverzekering voor particulieren. Prompt stond het hele land in rep en roer.

Premieverhoging “illegaal”
Consumentenorganisatie Test-Aankoop diende klacht in tegen DKV bij de handelsrechtbank van Brussel, en richtte een breed klachtenforum op voor verzekerden die zich benadeeld voelen door het ‘ongeoorloofde’ gedrag van hun hospitalisatieverzekeraar. Tijdens een plenaire zitting van de Senaat noemde ook bevoegd minister Didier Reynders (MR) de jongste premieverhoging van DKV “illegaal”. Toezichthouder CBFA is diezelfde mening toegedaan.

Kennis van zaken
DKV-topman Luc Vancamp is het allemaal spuugzat. “DKV krijgt al maanden de wind van voren. Wat zeg ik? De wind komt gewoon van alle kanten. Velen voelen zich geroepen om kritiek te leveren op onze manier van werken, maar worden daarbij niet gehinderd door enige kennis van zaken. Telkens is DKV de kop van jut. We hebben nooit openlijk gereageerd, maar achter de schermen hebben we juridische stappen ondernomen.” Tegen de CBFA dus. De kwestie ligt uiterst gevoelig, want verzekeraar DKV moet in de toekomst natuurlijk nog op een serene manier kunnen samenwerken met de toezichthouder. De CBFA wil officieel trouwens noch ontkennen noch bevestigen dat er een juridisch steekspel met DKV wordt uitgevochten voor de Raad van State.

Wat vooraf ging
In het laatste kwartaal van 2009 stuurde DKV een dossier op naar de CBFA, met de vraag om een premieverhoging van 7,84 procent te mogen doorvoeren voor zijn topproduct. De CBFA kan daarin wel degelijk tussenbeide komen – op eigen initiatief, of op initiatief van een verzekeraar – maar dan enkel als de bestaande premieniveaus verlieslatend dreigen te worden voor de verzekeraar in kwestie.

Volgens DKV was de bestaande wettelijke regeling voor premieaanpassingen inderdaad niet langer werkbaar om winstgevend te blijven. De jongste beschikbare cijfers tonen nochtans een nettoresultaat van 13,5 miljoen euro over 2008, komend van een dikke 14 miljoen euro over 2007. Vancamp: “Dat is toch geen schande? DKV is geen liefdadigheidsinstelling.”


De CBFA van haar kant wijst erop dat een nieuwe wettelijke regeling voor premieaanpassingen in aantocht was, eind 2009, en dat de verzekeraars daarvan op de hoogte waren. Voor DKV was het een kwestie van een paar weken geduld om juridisch onderbouwde premieaanpassingen te kunnen doorvoeren, met andere woorden. Bovendien verkeerde de verzekeraar niet in financieel levensgevaar, vond de CBFA, en oordeelde dat haar tussenkomst niet opportuun was deze keer. DKV interpreteerde die houding als een weigering om de gevraagde premieverhoging te mogen doorvoeren, en trok dus naar de Raad van State om dat aan te vechten.

Premieverhoging van 7,45 procent
Is Luc Vancamp zijn geduld verloren? Misschien. Op veel goodwill van de CBFA zal de verzekeraar voorlopig niet kunnen rekenen. Van de publieke opinie evenmin. De eerste medische-indexcijfers zijn intussen gepubliceerd, en laten de hospitalisatieverzekeraars toe om een premieverhoging van 7,45 procent door te voeren. DKV zit er met zijn premieverhoging van 7,84 procent dus niet ver naast. Waarom heeft DKV-topman Luc Vancamp niet nog een paar weken gewacht om zijn premieverhoging door te voeren? “We wachten al sinds 2007”, argumenteert Vancamp.

C.D.C.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content