Yves-Alexandre de Montjoye: “We streven naar een bewust gebruik van metadata”

Yves-Alexandre de Montjoye © MIT News, Bryce Vickmark
BNP Paribas Fortis
Partner Content

Partner Content verbindt organisaties met de lezers van en doet een beroep op de specialisten van Roularta Brand Studio voor tekst en illustraties. De inhoud wordt eventueel aangebracht door de partner en valt buiten de verantwoordelijkheid van de redactie.

11 mei 2015, 07:05 Bijgewerkt op: 20 juli 2022, 07:14

Yves-Alexandre de Montjoye (31) uit Luik is burgerlijk ingenieur. Hij studeerde onder andere aan de UCL (Université Catholique de Louvain), in Parijs en aan de KUL, waar hij zich op toegepaste wiskunde toelegde. Zijn thesis schreef hij tijdens een verblijf in het befaamde Santa Fé Institute (New Mexico). Een van zijn supervisors was onderzoeker aan MIT.

INNOVATORS UNDER 35: maak kennis met de pioniers van morgen

Jong innovatietalent verdient erkenning. Dat is al sinds 1999 de insteek van Innovators Under 35, een prijs van de prestigieuze MIT Technology Review. Met de steun van BNP Paribas Fortis vindt dit jaar de eerste Belgische editie plaats. Op 20 mei worden in Brussel de ‘Innovator of the Year’ en de ‘Social Innovator’ bekendgemaakt. We laten u al kennismaken met de kanshebbers.

“Op dat moment deed ik onderzoek naar mobiele telefoniedata en dat boeide mij dermate dat ik besloot een doctoraat te behalen. Ik deed mijn aanvraag bij MIT en werd aanvaard. Sindsdien werk ik daar als onderzoeker en deze maand ga ik er ook mijn proefschrift verdedigen.”

“Het project dat ik heb ingediend voor de MIT Award heet ‘Engineering systems for the privacy-conscientious use of metadata’.Wat onderzoek betreft, ben ik nogal bipolair: ik ben overtuigd van de meerwaarde van het gebruik van metadata, met name mobiele telefoniedata in ontwikkelingslanden. Door analyse van deze gegevens kunnen landen en NGO’s allerlei zaken vaststellen, zoals bijvoorbeeld de verspreiding van malaria. Metadata van mobiele telefonie werden ook intensief gebruikt in de strijd tegen ebola. Ze kunnen zelfs nuttig zijn bij de aanpak van voedselschaarste. Dat soort onderzoek maakt 50% uit van mijn werk.”

“De andere 50% van mijn tijd besteed ik aan de studie van de beperkingen op het gebruik van metadata in relatie tot de privacy. De kern van mijn onderzoek is wat in het jargon ‘reidentification’heet. Hoewel metadata ‘anoniem’ zijn, is dat geen garantie op privacy. In een drie maanden durende studie van kredietkaartgegevens van 1,1 miljoen mensen hebben we aangetoond dat vier tijd- en ruimteparameters voldoende zijn om 90% van de betrokken personen te identificeren! De huidige strategieën om de privacy te beschermen (toevoegen van ‘ruis’ of het ‘ruwer’ maken van de data) zijn achterhaald, want zelfs uit ruwe data kunnen we individuen identificeren. We kunnen zelfs de persoonlijkheid en het geslacht afleiden uit de data. Hoe rijker de data worden, hoe meer we moeten nadenken over hoe we de privacy van personen kunnen beschermen.”

“Wat wij voorstellen is om de zaak om te draaien. In plaats van data te proberen te anonimiseren, wat heel moeilijk is, stellen wij een aanpak voor die ‘Safe Answers’ heet. Het komt er op neer dat gebruikers van elektronische toestellen zoals smartphones meer eigenaar worden van hun data in plaats van ze zomaar weg te geven, wat nu het geval is.”

Inschrijven voor het MIT-event op 20 mei kan hier.