Wil de echte Greenspan nu opstaan?

Er is meer nodig dan alleen maar een economisch herstel. Een herstel van het vertrouwen in cijfers, waarderingen, analisten en management is even noodzakelijk. En Alan Greenspan moet terug naar zijn beleid van voor 1996.

Waarom stijgt de prijs van het goud de jongste maanden? Goud is eerlijk, en dat wordt een schaars actief. Uiteraard is het ironisch bedoeld, maar er zit een grond van waarheid in. Het vertrouwen van de beleggers is beschaamd en zal niet herstellen met alleen maar nieuws over een miraculeus economisch herstel. Misschien vergroot dit zelfs hun wantrouwen, want dat mirakelherstel levert nog geen tastbare gevolgen op. De vele doorgeprikte beursdromen heeft de doorsneebelegger (terecht) achterdochtig gemaakt.

Wantrouwen. Door het nieuws over de crisis in het Midden-Oosten verdween heel wat belangrijk financieel nieuws naar de achtergrond. IBM kwam met de eerste winstwaarschuwing in tien jaar. Waarom juist in een kwartaal waarin de sterkste groei sinds jaren wordt verwacht? Zou het zijn omdat dat het eerste post- Enron-kwartaal is en dat IBM niet langer ongestoord zijn cijfers kan opfrissen? En General Electric komt eveneens met aangepaste cijfers op de proppen, toevallig net nu het bedrijf onder vuur ligt om zijn boekhoudprincipes.

Enkele analisten staan centraal in de schijnwerpers van het wantrouwen en dreigen zelfs hun duur maatpak voor een ander soort streepjespak te moeten inruilen. De procureur van de staat New York start een procedure tegen Merrill Lynch. Een voorbeeld waaraan zwaar wordt getild, is dat van Henry Blodget, ooit een internetgoeroe. Blodget raadde beleggers sterk aan aandelen te kopen, die hij intern per e-mail ‘rommel’ (of erger) noemde. Zijn interne mening bleek accurater, waardoor Blodget goeroe is geworden van een groot aantal pennystocks.

Blodget opsluiten, kan dan misschien het publiek geven wat het wil, het zal het vertouwen niet herstellen. Dat werd immers niet alleen door beursintroducties of internetaandelen geschokt, maar ook door boekhoudschandalen en andere misleiding, zoals voorbeelden van reverse convertibles in ons land. Beleggers vluchten nu naar zogenaamd veiliger beleggingsvormen. Maar wie zal hen verwittigen dat ze misschien naar de volgende overdrijving of ontgoocheling hollen in vastgoed of hefboomfondsen?

Voorzichtig. Meer fundamentele ingrepen zullen dus nodig zijn, niet alleen op bedrijfsvlak maar ook op macro-economisch vlak. Hier is een belangrijke taak weggelegd voor de Amerikaanse Securities and Exchange Commission ( SEC), of in ons land de Commissie voor het Bank- en Financiewezen ( CFB), maar ook de centrale banken: terug naar de basisopdracht.

De regeerperiode van Alan Greenspan, de voorzitter van de Amerikaanse centrale bank ( Fed), is in dat verband een mooie illustratie. In de eerste helft van zijn voorzitterschap (tussen 1987 en 1995) voerde de Fed een voorzichtige monetaire politiek en verbeterden de fundamentals van de Amerikaaanse economie spectaculair. De schuldgraad van de gezinnen werd fors teruggeschroefd, het banksysteem werd gezuiverd en de inflatie werd teruggebracht. De overheidsfinanciën verbeterden en dat alles zorgde ervoor dat het tekort op de lopende rekening werd weggewerkt.

Dit defensieve beleid wordt geïllustreerd door een gematigde geldgroei (zie grafiek). De geldhoeveelheid groeide minder snel dan de economie (daling van de overtollige geldhoeveelheid).

Begin 1996 begon de Amerikaanse economie hiervan de vruchten volop te plukken. Lage inflatie en stevige fundamentals zorgden voor een sterke groei en hierdoor genoot Wall Street van een herwonnen beleggersvertrouwen. Ongeveer rond die periode veranderde de houding van de Fed grondig onder invloed van het denken rond de nieuwe economie. Technologische innovatie zou door hoge productiviteitswinsten een sterke economische groei gekoppeld aan lage inflatie mogelijk maken. De teugels werden gevierd, of eerder: de geldkraan werd volop opengedraaid. Greenspan II werd gekenmerkt door een sterk oplopen van de overtollige geldhoeveelheid (meer dan nodig was om de groeiende economie monetair te voeden).

Greenspan de oude. Om de fundamentals te herstellen en het vertrouwen van beleggers te herwinnen, heeft de VS nood aan de oude Greenspan, figuurlijk dan.

Het paradoxale is dat een conservatief monetair beleid dikwijls niet leidt tot een sterke munt. Het lijkt wel een variante op de wet van Gresham, die zei dat slecht geld het goede verdrijft. Hoewel Greenspan I werd gekenmerkt door een verbetering van de fundamentals, was de dollar zwak. Greenspan II zorgde voor spectaculaire groei, maar even spectaculaire onevenwichten en toch een sterke dollar.

Wat wordt de stijl van Greenspan III ? De VS en de financiële markten vragen de echte Alan Greenspan nu op te staan.

Geert Noels [{ssquf}]

De auteur is hoofdeconoom van Petercam.

Om de fundamentals te herstellen en het vertrouwen van beleggers te herwinnen, heeft de VS nood aan de oude Greenspan, figuurlijk dan.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content