West-Vlaamse textielfamilie is nieuwe eigenaar van E5 Mode

De West-Vlaamse textielfamilie De Sutter is de verrassende koper van de kledingketen E5 Mode. De twee ondernemers Kristof en Peter De Sutter reden een opmerkelijk en soms hobbelig parcours, dat loopt van jeans in Madagaskar tot serviceflats in Charleroi.

E5 Mode is in Vlaanderen een naam als een klok, al is het bedrijf al jaren op de sukkel ( zie tabel E5 Mode in cijfers). De oprichter, Etienne Kaesteker (76), had veel moeite om zijn geesteskind los te laten. De eerste winkel huisde in 1979 in een oude schuur in Sint-Denijs-Westrem, langs de E40. Die heette toen nog E5, vandaar de naam van de onderneming. Betaalbare en kwalitatieve mode in baanwinkels nabij provinciesteden was jarenlang een succesformule. ” Meneer Kaesteker kende alle werknemers en sprak ze allemaal met de voornaam aan”, zegt Bart Leybaert, gewestelijk vakbondssecretaris van de socialistische vakbond BBTK Waasland. “Hij stak ook zijn eigen geld in het bedrijf. Het ging er heel familiaal aan toe.”

De troeven van loyauteit aan de familiale onderneming en het ervaren personeel waren tegelijk een nadeel. Het bedrijf kampt met een hoge anciënniteit. Vier vijfde van het personeel zijn vrouwen ouder dan vijftig met een diploma secundair onderwijs. Zij zijn vooral winkelbedienden. De verkoop via de webwinkel, de voorbije jaren een van de schaarse groeimotoren voor de fel geplaagde modewinkelketens, is beperkt.

Voer voor speculatie

In 2017 werd neef Alexander Talpe (38) de CEO. Etienne Kaesteker bleef geld in het toen verlieslatende bedrijf steken. Dat gebeurde via een wat vreemde constructie. De nv De Vleterbeek is een zustervennootschap van de nv E5 Mode. De Vleterbeek is eigenaar van winkels en verhuurt die aan E5 Mode. Via De Vleterbeek werd 10 miljoen euro geleend bij BNP Paribas Fortis. Dat geld werd doorgeschoven naar de verlieslatende winkelketen, de terugbetaling werd later kwijtgescholden.

De kwijtschelding van een laatste schijf van 5 miljoen euro gebeurde eind 2019 bij de verkoop van E5 Mode aan Frédéric Helderweirt (45). Het voormalige kaderlid van de inmiddels in de Benelux failliete kledingketen FNG kocht E5 Mode via zijn vennootschap Feniks Holding. Die was even voordien opgericht met een maatschappelijk kapitaal van nauwelijks 5000 euro. De overname door Helderweirt, en vooral de prijs, blijven voer voor speculatie. “Wij hebben die lening in schijven kwijtgescholden in de loop van 2018 en 2019. De overnemer kreeg dus geen geld toegeschoven van de verkoper”, benadrukt Stany De Rechter, gedelegeerd bestuurder van De Vleterbeek.

Vrijwillige vereffening

En toen sloeg corona toe. Eind maart vorig jaar zocht Frédéric Helderweirt bescherming tegen de schuldeisers. Vorige week werd bekend dat de broers De Sutter een doorstart voor de kledingketen maken via de nieuwe besloten vennootschap E5 Fashion, waarin diverse activa van de oude nv E5 Mode worden opgenomen.

De West-Vlaamse ondernemers Kristof (50) en Peter De Sutter (55) hebben decennia ervaring in de textielwereld. In de jaren negentig maakten ze kleding voor grote ketens met de onderneming Polo Group. “We waren actief in het lagere middensegment, een volumemarkt”, vertelt Peter De Sutter. “Onze klanten waren de grote modewinkelketens, zoals C&A, Vroom & Dreesman, La Redoute, JBC. We maakten hun huismerken. Maar de grote winkelketens gingen steeds meer zelf hun productie zoeken en uitbesteden in het Verre Oosten.”

