Late betalingen brengen kmo’s in ademnood

FACTUREN De betalingstermijnen worden almaar langer. © GET
Patrick Claerhout
Patrick Claerhout redacteur bij Trends

Laattijdige betalingen doen kleine ondernemingen vaak de das om. Naar het voorbeeld van Nederland wordt nu ook in België een vrijwillige code gelanceerd, waarmee grote ondernemingen beloven billijke betalingstermijnen te respecteren.

” Grote ondernemingen zijn zich er vaak niet van bewust. Voor hen gaat het om kleine bedragen en ze denken dat het niet zo uitmaakt of ze nu na een maand of na drie maanden betalen. Maar voor kleine ondernemingen zijn die centen cruciaal. Ze kunnen het verschil maken tussen overleven of failliet gaan.” Aan het woord is Peter Van Den Broecke, de financieel directeur van Daikin Europe uit Oostende. Het bedrijf ondertekende de erecode SME QuickPay, waarmee grote ondernemingen beloven hun kleine leveranciers snel en correct te betalen. In de praktijk streven ze ernaar de facturen van hun kleinste leveranciers binnen de 30 dagen, voor het einde van de volgende maand of uiterlijk binnen de 60 dagen te vereffenen.

“Het manifest is zowel een gentlemen’s agreement als een kwaliteitslabel. Ondernemingen kunnen er hun goede betaalintenties en hun inzet voor maatschappelijk verantwoord ondernemen mee in de verf zetten”, zegt Jean-Louis Coppers, de CEO van de Gentse makelaar in kredietverzekeringen CRiON. “Door kapitaal vrij te maken dat opgesloten zit in openstaande facturen, brengen ze respect op voor de kleine leverancier en verzekeren grote bedrijven zich van een gezonde en stabiele toeleveringsketen.”

CRiON zag het probleem van de laattijdige betalingen de voorbije jaren toenemen en nam het initiatief voor de ethische code. Er is nochtans een Europese richtlijn die tot doel had de betalingsachterstand tussen handelaars te bestrijden en kmo’s te beschermen tegen de toename van onbetaalde facturen. Die richtlijn werd in 2013 omgezet in Belgische wetgeving, maar ze faalt compleet, oordeelt Coppers.

“De wet moest een betalingskader creëren waarin de wettelijke betalingstermijn van dertig dagen verlengd kon worden tot maximaal zestig dagen”, vertelt Coppers. “De realiteit blijkt echter helemaal anders, zeker in de relatie tussen grote ondernemingen en kleine toeleveranciers. Vooral multinationals hebben de voorbije jaren de betalingstermijnen stelselmatig verhoogd.”

Druk van multinationals

Een onderzoek van de universiteit van Maastricht wees uit dat de helft van de Nederlandse kmo’s de betalingstermijnen de voorbije jaren langer zag worden. Amerikaanse reuzen als Mondelez, Mars, Kellog Company en Procter & Gamble dreven tussen 2014 en 2016 de betalingstermijn contractueel op tot 120 dagen of meer. Maar ook Nederlandse bedrijven zoals Hema, KPN, Douwe Egberts en Albert Heijn bezondigden zich aan die praktijk. Helemaal de spuigaten loopt het uit bij een groep als AB InBev. Haar leveranciers moeten vaak tot 150 dagen en soms zelfs tot 280 dagen wachten op de betaling van een factuur.

Volgens het European Payment Report 2017 van facturatie- en invorderingsspecialist Intrum Justitia kreeg dit jaar twee derde van de Belgische ondernemingen het verzoek langere betalingstermijnen te aanvaarden dan ze comfortabel achten. Vooral multinationals drongen daarop aan bij hun toeleveranciers. Even opmerkelijk is dat evenveel bedrijven (69%) de langere termijnen gelaten aanvaardden (zie grafiek).

Als multinationals druk uitoefenen, is het moeilijk te weigeren. De dominante positie van die grote ondernemingen dwingt veel kleinere leveranciers een eenzijdige aanpassing van de betalingstermijn te aanvaarden. Wie op zijn strepen staat en naar de rechter dreigt te trekken, loopt een grote kans zijn opdrachtgever of afnemer te verliezen.

Leverancierskredieten worden almaar vaker aangewend om langlopende investeringen te financieren

“De Europese richtlijn heeft daar niets aan veranderd”, zegt Coppers. “Op de betalingstermijn van maximaal zestig dagen is een contractuele afwijking mogelijk. Die afwijking mag ‘niet kennelijk onbillijk’ zijn, maar het is aan de rechter om daarover te oordelen. In de praktijk blijken heel wat kleine ondernemingen die regelgeving niet te kennen, of ze willen de klantenrelatie niet in gevaar brengen.”

Guy Colpaert, de CEO van Intrum Justitia België, wijst erop dat meer dan 80 procent van de Belgische ondernemingen zegt de Europese richtlijn over achterstallige betalingen niet te kennen. 93 procent merkt geen enkele impact op de betalingstermijnen. Het recht om bij te late betaling (na de vervaldatum van de factuur) kosten en verwijlintresten aan te rekenen, wordt nauwelijks gebruikt.

Late betalingen brengen kmo's in ademnood
© .

