Philippe Janssens (Stadim): ‘Nieuwe percelen en woningen zijn te klein’

© istock
Ilse De Witte
Ilse De Witte Redacteur bij Trends

Philippe Janssens van het adviesbureau Stadim waarschuwt dat de bouwgronden en de nieuwbouwprojecten die op de markt komen, vaak te klein zijn om hun waarde te behouden.

De rente op spaarboekjes is historisch laag. Maar tegelijk betaalden particulieren nog nooit zo weinig rente op hypothecaire leningen. Mogelijk wilt u die gelegenheid te baat nemen om uw spaargeld te beleggen in vastgoed. Vermijd dan de valkuil waar veel mensen vandaag in trappen. Volgens Philippe Janssens van het adviesbureau Stadim zijn de meeste bouwgrondpercelen, nieuwe woningen en nieuwbouwappartementen die op de markt komen te klein om hun waarde te behouden. Bovendien zijn ze vaak ook slecht gelegen.

“Vastgoedeigenaars moeten altijd kunnen inspelen op veranderende behoeften”, vindt Janssens. “Er was een tijd dat tweeverdieners geen grote keuken nodig hadden, omdat ze er enkel diepvriesmaaltijden opwarmden. Daarna kwam cocooning en wilde iedereen een grote open keuken. Als je een woning, een appartement of een bouwgrond koopt, moet je ervoor zorgen dat er voldoende ruimte is om het goed te kunnen aanpassen. Dat speelt zelfs bij garages. Veel garages zijn te klein voor de grote wagens van vandaag.”

“Er is in België de voorbije jaren een trend naar kleiner wonen en kleiner bouwen. Omdat de grond duur is geworden, leveren we in op kwaliteit. Nederlanders wonen al lang veel kleiner. In Nederland is er ook veel meer uniformiteit. De ramen openen er naar buiten, in plaats van naar binnen zoals bij ons, om plaats te besparen. In Nederland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk wordt de particuliere vastgoedmarkt bovendien gedomineerd door grote vastgoedfondsen. Er zijn nog Belgen die bouwen met een eigen architect en een eigen aannemer, maar dat wordt stilaan een minderheid.”

Omdat de registratierechten voor woningen (10 of 12,5%) in België hoger liggen dan in de buurlanden, is het nog belangrijker te kunnen inspelen op wijzigende behoeften. “De Belgen verkopen hun woning of appartement gemiddeld om de 35 jaar. In Nederland is dat om de zestien jaar, in het Verenigd Koninkrijk om de tien jaar”, beweert Janssens.

“Ik raad opnieuw appartementen met twee slaapkamers aan, die een zekere kwaliteit en voldoende ruimte hebben. Dat segment is sinds midden jaren negentig uit de gratie gevallen. Door de vrij lage inflatie lagen de aflossingen van leningen dicht bij de huurlast en gingen jonge gezinnen meteen voor een aankoop. Ze konden dat omdat ze van hun ouders financiële steun kregen. Die hadden toen de erfenis van hun ouders op zak en ze hadden dat geld niet nodig. De banken leenden ook tot 100 of 110 procent van de aankoopprijs. Maar de banken zijn nu strenger en ze lenen nog slechts tot 80 procent van de waarde van een woning. Grootouders leven ook langer. 3 procent lijkt me een realistisch rendement voor die betere appartementen.”

Meer tips van experts over beleggingen in onroerend goed leest u deze in Trends.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content