‘We zijn niet meer zo sexy als vroeger’

Philippe Rogge is begin dit jaar gestart als algemeen directeur van Microsoft Belux. Hij moet de softwarereus hier op de kaart houden. “We moeten de fierheid terugwinnen over de producten die we hebben.”

Bij zijn eerste sollicitatie vinkte hij vakjes voor zoveel mogelijk functies aan. Een jaar geleden had hij weer een blad voor zich. Blanco deze keer. Hij was 40 en ontslagen als operationeel directeur bij Option. Voordien werkt hij bij Esso, CMB, Exmar en Belgacom. “Het is paradoxaal, maar er is iets leuks aan zo’n ontslag. Je kunt met een wit blad beginnen. Als je in een bedrijf werkt, verander je pas als iemand je komt vragen. Dan denk je opportunistisch. Je vergelijkt je job met die andere. Nu kon ik me afvragen: Wat kan ik? Wat doe ik graag? Waar kan ik iets bijbrengen?”

Philippe Rogge – zoon van IOC-voorzitter Jacques Rogge – koos voor een terrein dat hem al sinds zijn twaalfde passioneert, informatica. Zijn functie als algemeen directeur van Microsoft Belux sluit daar perfect bij aan. Rogge schat het aandeel van Microsoft op de Belgische softwaremarkt op ongeveer 16 procent. Alleen zijn manier van werken, moet hij aanpassen.

PHILIPPE ROGGE (MICROSOFT BELUX). “Microsoft heeft 90.000 tot 95.000 medewerkers. Afhankelijk van de maatstaf zijn onze twee landen 0,8 tot 1 procent van Microsoft wereldwijd. Dat houdt ons met de voeten op de grond. Boven ons zit een hele structuur die aan de westkust van de Verenigde Staten culmineert bij CEO Steve Ballmer en de voorzitter van zijn raad van bestuur, Bill Gates.

“Wij zijn een sales- en marketingorganisatie, hoewel we ook personeelszaken, financiën, gebouwen en juridische zaken behandelen. We doen hier geen productontwikkeling. Wij proberen de producten hier te vermarkten. Van mij verwachten ze wat iedereen van een teamleider verwachten: iemand die de richting kan aangeven, die naar hen kan luisteren, die hen kan doen groeien, die het uithangbord is naar de markt en een deel van de public relations. Zie mij hier zitten (lacht).

Vindt u het niet jammer dat u een strategie moet uitvoeren in plaats van ze te bepalen?

ROGGE. “Je krijgt de grote richtlijnen mee, zoals de regels van het marktaandeel, de regels van wat er in het verleden is gebeurd, succesverhalen en dingen die minder goed zijn gelopen. We krijgen ook budgetten en trainingen over hoe we daar nu mee voort moeten. De rest is: ken je markt, je lokale partners en je lokale media om aan marketing te doen. Als we ervoor zouden kiezen om bijvoorbeeld alles in te zetten op cloud computing en gokken dat we voor Office geen marketing meer moeten doen: fijn. In elke job moet je nadenken over hoe je een resultaat het best kunt bereiken.

“Wij bepalen de product road maps dan nog niet, maar onze mening wordt wel gevraagd. Een keer per jaar is er een week een conferentie waarin elk land zijn feedback kan geven. Begin januari hebben we ook een review, waar elk land kan zeggen wat de trends op zijn markt zijn. Dat gaat dan over functionaliteiten die ontbreken of over taalgevoeligheden.”

Naar markten als Duitsland of het Verenigd Koninkrijk wordt toch sneller geluisterd?

ROGGE. “Ik denk het niet. Uiteindelijk tekenen zij ook maar voor een aantal procent van de omzet. Microsoft luistert naar de onderliggende trends. Als een probleem in meerdere markten voorkomt, gaan ze daarop werken. Wel altijd vanuit een 80-20-logica. Prioriteiten zijn prioriteiten.”

ROGGE. “Ik ben het daar volledig mee eens. Er is een plotse wederopstanding gebeurd van een bedrijf dat iedereen had afgeschreven (Apple, nvdr). Er is een aantal spelers opgestaan met innovatieve businessmodellen over het internet. We zijn niet meer zo sexy als vroeger, toen Microsoft niet het enige, maar wel hét technologiebedrijf was. We moeten de fierheid terugwinnen over de producten die we hebben. Omdat ze echt leading edge zijn. Als mensen mij vragen voor een spreekbeurt, vraag ik om iets te mogen demonstreren. De meeste mensen vallen dan van hun stoel. Laatst zat er een klant in de zaal met een iPad. Dat is een klassieker: je komt naar een Microsoft-vergadering en neemt een iPad mee. We hebben hem uitgelegd dat hij de volledige presentatie kon volgen op zijn iPad. Die man vond dat fantastisch.

