Bedrijfsresultaten kleuren de beursweek: kunnen winstmarges het pessimisme keren?
De eerste bedrijfsresultaten van 2022 sijpelen binnen. Kunnen bedrijven hun winstmarges handhaven? En zal dat voldoende zijn om het beleggerspessimisme te keren?
De jaarcijfers van 2021 zijn nog maar net bekendgemaakt, of het resultatencircus trekt zich alweer op gang, nu voor de eerstekwartaalcijfers van 2022. Ook deze week volgt in Europa en de Verenigde Staten een hele rist nieuwe cijfers, onder meer van Coca-Cola, Alphabet, Microsoft, Meta, Mondelez en TotalEnergies.
Beleggers moeten in die resultatenrapporten vooral oog hebben voor de winstmarges en zich niet van de wijs laten brengen door eventuele groeicijfers, die bedrijven maar al te graag naar voren zullen schuiven. In tijden van stijgende prijzen is het makkelijker een hogere omzet te halen dan je bruto-, operationele en nettowinstmarges intact te houden of te verbeteren. Als de marges minder rooskleurig ogen dan de groei, zullen ze vooral die in de kijker zetten.
De eerste tekenen wijzen er wel al op dat de winstmarges verder onder druk staan, maar weliswaar op een historisch hoog niveau blijven. Voor de S&P 500 ligt de nettowinstmarge van de afgelopen vijf jaar gemiddeld op 11,2 procent. Het ziet ernaar uit dat die voor het eerste kwartaal van 2022 rond 12 procent zal eindigen, hoger dan dat gemiddelde, maar lager dan de piek van 13 procent vorig jaar.
Beleggers moeten in die resultatenrapporten vooral oog hebben voor de winstmarges en zich niet van de wijs laten brengen door eventuele groeicijfers, die bedrijven maar al te graag naar voren zullen schuiven.
Verder is het beleggerssentiment op alle fronten aan het bekoelen, of heeft het al postgevat onder het vriespunt. De Amerikaanse vereniging van particuliere beleggers AAII, die een wekelijkse bevraging over het beleggerssentiment doet, tekende afgelopen week het laagste optimisme op in de afgelopen dertig jaar.
De moed is ook de professionele beleggers in de schoenen gezakt. Volgens de maandelijkse Global Fund Managers-bevraging van Bank of America zitten er tegenwoordig meer beren dan stieren achter de tradingdesks van de banken en de vermogensbeheerders. Het risico nummer één waar ze zich schrap voor zetten, is een wereldwijde recessie, die mogelijk aangestoken wordt door risico nummer twee: de centrale banken met hun verkrappingsdrang. Volgens de maandelijkse Investment Managers Index van S&P, die een hele groep beleggingsprofessionals bevraagt, verwacht de meerderheid dat de Amerikaanse aandelenmarkt de komende maand nog verliezen zal optekenen.
Wat de sectoren betreft, verwachten beleggers voor de komende maand het meest van energie en gezondheidszorg en het minst van industrie en consumentengoederen. Die laatste twee staan dan ook het sterkst onder druk door de stijgende prijzen. Daarnaast zijn grondstoffen nog altijd de meest geliefde activaklasse van beleggers. Maar daarvoor is het de vraag, net als voor energieaandelen, hoever die nog door kunnen stijgen. Beide hebben er de laatste zes maanden al een serieuze rit op zitten. De Bloomberg Commodity Index staat een kleine 50 procent hoger dan een jaar geleden en de MSCI World Energy bijna 72 procent.
Een van de recente analyses in Inside Beleggen ging over hoe momentum niet alleen in de natuurkunde maar ook op de financiële markten een fenomeen is, dat bovendien in die laatste context bovengemiddelde rendementen neerzet. Grondstoffen en energie zitten nog altijd in een sterk opwaarts momentum. Bij veel beleggers die daar nog niet van geprofiteerd hebben, kriebelt het om daar nog wat van mee te pikken. Maar elk momentum keert, dus beleggers die nog op die trein springen, doen dat best met de nodige stoplosslimieten.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier