Een wereldse speelplaats

'Children's Game #26: Kisolo Tabacongo', een foto die Francis Alÿs in 2021 maakte in de Democratische Republiek Congo. © Francis Alÿs, Galerie Peter Kilchmann, Jan Mot en David Zwirner Gallery

Penalty’s trappen, struikelen en scoren met een imaginaire bal. Het mooie en tegelijk tragische onderwerp van Haram Football, de film van kunstenaar Francis Alÿs die als inspiratie dient voor het Belgische paviljoen op de 59ste Biënnale van Venetië. Curator Hilde Teerlinck geeft de voorzet voor wat een artistieke topmatch moet worden.

Nadat ze in juni 2020 waren geselecteerd om het Belgisch paviljoen voor de Biënnale in te vullen, trokken Hilde Teerlinck en Francis Alÿs in volle lockdown naar Venetië om de plek te bekijken. “Francis is architect van opleiding, en dus gevoelig voor hoe hij zijn werk binnen een gegeven ruimte vorm kan geven”, vertelt ze. Ze zal zich de uitstap nog lang herinneren. “We liepen moederziel alleen op het San-Marcoplein en konden onze eigen voetstappen horen. Onwezenlijk.”

Alÿs nam eerder al deel aan de Biënnale. In 2017 toonde hij in het Iraaks paviljoen een film over het leven in een vluchtelingenkamp. Hij was ook meegetrokken naar het front in Mosoel. Dit keer ontwikkelde hij samen met Teerlinck een concept vanuit een centraal thema in zijn praktijk: kinderspelen. “Zijn film Haram Football uit 2017 heeft me enorm geraakt”, vertelt Teerlinck. “Onder Islamitische Staat was voetbal verboden en Francis had het verhaal gelezen over dertien tieners die in Mosoel waren geëxecuteerd omdat ze op televisie naar voetbal keken. Tegelijk hoorde hij over haram voetbal en ging er in volle oorlogsgebied naar op zoek. In zijn film van negen minuten toont hij hoe Iraakse kinderen in de straten van Mosoel toch een manier vonden om voetbal te spelen: met een imaginaire bal. Alles zit erin: ze vallen, trappen penalty’s, maken goals, omhelzen elkaar. Maar dus zonder bal. Al zie je hem bijna rollen: de overgave waarmee ze spelen is totaal. Terwijl de tanks passeren.” De film stopt abrupt wanneer een scherpschutter een schot lost.

Misschien gaan kinderen massaal gamen in plaats van op straat spelen. Francis wil dat vastleggen voor het verdwijnt’ HILDE TEERLINCK

Collectie straatspelen

Rond Haram Football verzamelde het duo bestaand en nieuw werk. “Menselijk gedrag onderzoeken en documenteren is een belangrijk deel van Francis’ werk”, zegt Teerlinck. “En waar hij ook uitgenodigd wordt: hij filmt kinderen die op straat spelen, als een etnograaf die culturele tradities vastlegt – al is hij ook gefascineerd door de vrije, autonome houding van kinderen zelf. Doordat de Biënnale wegens corona met een jaar opschoof, hadden we meer tijd om het thema te ontwikkelen. Zo kwamen er een tiental nieuwe videowerken die zich afspelen in onder meer Hongkong, Mexico, Congo en België. Een spel is een spel, maar als je verschillende stedelijke contexten samenbrengt krijg je een reeks metaforen voor de wereld waarin we leven. Sommige fragmenten zoals touwtje springen kunnen zowel in Afghanistan als België zijn gefilmd, andere zijn zeer specifiek, zoals Haram Football.”

Francis Alÿs aan het werk in DR Congo.
Francis Alÿs aan het werk in DR Congo.© Francis Alÿs, Galerie Peter Kilchmann, Jan Mot en David Zwirner Gallery

Op die manier wordt het Belgisch paviljoen een wereldse speelplaats. Je wandelt door een labyrint met een veertiental projecties van overal ter wereld. Alÿs ensceneert niet. Hij volgt de kinderen en filmt hen, als een toeschouwer van hun spel. “Maar zijn praktijk is divers en bevat ook performances, tekeningen en schilderijen die meer de achtergrond en context bij de spelen tonen”, zegt Teerlinck.

Er komt ook een tentoonstelling in het Brusselse centrum voor hedendaagse kunst Wiels. “Twintig jaar geleden was Francis zelf de performer, nu zijn de kinderen dat. Hij voelt een urgentie om een collectie van hun spelen aan te leggen. Kinderen spelen steeds minder op straat. Mogelijk is het gevaarlijker. Of zijn we banger geworden. Tijdens de pandemie was de sociale ruimte ook beperkter en werd er nog meer binnen gespeeld. Wat de gevolgen daarvan zijn weten we nog niet. Misschien gaan kinderen massaal meer gamen in plaats van samen op straat actief zijn. Francis wil dat laatste vastleggen voor het misschien verdwijnt.”

