Jef Wellens

‘Het instrument van de bedrijfsvoorheffing is in handen van een goochelaar’

Jef Wellens Fiscalist bij Wolters Kluwer

Enkele weken geleden was er enige consternatie bij gepensioneerden toen bleek dat ze sinds januari een lager pensioen uitbetaald kregen dan vorig jaar. Hoe dat kan? Jef Wellens, fiscalist bij Wolters Kluwer, legt het uit.

Enkele weken geleden was er enige consternatie bij gepensioneerden toen bleek dat ze sinds januari een lager pensioen uitbetaald kregen dan vorig jaar. Hoe kan dat? Belastingschalen worden aan het begin van elk nieuw jaar toch aangepast aan de inflatie? Je zou dus eerder een kleine stijging van het pensioen verwachten. Maar het tegendeel is waar. De bedrijfsvoorheffing – dat is het belastingvoorschot dat de pensioendienst inhoudt op het pensioen – werd verhoogd, waardoor de betaalde pensioenen dit jaar iets lager uitvallen.

Bij de berekening van de maandelijkse bedrijfsvoorheffing op een pensioen houdt men vanaf dit jaar rekening met een belastingvermindering van maximaal 200 euro, terwijl die vorig jaar nog 207,75 euro en het jaar daarvoor 203,50 euro bedroeg. Hoewel de reële vermindering voor pensioenen door de indexering ieder jaar toeneemt, houdt men die vermindering in de berekening van de bedrijfsvoorheffing nu lager. De voorheffing stijgt hierdoor, waardoor het nettopensioen daalt, zij het met slechts enkele euro’s. Vorig jaar liepen bij de fiscus nogal wat klachten binnen van gepensioneerden toen bleek dat ze, na het ontvangen van hun aanslagbiljet, belasting moesten bijbetalen. En om de perceptie van een stijgende belastingdruk tegen te gaan, besliste men de bedrijfsvoorheffing op pensioenen te verhogen. Zo betalen gepensioneerden bij een volgende belastingafrekening minder belasting bij, of krijgen ze meer terug.

Het instrument van de bedrijfsvoorheffing is in handen van een goochelaar.

Net het omgekeerde gebeurt voor werklozen die door de coronacrisis of om de een andere reden hun job niet kunnen uitoefenen en tijdelijk werkloos worden. De bedrijfsvoorheffing op tijdelijke werkloosheidsuitkeringen is sinds mei vorig jaar drastisch verlaagd, van 26,75 tot 15 procent. Vorige week nog besliste de ministerraad die verlaging, die normaal eind maart afloopt, te verlengen tot en met juni. De lagere bedrijfsvoorheffing houdt de kloof tussen het loon en de uitkering minimaal, zodat de werkloze “maximaal zijn koopkracht behoudt”.

Maar eigenlijk is dat een illusie, want de kater komt wellicht later, bij de eindafrekening op het aanslagbiljet. Verdien je als werknemer bruto 4400 euro per maand en was je vorig jaar door corona twee maanden tijdelijk werkloos, dan zal je op je werkloosheidsuitkering bijna 800 euro belasting moeten bijbetalen. Zelfs iemand met een veel lager loon, van 2200 euro bruto, die drie maanden tijdelijk werkloos was, zal op die uitkering belasting moeten bijbetalen. Die belastingfactuur valt ten vroegste in augustus en voor de meesten pas dit najaar in de brievenbus, wanneer corona niet meer dan een nare herinnering is en het manna opnieuw uit de hemel valt…

De illusie wordt opgewekt dat tijdelijke werkloosheid niet al te veel in een maandinkomen snijdt en dat gepensioneerden beter af zijn als ze wat minder centen krijgen.

De psyche van de gepensioneerde moet dus wel totaal verschillen van die van de werkloze. Voor de eerste is bijbetalen een probleem, voor de tweede blijkbaar niet. Of hoe het instrument van de bedrijfsvoorheffing de toverhoed in de handen van de illusionist is, die de illusie opwekt dat tijdelijke werkloosheid niet al te veel in een maandinkomen snijdt en dat gepensioneerden beter af zijn als ze wat minder centen krijgen zodat ze later meer kunnen terugkrijgen.

De spectaculairste goocheltruc gaat al ruim zeventien jaar mee. De belastingverlaging die sinds 2004 werd ingevoerd door de laatste grote belastinghervorming, wordt anno 2021 nog altijd niet volledig doorgerekend in de bedrijfsvoorheffing. Daardoor wordt op lonen in feite structureel te veel bedrijfsvoorheffing ingehouden. Voor een tweeverdienergezin is dat jaarlijks gemiddeld 1200 euro. De overheid leent zo elk jaar bijna 2 miljard euro bij haar burgers en betaalt hen dat bedrag een jaar later terug. Dat is vooral een begrotingsillusie.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content