Wie betaalt de Suezfactuur?

Luc Huysmans senior writer bij Trends

Bijna twee derde van de respondenten uit de Trends CEO-poll verwacht een hogere elektriciteitsfactuur na de fusie van Suez en Gaz de France. Niettemin kijken ze vol vertrouwen naar de toekomst: ze verwachten over drie maanden meer werknemers te hebben dan nu.

Terwijl er tussen het noorden en het zuiden van dit land grote meningsverschillen lijken te bestaan over de rol van de monarchie in het algemeen, en over de prestaties van prins Filip als handelsambassadeur in het bijzonder, blijkt de kloof over iets serieuzere zaken veel kleiner. De fusie tussen Franse energiebedrijven Suez en Gaz de France bijvoorbeeld. Ten zuiden van de taalgrens is de meerderheid die dat een slechte zaak vindt voor de Belgische economie kleiner – 54,8 % zegt ja, tegenover 69,2 % aan Vlaamse zijde – maar de eensgezindheid blijft.

De reden ligt voor de hand (en blijkt ook uit nagenoeg dezelfde antwoordpercentages): 63,2 % van de ondervraagden verwacht hogere prijzen voor hun elektriciteit. Maar er zijn nog andere redenen om niet tevreden te zijn met de fusie, want de groep respondenten die vindt dat de regering hogere eisen had moeten stellen aan de fusiepartners, is zelfs nog groter: 70,3 % in Vlaanderen, 62,5 % bij de Franstaligen.

Wellicht is dit een verklaring voor het feit dat ruim één op drie Belgen van mening is dat de paarse regering bepaalde sectoren mag uitsluiten voor buitenlandse overnames. Dat percentage ligt weliswaar fors lager dan de 70 % Fransen die volgens een enquête van Le Figaro vinden dat hun regering vijandelijke overnames van Franse bedrijven door buitenlandse ondernemingen moet kunnen blokkeren, maar het geeft niettemin te denken.

De sectoren die het meest genoemd worden om beschermd te worden, zijn (in volgorde) energievoorzieningen, gezondheidsdiensten en vitale infrastructuur zoals havens en spoorwegen. Al zijn sommige respondenten nogal ruimhartig: ook de ‘nationale symbolen’ verdienen bescherming, net als banken, verzekeringen, de wapenindustrie, de landbouwsector en – bij deze willen wij Rik De Nolf en/of Christian Van Thillo bedanken voor het invullen van de enquête – de “Belgische radio, televisie en pers”. Maar, merken enkelen op: “Uw vraag heeft geen enkele zin meer, want alle sleutelsectoren zijn al uitverkocht en in buitenlandse handen.”

Slechts een relatief kleine meerderheid (51 %) ziet geen heil in protectionisme. Opvallend: het communautaire kloofje is hier een pak kleiner dan dat tussen de bedrijfsleiders (CEO’s en Vokaleden) en hun boekhouders (de IAB-leden): respectievelijk 61,5 % versus ‘slechts’ 46,2 % ziet geen heil in protectionisme.

Dezelfde vaststelling bij dat andere Franse thema uit onze enquête: ruim twee derde (67,5 %) van de CEO’s en Vokaleden vindt dat de Belgische werkgevers, net als in Frankrijk, ook jongeren onder 26 jaar moeten kunnen aanwerven met een proefperiode van twee jaar. Bij de accountants en belastingconsulenten vindt een kleine meerderheid (52,2 %) van niet. Opnieuw blijkt de Vlaams-Waalse tegenstelling veel kleiner. Maar het is niet omdat de regels veranderen, dat iedereen het nieuwe spel wil meespelen. Het enthousiasme om met zo’n systeem meer jongeren aan te werven, is namelijk een pak lager: er zijn nagenoeg evenveel respondenten die ja of neen antwoorden.

Hoge verwachtingen

Nochtans verwacht – voor het eerst sinds een jaar – een meerderheid van de ondervraagden binnen drie maanden meer mensen in dienst te hebben dan nu. Net als andere indexen van het ondernemersvertrouwen weerspiegelt het optimisme zich ook in alle indicatoren van onze CEO-poll. Sinds de hernieuwing van de methodologie van de CEO-poll werden nooit zulke hoge scores behaald voor de verwachtingen inzake economische conjunctuur, omzet, investeringen of exportorders. En de regering-Verhofstadt profiteert daarvan: voor het eerst zijn er in Franstalig België meer respondenten die zijn werk positief evalueren in vergelijking met zes maanden geleden. In Vlaanderen is er dan weer een daling van het vertrouwen in paars.

Wellicht wachten zij op echte realisaties. Want ruim twee derde (66,9 %) heeft nog geen positief effect gemerkt van de loonmatiging op de bedrijfsresultaten. En de belastingdruk in ons land mag dan volgens de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) opnieuw de hoogste in Europa zijn, de notionele intrest kan wel op applaus rekenen. Iets meer dan de helft van de ondervraagden – en jawel hoor: 57,6 % van de IAB-leden versus 41,9 % van de CEO’s en Vokaleden – wil in de toekomst vaker een beroep doen op het eigen vermogen om van die fiscale maatregel te kunnen genieten.

Luc Huysmans

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content