Voor het eerst sinds minstens 1997 is het aantal personenwagens met een dieselmotor in het Belgische voertuigenpark gedaald.
Op 1 augustus reden er in België ruim 3,457 miljoen dieselwagens rond, een fractie minder dan een jaar eerder (3,458 miljoen). Dat is de eerste daling sinds minstens 1997, aldus de FOD Economie.
“Deze lichte achteruitgang (-0,03 procent) luidt het einde in van de zeer snelle toename van dit type motor de laatste jaren”, zo meldt de federale overheidsdienst Economie.
Minieme daling
De – minieme – daling staat in schril contrast met de steile opgang van dieselwagens de voorbije jaren. Zo steeg het aantal personenwagens tussen 2005 en 2015 met 14 procent, maar in diezelfde periode kwamen er 43 procent dieselwagens bij. Het aantal benzinewagens daalde met bijna 14 procent. Daardoor kantelden ook de verhoudingen: in 2005 waren er nog iets meer benzinewagens dan dieselwagens, maar nu rijden er bijna 1,4 miljoen meer wagens op diesel dan op benzine rond in België.
Het totale aantal personenwagens bedroeg op 1 augustus 5.623.579, 1,2 procent meer dan op 1 augustus 2014. Het aantal benzinewagens steeg met 3 procent tot 2,091 miljoen. Daarnaast waren er 18.967 personenwagens op gas, of 14 procent minder dan een jaar eerder.
Het aantal elektrische voertuigen steeg het voorbije jaar met een forse 60 procent tot 2.871, en er kwamen ook 21 procent meer “niet nader bepaalde” personenwagens bij, tot 52.888. Deze categorie omvat bijvoorbeeld de hybride voertuigen.
België telt bovendien 16.094 autobussen en autocars, 770.508 voertuigen voor goederenvervoer, 44.851 trekkers, 186.334 landbouwtrekkers, 67.910 speciale voertuigen en 465.786 motorrijwielen. Daarmee bedraagt het totale voertuigenpark 7.175.062 eenheden, of 1,4 procent meer dan op 1 augustus 2014. (Belga/NS)
