RSZ eist deel van vergoedingen na ontslag

Wie vanaf deze maand ontslagen wordt, zal in een aantal gevallen minder overhouden dan tot nog toe het geval was. Voortaan moeten ook op alle niet-concurrentievergoedingen, afwervingsvergoedingen en beschermingsvergoedingen RSZ-bijdragen worden betaald, zelfs indien ze pas een hele tijd na het ontslag worden uitgekeerd.

Tot nog toe waren de niet-concurrentievergoeding (vergoeding om niet actief te worden in dezelfde sector) en de afwervingsvergoeding (vergoeding om geen klanten mee te nemen) slechts onderworpen aan RSZ-bijdragen indien de vergoedingen waren voorzien in het contract of bij het ontslag werden overeengekomen. Werden ze pas een tijd na het ontslag bepaald, dan werden geen bijdragen ingehouden. Men ging er dan vanuit dat ze niet meer bij het loon hoorden omdat er op dat moment geen arbeidscontract meer was. Het leidde er dan ook toe dat in veel gevallen de vergoedingen pas nadien werden vastgelegd. Zowel werkgever als werknemer waren dan beter af. Vanaf 1 oktober is op beide vergoedingen wel RSZ verschuldigd indien ze voorzien waren in het contract, bij het ontslag weren vastgelegd of indien ze binnen de twaalf maanden erna werden vastgesteld. Voorts moet voortaan ook RSZ worden afgehouden op beschermingsvergoedingen. Dit zijn bedragen die beschermde werknemers zoals vakbondsafgevaardigden, zwangere vrouwen, …) ontvangen bovenop hun klassieke opzegvergoeding. Tegelijk worden dan weer enkele andere vergoedingen vrijgesteld van RSZ-bijdragen. Dat is onder meer zo voor de vergoeding wegens collectief ontslag (niet te verwarren met de sluitingsvergoeding) en de vergoeding wegens willekeurig ontslag (als de werkgever geen reden opgeeft voor het ontslag). (Belga)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content