Grondwettelijk Hof vernietigt regeling rond onbelast bijverdienen

Het Grondwettelijk Hof heeft donderdag de wet vernietigd die tot 6.000 euro per jaar onbelast bijverdienen mogelijk maakt. Het Hof is van oordeel dat de regeling op verschillende punten in strijd is met het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie. Het systeem blijft wel nog overeind voor prestaties geleverd tot eind dit jaar.

De bewuste regeling biedt de mogelijkheid aan iedereen die in hoofdberoep als zelfstandige, werknemer, ambtenaar of gepensioneerde werkt, om onbelast tot 6.000 euro per jaar bij te verdienen in het kader van het verenigingswerk, de occasionele diensten tussen burgers en de diensten verleend via erkende elektronische platforms.

Prestaties in dit stelsel leiden niet tot de opbouw van sociale rechten. Op de vergoeding voor die prestaties worden geen sociale bijdragen of belastingen geheven.

Verschillende beroepsorganisaties en vakbonden waren tegen de regeling naar het Grondwettelijk Hof gestapt. Dat is nu van oordeel dat personen die dezelfde activiteiten uitoefenen in het kader van het onbelast bijverdienen, dan wel als werknemer of zelfstandige ‘zonder redelijke verantwoording zeer verschillend behandeld worden wat betreft de arbeidswetgeving, het sociale zekerheidsstelsel en de fiscaliteit’.

Het onbelast bijverdienen is één van de maatregelen uit het zomerakkoord dat de regering-Michel in 2017 bereikte. Door een aanslepende politieke discussie, met een belangenconflict door het parlement van de Franstalige Brusselaars, ging de maatregel pas midden 2018 in. Open Vld was de grote pleitbezorger van het onbelast bijverdienen.

Aangezien de vernietiging van de wet nadelige gevolgen kan hebben voor personen die onbelast bijverdienen, handhaaft het Hof de gevolgen van de vernietigde bepalingen voor de activiteiten gepresteerd tot en met 31 december 2020. Prestaties zullen dus tot die datum nog kunnen geleverd worden onder het huidige systeem van onbelast bijverdienen.

Partner Content