Kunst versus erfgoed

Met Teerlinck en Alÿs stuurt Vlaanderen twee echt internationale kleppers naar de Biënnale. Alÿs is een geboren Antwerpenaar die opgroeide in het Pajottenland maar al ruim 35 jaar in Mexico woont. Aanvankelijk trok hij ernaartoe om te helpen bij de heropbouw na de desastreuze aardbeving van 1985, waarbij grote delen van de hoofdstad werden vernietigd en meer dan 10.000 mensen stierven. Later bouwde hij er als beeldend kunstenaar wereldfaam uit. Zijn werk was te zien in tal van prestigieuze kunstinstellingen, op de dertiende documenta in Kassel in 2012 en de pan-Europese biënnale voor hedendaagse kunst Manifesta in 2014. Het Bonnefantenmuseum in Maastricht lauwerde hem met de BACA Award (Biennial Award for Contemporary Art).

'Children's Game #29: Nzago Tabacongo' in samenwerking met Julien Delvaux en Felix Blume.
‘Children’s Game #29: Nzago Tabacongo’ in samenwerking met Julien Delvaux en Felix Blume.© Francis Alÿs, Galerie Peter Kilchmann, Jan Mot en David Zwirner Gallery

Het grenzeloze leven van Hilde Teerlinck begon nadat ze in 1989 in Barcelona naar een dansvoorstelling van Pina Bausch ging kijken. “Ik vond het een hele fijne stad en ben gebleven”, zegt ze. “Van mijn ouders had ik de boodschap meegekregen dat de wereld voor me open lag. Zij initieerden de drang om te reizen en nieuwe culturen te ontdekken. In de klas was ik de eerste die op een vliegtuig had gezeten. Maar verhuizen en elders werken is natuurlijk de beste manier om een cultuur te leren begrijpen.”

De carrière die erop volgde vergelijkt ze met parels die je aan elkaar rijgt. “De dingen gaan soms heel organisch: je volgt een stroom. Het was een aaneenschakeling van toevalligheden en ontmoetingen met mensen die me uitnodigden om uit mijn comfortzone te stappen.” In Barcelona was ze van 1994 tot 1999 artistiek directeur van het Mies van der Rohepaviljoen, waar ze gerenommeerde kunstenaars als Jeff Wall, Panamarenko, Ulrich Meister, Thomas Ruff en Dominique Gonzalez-Foerster uitnodigde om er hun visie op het paviljoen te geven en interventies te creëren. “Ik was zeer jong en gepassioneerd door kunst, maar de directie daartoe overtuigen was niet evident. Architecten hadden het moeilijk met die inbreng in hun heiligdom. De relatie leggen tussen kunst en erfgoed ligt niet voor de hand. Sommige bezoekers haalden de paraplu van Ulrich Meister weg alvorens foto’s van het paviljoen te nemen.”

Ti amo

Later richtte Teerlinck in Perpignan een kunstcentrum op, dat ze korte tijd coördineerde. In 2002 werd ze directeur van de Centre Rhénan d’Art Contemporain (CRAC Alsace) in Altkirch.

Van 2006 tot 2014 was ze directeur van het FRAC (Fonds Regional d’Art Contemporain) Nord-Pas de Calais, waar ze een van de meest prestigieuze collecties van hedendaagse en conceptuele kunst in Frankrijk beheerde. Haar big job: de herlocatie ervan in het AP2-gebouw, waarmee ze de vroegere scheepswerf van 9000 m2 in de haven van het zieltogende Duinkerke liet omtoveren tot een architecturaal meesterwerk. “Toen kon ik echt met architecten werken die ik erg bewonder en van wie ik veel heb geleerd, zoals Anne Lacaton”, zegt ze.

Tussendoor cureerde ze grote internationale tentoonstellingen en biënnales. In 2013 werd ze in Frankrijk tot ridder in de kunsten geslagen. Sinds eind 2017 is ze weer waar alles begon. In Barcelona is Teerlinck directeur van de Han Nefkens Foundation, die de verzameling hedendaagse en conceptuele kunst van de Nederlandse schrijver en mecenas Han Nefkens beheert. Ze ondersteunt onder meer de productieprocessen van videokunstenaars en biedt hen een platform waarop ze hun werk kunnen tonen. Netwerken met de grote culturele instellingen is een deel van die opdracht.

Teerlinck komt uit Brugge maar haar Nederlands raakte vervormd door een leven tussen Frankrijk en Spanje. “De waarden waarmee je bent opgegroeid, neem je altijd mee’, lacht ze. ‘Spanjaarden noemen me nog steeds ‘noorders’ en ontwaren een zekere striktheid en stroefheid. Workaholisme, ook. Toch voel ik vanbinnen dat de culturen in mij vermengd zijn. Ik ben soepeler geworden. Minder serieus. Het Spaans is een eenvoudige, directe taal waarin je makkelijker ‘ti amo’ zegt dan in het Nederlands.”

De 59e Biënnale van Venetië voor Beeldende Kunst vindt plaats van 23 april tot en met 27 november 2022 op verschillende locaties in Venetië, tickets en info op www.labiennale.org

Hilde Teerlinck, curator van het Belgische paviljoen.
Hilde Teerlinck, curator van het Belgische paviljoen.© Roberto Ruiz

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content