CF Industries

CF Industries was tot vorige zomer de beste belegging onder de grote landbouwwaarden van de afgelopen jaren. De mislukte overname van OCI heeft het aandeel doen kelderen. De waardering is opnieuw aantrekkelijk.

CF Industries is de voorbije jaren uitgegroeid tot de grootste producent van stikstofhoudende meststoffen of nitraten ter wereld. Het werd in 1946 opgericht en kreeg pas in 2005 een beursnotering op de New York Stock Exchange tegen omgerekend amper 3,2 USD. Als we het met de vertrouwde namen moeten vergelijken, dan komt Yara International aardig in de buurt. In 2014 liepen zelfs fusiegesprekken tussen CF Industries en Yara. Maar de gesprekken om de grootste meststoffengroep ter wereld in de stikstofhoudende meststoffen met 20 miljard USD zakencijfer te vormen, werden stopgezet.

Geografisch was het nochtans vrijwel een perfecte match: het actieterrein van CF Industries bevindt zich bijna uitsluitend in Noord-Amerika, terwijl Yara 80% van zijn omzet buiten Noord-Amerika haalt. Yara kon aan CF een sterk wereldwijd distributienetwerk bieden, terwijl Yara tuk was op de lage kostenbasis van CF door het Noord-Amerikaans schaliegas. Het feit dat de Noorse staat (36% eigenaar van Yara) een belangrijke vinger in de pap van de fusiegroep wilde houden, was een van de struikelblokken om te landen in het fusieverhaal. Een ander is natuurlijk dat de Amerikaanse autoriteiten paal en perk wilden stellen aan de tax inversion, het verplaatsen van de hoofdzetel buiten de Verenigde Staten om de belastingfactuur te drukken. Buiten het belastingvoordeel had CF minder bij de fusie te winnen.

In 2015 volgde een nieuwe overnamepoging. Begin augustus raakte bekend dat de Amerikaanse en Europese meststoffenfabrieken van OCI (Orascom Construction Industries) van de rijke Egyptische familie Sawiris worden overgenomen. CF Industries was bereid om 668 miljoen USD cash te betalen en 27,7% van de aandelen van een nieuwe holding af te staan, die grotendeels via een kapitaalvermindering zouden worden uitgekeerd aan de aandeelhouders. Maar begin deze week werd ook deze deal afgebroken en moest CF Industries 150 miljoen USD opbrekingsvergoeding betalen.

In het eerste kwartaal 2016 werd nog slechts 0,11 USD per aandeel verdiend (0,40 USD zonder eenmalige elementen), tegenover nog 0,91 USD in hetzelfde trimester van 2015 en ook iets onder de gemiddelde analistenverwachting van 0,41 USD per aandeel, ondanks een hoger dan verwachte omzet. Vorig jaar werd een winst van 3,88 USD per aandeel behaald (tegenover 4,02 USD voor 2014 en een recordwinst van 5,58 USD per aandeel in 2012).

De analistenconsensus voor dit jaar is vrij pessimistisch met 2,05 USD per aandeel of een daling met liefst 47% ten opzichte van 2015. Maar dit jaar zou toch de bodem in de winstcyclus moeten zijn, zoals voor de meeste andere landbouwaandelen. CF Industries noteert tegen 14 keer de verwachte (lage) winst 2016 en 11 keer die van volgend jaar. De verhouding tussen de ondernemingswaarde (ev) en de bedrijfskasstroom (ebitda) bedraagt iets minder dan 8 voor 2016.


Conclusie

CF Industries deed het tot vorig zomer fantastisch op de beurs en was veruit de beste belegging bij de grote landbouwwaarden de afgelopen jaren. De mislukte OCI-deal heeft het aandeel mede doen kelderen en opnieuw een aantrekkelijke waardering gegeven, maar dan bekeken vanuit een meerjarenperspectief. Blijft in de Inside Selectie.

Advies: koopwaardig

Risico: gemiddeld

Rating: 1B

Partner Content