Slechte betalingsmoraal

“De betaalcultuur in ons land is bedenkelijk”, vindt Colpaert. “Op internationale schaal blijven we een van de slechte leerlingen. Iedereen bezondigt zich eraan: grote én kleine ondernemingen, en vooral de overheid. Die laatste heeft nochtans een voorbeeldrol. Er speelt ook een watervaleffect: als een kmo laat betaald wordt door een grote onderneming, gaat hij zelf ook zijn leveranciers later betalen. Men gaat vaak heel berekend te werk. En doordat zowat iedereen met contractuele voorwaarden werkt, heeft de Europese richtlijn nauwelijks effect.”

Een vlot betalingsverkeer is economisch nochtans heel belangrijk. Te lange betalingstermijnen hebben een negatieve invloed op de liquiditeit van de kmo’s. Daardoor is hun behoefte aan werkkapitaal groter of moeten ze meer kredieten aangaan bij de bank. Ze kunnen zelfs in de problemen komen. Dat is zorgwekkend, want zeker in Vlaanderen vormen familiale kmo’s het hart van het economische weefsel.

“Als ze tijdig betaald zouden worden, zouden die ondernemingen meer ruimte hebben om te investeren in de uitbreiding van hun activiteiten of in personeel. Openstaande facturen vertegenwoordigen een kapitaal dat ze niet kunnen benutten. Nu moeten ze wachten tot die facturen vereffend zijn, en intussen meer eigen middelen aanwenden. Uitgestelde of negatieve kasstromen vertragen de expansie en remmen de werkgelegenheid en de economie af. In het slechtste geval vormen ze een bedreiging voor het voortbestaan van de onderneming”, zegt Colpaert.

Nederlands voorbeeld

Uit het rapport van Intrum Justitia blijkt dat een vijfde van de Belgische ondernemingen de slechte betalingsmoraal als een bedreiging voor zijn voortbestaan beschouwt. In Nederland is dat cijfer ongeveer even hoog. Daarom namen enkele grote bedrijven (Heineken, Randstad, Jumbo en Friesland Campina) eind 2015 het initiatief ‘betaalme.nu’. Daarmee verbonden ze zich ertoe hun kleinere toeleveranciers binnen de dertig dagen te betalen. Eind vorig jaar hadden al 32 grote bedrijven en 66.000 kmo’s zich bij het initiatief aangesloten.

CRiON spiegelt zich met de lancering van SME QuickPay in België aan dat Nederlandse voorbeeld. Zeven bedrijven, waaronder Adecco, Resilux, Daikin Europe en USG People, hebben de code al onderschreven. In de praktijk stellen ze een manifest op waarin ze aangeven hoe en binnen welke termijn (maximaal 60 dagen) ze hun kleinere leveranciers zullen betalen.

“We willen grote bedrijven sensibiliseren om hun maatschappelijke verantwoordelijkheid op te nemen, en tegelijk de kmo’s een grotere stem in dit debat geven”, zegt Coppers. “Vaak staan ze machteloos.”

De grote bedrijven krijgen in de ethische code wel de vrijheid te definiëren wat ze verstaan onder ‘kleinere leveranciers’. De meeste ondernemingen hanteren daarvoor de omzet die ze jaarlijks afnemen van die leverancier. Daikin Europe bijvoorbeeld beschouwt alle leveranciers met een jaarlijkse facturatie tot 50.000 euro als een kleine leverancier en betaalt die in principe voor het einde van de volgende maand.

“Ik geef toe dat we nog wat worstelen met het onderscheid tussen grotere en kleinere leveranciers”, zegt Peter Van Den Broecke van Daikin Europe. “Prijzen en betalingstermijnen maken immers deel uit van de onderhandelingen tussen klant en leverancier. Wij hebben de lat redelijk laag gelegd, op 50.000 euro omzet, en we maken abstractie van productiegerelateerde leveranciers, voor wie aparte overeenkomsten gelden.”

Niet zo simpel

Dat Daikin de lat vrij laag legt, komt omdat de praktische toepassing van het betalingsproces binnen normale termijnen niet zo simpel is als het wel lijkt, zegt Van Den Broecke: “Alles begint bij een juiste en correct opgemaakte factuur. Wij garanderen een snelle betaling mits de leveranciers aan de vereisten voldoen. Maar er is ook een intern proces dat maakt dat minstens twee personen een factuur moeten goedkeuren. Dat leidt tot administratieve vertraging. De ondertekening van de code is voor Daikin ook een hefboom om die interne processen te optimaliseren.”

Correcte betalingstermijnen maken integraal deel uit van het CSR-beleid (‘corporate social responsibility’) van Daikin, zegt Van Den Broecke: “Wij willen geen financiële winst maken op de rug van kleine leveranciers. Gezien de bedragen waarover het gaat, is het voordeel voor ons als grotere onderneming overigens marginaal. De impact op de liquiditeit is vrijwel onbestaande, terwijl de nadelen voor de kmo desastreus kunnen zijn. Daikin geeft de voorkeur aan een duurzame relatie tussen de twee partijen. Maatschappelijk verantwoord ondernemen maakt deel uit van onze waarden, en daar valt ook de relatie met businesspartners onder.”

Guy Colpaert van Intrum Justitia juicht het SME QuickPay-initiatief toe: “We vinden het normaal dat het loon op tijd betaald wordt, waarom kan dat dan niet voor een leverancier? Er is dringend behoefte aan respect voor billijke betalingstermijnen. Dat past perfect in een beleid van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Ik durf te hopen dat grote werkgeversorganisaties als het VBO of Voka hun schouders onder dit initiatief zetten, zodat het een succes kan worden. Ook de overheid kan een duit in het zakje doen, minstens door tijdig haar facturen te betalen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content