In 1996 had de Polo Group in Frankrijk een belang verworven in Sofintex, een belangrijke producent van jeansbroeken. Sofintex was ook de leverancier van Pantashop, een keten met 250 winkels in Frankrijk. Maar plots, in de zomer van 2007, werd de nv Polo Group vereffend. Alle filialen waren nochtans winstgevend in het boekjaar 2006-2007. Dat boekjaar sloot af met een nettoverlies van bijna 29 miljoen euro, door de versnelde waardeverminderingen op de diverse activiteiten. “De context voor die vereffening is heel eenvoudig”, duidt Peter De Sutter. “In 2007 wilden we ook de winkels van Pantashop kopen, nadat we in 1996 al de productie hadden gekocht via Sofintex. Maar die overname ging niet door. En dus kozen we voor een vrijwillige vereffening. Een deel van de activiteiten hebben we behouden, via onze huidige jeansvennootschappen Ansi en PGT.”

PGT staat voor Polo Garments Tunesia en omvat een fabriek in Jemmal, in de buurt van de Tunesische kustplaats Monastir. Daar werken volgens een bedrijfspresentatie 650 mensen. De nv Ansi in Aalter heeft zes werknemers. Zij doen de verkoop en de logistiek van de in Tunesië gemaakte jeans voor klanten als Bellerose, E5 Mode, Karl Lagerfeld, Lee Cooper en Zara.

De fabriek in Tunesië is een dochter van de nv Ansi. Die heeft vrij bescheiden cijfers, met in 2019-2020 een balanstotaal van 3,41 miljoen euro, een brutomarge van 229.967 euro en een bedrijfswinst van 35.434 euro.

Brand in Madagaskar

In 2001 vernielde een brand de vestiging in Aalter. In 2002 opende een nieuw gebouw. Begin 2009 brandde het ook in de fabriek in Madagaskar, Polo Garments Majunga (PGM). Het Afrikaanse land werd toen geteisterd door zware politieke rellen. De fabriek met haar 1200 werknemers werd getroffen door plunderingen en vervolgens in brand gestoken. Maar dat was het gevolg van sociale onlusten in de onderneming. Die nuance was belangrijk voor de verzekeraar Ny Havana. Het overheidsbedrijf wilde aantonen dat de verwoesting het gevolg was van de politieke rellen en niet van een sociaal conflict. In het eerste geval dekte de polis de schade niet. De broers De Sutter stapten naar het gerecht in Madagaskar en trokken steeds aan het langste eind, tot in het Hooggerechtshof.

Tot de minister van Justitie de beslissing in april 2012 verwierp, onder druk van de president. De uitbetaling van het schadebedrag van de verzekeraar, ongeveer 5,9 miljoen euro (zonder intresten), werd geblokkeerd. “We begonnen vervolgens een arbitrageprocedure voor een internationale rechtbank voor handelsgeschillen in Parijs”, vertelt Peter De Sutter. “Die rechtszaak wonnen we, maar ze werd later geannuleerd. We begonnen een nieuwe zaak, deze keer voor een internationale rechtbank voor handelsgeschillen in Washington. Die wonnen we in april vorig jaar. We zouden nu worden uitbetaald midden 2022. Het bedrag is gegroeid tot ongeveer het dubbele van de initiële som. We zijn immers jaren verder. Bovendien zijn er onder meer intresten bij gekomen. In Madagaskar hebben we vandaag geen activiteit meer.”

Textiel en serviceflats

De twee broers zijn niet alleen actief in textiel. Volgens de financiële-informatieverschaffer Trends Business Information hebben ze belangen in tien vennootschappen. Een geconsolideerde balans ontbreekt. Vijf bedrijven zijn actief in de zorgsector, met de uitbating van serviceflats in het centrum van Charleroi (50) en in Tielt (66). De holding voor die zorgsectoractiviteiten is de nv L3 Invest, een volgens haar laatst neergelegde balans (2018-2019) heel gezonde onderneming.