Betere vergoeding voor asbestslachtoffers
Alle slachtoffers van asbest worden vanaf 1 april 2014 op gelijke voet behandeld. Het maakt daarbij niet uit of men ooit in een bedrijf heeft gewerkt met asbest, dan wel of men er op een andere manier in contact is mee gekomen.
Wie met asbest in contact is gekomen, loopt het risico op asbestose en longvlieskanker. Asbestkankers manifesteren zich echter pas een hele tijd na de blootstelling aan de stof. Soms gaan er zelfs tientallen jaren over. Wie ooit aan de slag was in een asbestgerelateerd bedrijf, kan bij het uitbreken van de ziekte een beroep doen op het Fonds voor Beroepsziekten. Men moet hierbij geen schuldige aanwijzen om een uitkering te krijgen. Het losse feit dat men in een bepaalde onderneming heeft gewerkt, volstaat. Anderen, bijvoorbeeld wie in de omgeving van een dergelijke fabriek woonde of zelfstandigen, kunnen een beroep doen op het Asbestfonds. Hiervoor is wel een erkenning nodig. Sinds zijn ontstaan in 2007 en eind 2013 werden niettemin al bijna 2000 mensen erkend. Het gaat om 1360 slachtoffers van longvlieskanker en 699 van asbestose. Tot nog toe waren echter enkele verschillen tussen beide stelsels. Dat was onder meer het geval voor het remgeld en voor de terugbetaling van hulp van derden. Daaraan wordt nu verholpen. De regeling van het Asbestfonds wordt uitgebreid zodat ook de milieuslachtoffers extra tegemoetkomingen kunnen krijgen. Wie een fulltime assistent nodig heeft, krijgt recht op 1.559,38 euro per maand. Wie een halftijdse steun nodig heeft, ontvangt 779,69 euro per maand. Tevens wordt het remgeld voor de asbestslachtoffers terugbetaald. (Belga)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier