Sibanye Stillwater is bijna schuldenvrij dankzij hogere prijzen
Het aandeel Sibanye Stillwater noteert met een korting tegenover het sectorgemiddelde.
De mijngroep begon in 2013 als een afsplitsing van Gold Fields. Sibanye erfde alle Zuid-Afrikaanse goudmijnen van de groep. Door de dalende goudprijs besliste Sibanye toen Platinum Group Metals (PGM) op te richten, dat behalve op platina en palladium ook op metalen als rhodium en ruthenium focust. In 2016 kocht de groep de Zuid-Afrikaanse PGM-mijnen Rustenburg en Aquarius. Een jaar later kwam de overname van het Amerikaanse Stillwater. Die gewaagde zet overlaadde Sibanye met schulden op een moment dat de prijzen dicht bij een dieptepunt noteerden. Maar in de jaren nadien kon de fusiegroep Sibanye Stillwater profiteren van oplopende prijzen, en geleidelijk haar schulden afbouwen. Na de overname van Lonmin in 2019 werd Sibanye Stillwater de grootste platinaproducent en de op een na grootste palladiumproducent ter wereld.
Vorig jaar leed de productiviteit onder de mijnsluitingen door de coronamaatregelen, zowel in de Verenigde Staten als in Zuid-Afrika. Maar de hogere prijzen voor goud en PGM maakten veel goed, net als de waardedaling van de Zuid-Afrikaanse rand tegenover de dollar. Vanaf het derde kwartaal trok de productie weer aan. De aangepaste bedrijfswinst (ebitda) kwam uit op 922 miljoen dollar, bijna evenveel als in de eerste jaarhelft (990 miljoen). De toegenomen kasstroom diende om de schulden voort af te bouwen. Met een vrije kasstroom van 615,2 miljoen dollar gaat dat snel. De nettoschuld in verhouding tot de ebitda, die na het tweede kwartaal 0,55 bedroeg, was eind september gedaald naar 0,33. In de loop van het vierde kwartaal is een lening terugbetaald, waardoor de verhouding nu amper 0,05 bedraagt. Sibanye had na het derde kwartaal 904 miljoen dollar in kas. De liquiditeit (inclusief kredietlijnen) bedroeg 1,68 miljard dollar.
De Zuid-Afrikaanse PGM-activa (Marikana (ex-Lonmin), Rustenburg, Kroondal en Mimosa), met 28,2 miljoen troy ounce reserves, leveren 59 procent van de ebitda. De Noord-Amerikaanse activa tekenen voor 21 procent. Sibanye bezit er twee platina- en palladiummijnen (Stillwater en East Boulder), met 26,9 miljoen troy ounce reserves, en een recyclage-installatie. De bouw van de Blitz-mijn wordt uitgesteld. Ze wordt pas in 2024 operationeel.
Het aandeel van goud in de bedrijfswinst is teruggevallen tot 20 procent. De goudactiva omvatten naast Kloof, Beatrix, Driefontein en Cooke ook de participatie in DRDGold, die vorig jaar is opgetrokken naar 50,1 procent. De bestaande mijnen hebben 15,4 miljoen troy ounce aan bewezen reserves. De totale productiekosten liggen met een geschatte 1473 tot 1491 dollar een stuk boven het sectorgemiddelde door de hogere loonkosten in Zuid-Afrika, waar de productie arbeidsintensief is, en de gestegen elektriciteitstarieven.
Sibanye hernam vorig jaar de dividendbetalingen, maar in plaats van 25 tot 35 procent keert het maar 15 procent van de onderliggende winst uit. Sibanye mikt voor 2021 op een vrije kasstroom van 2,4 miljard dollar. Aangezien de schuld bijna volledig afgebouwd is, is er ruimte om het dividend te verhogen.
Conclusie
De hoge schuld hing lang als een molensteen om de nek van Sibanye Stillwater, maar dat probleem is van de baan. De kostenstructuur bij goud is bovengemiddeld hoog, maar het zwaartepunt van de groep ligt intussen bij de veel lucratievere PGM. Toch noteert het aandeel met een korting tegenover het sectorgemiddelde. We gaan uit van hogere PGM- en goudprijzen. Daarom blijft het aandeel ook na de klim van vorig jaar koopwaardig voor de langere termijn.
Advies: koopwaardig
Risico: hoog
Rating: 1C
Koers: 15,55 dollar
Ticker: SBSW US
ISIN-code: US8257242060
Markt: New York Stock Exchange
Beurskapitalisatie: 11,9 miljard dollar
K/w 2020: 17
Verwachte k/w 2021: 9
Koersverschil 12 maanden: +54%
Koersverschil sinds jaarbegin: -2%
Dividendrendement: –
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier