WIE ZIET SPOKEN ?

Trends en The Wall Street Journal Europe brengen “spookverhalen” over het “wegtoveren van tientallen miljarden overheidsschuld via geheime operaties”. Zo reageerde De Financieel-Economische Tijd op de berichten over de eindejaarstransacties van de Thesaurie om de uitstaande staatsschuld gedurende enkele dagen te verkleinen (zie Trends, 9 januari 1997). De Tijd zat daarmee op dezelfde golflengte als Philippe Maystadt.

In de toelichting die De Tijd brengt over de door ons gelaakte transacties veronachtzaamt de krant de essentie van wat tussen 30 december 1996 en 2 januari 1997 plaatsvond. De commentaar van De Tijd contrasteert met de bedenkingen van de Financial Times. De Britse krant plaatst de Belgische eindejaarstransacties op één lijn met de fameuze kaping door de Franse regering van de pensioenreserves van France Télécom nog voor boeking in de lopende ontvangsten, om haar Maastricht-schuldnorm te falsifiëren. ” It is not surprising that Belgium is exploiting every trick in the book,” aldus de Financial Times.

Minister Philippe Maystadt van zijn kant stelde dat, primo, deze transacties perfect passen in wat mag en niet mag volgens het Verdrag van Maastricht en dat, secundo, er ook niets geheims aan is vermits hij in de herfst van vorig jaar het parlement van deze transacties op de hoogte bracht. Dit is in het beste geval een halve waarheid. Op 5 november 1996 had Maystadt het in de commissie Financiën van de Kamer van Volksvertegenwoordigers nog over “een programma van financiële verrichtingen dat de overheidsschuld met 367 miljard zal verminderen” in 1996 en 1997. Die verrichtingen behelzen drie types van transacties : realisatie van goudvoorraad ter delging van schuld in buitenlandse deviezen (222 miljard), privatiseringen (70 miljard) en “de belegging van de thesaurieoverschotten van de diverse overheden (gewesten, gemeenschappen en verschillende parastatalen) in overheidspapier eerder dan bij financiële instellingen” (75 miljard). Een woordvoerder van het ministerie van Financiën gaf in de voorbije dagen toe dat het uiteindelijk niet om 75 miljard ging over twee jaar, maar om 100 à 150 miljard frank in één jaar, zoals Trends en The Wall Street Journal schreven.

Veel belangrijker dan het cijferschermen is het opzet van de eindejaarstransacties. Waarom moet het Rentefonds daarbij worden betrokken via cessies-retrocessies van schatkistpapier ? Deze cruciale vraag laten Maystadt (en de critici van Trends en The Wall Street Journal) links liggen. Ze ignoreren ook dat men occassionele liquiditeitsoverschotten voor drie dagen aanwendt om net op 31 december de structurele staatsschuld “even” naar beneden te duwen.

De betrokkenheid van het Rentefonds en de cessie-retrocessietoestanden zijn natuurlijk nodig om dit “simpele” verhaal (dixit De Tijd) iets minder simpel te maken dan het in de realiteit is. Bronnen binnen de Thesaurie bevestigen nogmaals aan Trends dat er bij de eindejaarstransacties ook (en vooral) fondsen werden aangewend die niet tot de overheidssector in de strikte zin van het woord behoren. Men kan hier bijna van een soort witwasoperatie spreken. Vooraleer die fondsen op een boekhoudkundig zinvolle manier kunnen worden gebruikt en volgens de Maastricht-regels in mindering komen van de uitstaande staatsschuld moeten ze immers minstens voor enkele dagen bij een instelling zoals het Rentefonds worden “geparkeerd”. Het zou weinig netjes ogen indien bijvoorbeeld het vakantiefonds van een mutualiteit rechtstreeks voorschotten aan bijvoorbeeld het Rentefonds zou geven.

Via Reuters leverden, naast Maystadt, een aantal bankmedewerkers commentaar op de eindejaarstransacties. De meesten van hen meenden dat het gewoon om simpele beleggingen ging in schatkistpapier vanwege overheidsinstanties in de strikte zin van het woord. Dat men daarmee de essentie van de operatie veronachtzaamt, is één zaak ; een andere zaak is de wijze waarop tegen het recente beheer van onze publieke financiën wordt aangekeken. Een analist van Kredietbank Securities : ” It is a fact that Belgium has used some creative accounting at the end of the year for some tens of billions of francs. But the fact itself of tampering with the figures is less important than the fact that they wanted to have a good figure to show how serious they are about reducing the deficit.”

Zover heeft de Maastricht-hysterie België en de Belgen gebracht : politici kunnen hun geloofwaardigheid oppoetsen door goede cijfers te laten zien, ongeacht of die voortvloeien uit geknoei en trucs dan wel uit een ernstig beleid. Erger nog : het is beter via cijfermanipulaties met de gewenste cijfers te komen dan iets minder goede, maar realistische cijfers te presenteren en intussen aan een doortastend beleid te werken. Zo “simpel” wordt het Europese, en zeker ook het Belgische verhaaltje. Waar blijft de Nieuwe Politieke Cultuur ?

JOHAN VAN OVERTVELDT

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content