“We moeten ook het hart van onze ontwikkelaars – niet het marktaandeel, maar het hartaandeel – terugwinnen. Onze ontwikkelaars hebben het de jongste paar jaar moeilijk gehad omdat ze zich wilden meten met de besten. Gelukkig hebben we nu een telefoon die absoluut kan rivaliseren met wie hij moet rivaliseren (de iPhone, nvdr). Microsoft heeft doorheen zijn geschiedenis technologie gedemocratiseerd. Je hoeft niet altijd de eerste te zijn. Als je de eerste bent, kan je wel een premie vragen. Als je een ‘democratisator’ bent zoals wij, kun je niet juist hetzelfde hebben en verwachten dat je wordt gekozen omdat je Microsoft heet. Maar als ze op de radio over cloud computing spreken en ze Microsoft niet noemen – terwijl wij met Hotmail al vijftien jaar consumenten cloud computing aanbieden – dan staan we wel voor een uitdaging.”

Hoe wilt u daar verandering in brengen?

ROGGE. “Je moet vooral bezig zijn met wat je hebt, niet met wat je niet hebt. Dat leren ze je in een verkoopopleiding. Je kunt blijven sakkeren over wat je niet hebt of wat te laat komt. Daar koop je niets mee. Waar ik wel in geloof, is het scheppen van een zeer realistisch beeld naar je klanten en naar je medewerkers. Zo bouw je geloofwaardigheid op. Als mensen me zeggen dat de iPad een fantastisch toestel is, dan zeg ik ja. Apple heeft ontdekt dat er scenario’s zijn – zoals film kijken in bed – waarbij de consumptie van inhoud voldoende is. Vandaag zeggen we heel eerlijk dat we daarop achterlopen. Dat is typisch een van de domeinen waarop wij samen met onze hardwarepartners moeten inzetten. De eerste van dat soort toestellen hebben we in januari op de Consumer Electronics Show in Las Vegas aangekondigd.”

Is de achterstand ook de reden waarom er de jongste tijd zoveel topdirecteuren vertrekken bij Microsoft?

ROGGE. “Ik zit natuurlijk niet aan tafel bij zulke beslissingen, maar je kunt je niet van de indruk ontdoen dat onze topdirectie de lat hoger en verder blijft leggen. Ik blijf verbaasd over het ambitieniveau van een 35 jaar oud bedrijf met 95.000 medewerkers. De Kin (een Sharp-telefoon) is op 1 juli abrupt gestopt. We zijn herbegonnen. Net zoals met het Vista- operatingsysteem. Onze operationeel directeur, Kevin Turner, is een van de vroegere topmensen van Walmart, uit de keiharde retailindustrie. Ik garandeer u dat hij de honger van de heren Ballmer & co op een zeer duidelijke manier naar ons vertaalt. Wij vechten hier om bij wijze van spreken op 31 december om negen uur ‘s avonds nog die laatste deal te tekenen.

“Nu, de directeuren die vertrekken, zullen waarschijnlijk ook een stuk financieel onbezorgd zijn. Ik weet niet hoe Mark Zuckerberg van Facebook zijn directe managers nog motiveert. Die mannen zitten waarschijnlijk op een paar 100 miljoen dollar. Bij Microsoft speelt iets gelijkaardigs.”

Nokia adopteert nu de Windows Phone 7. Daarvan is in België nog weinig te zien.

ROGGE. “Er zijn ondertussen 2 miljoen licenties verkocht. Wij doen alleen de software, de hardware is van HTC, Sam-sung, LG en noem maar op. In België hebben we nog geen echte lancering kunnen doen omdat er nog geen Nederlandstalige versie is. Wij rijden wat mee op de rug van Franstalige versie, maar wees gerust, het duurt niet zo heel lang meer. De Windows Phone 7 kan zonder schaamte de concurrentie met de iPhone aan. Goed, we zitten nog niet aan 100.000-plus toepassingen in onze marktplaats, maar er wordt aan gewerkt (tegen 500-600 toepassingen per week). We willen vooral lokale toepassingen. Daarom hebben we veruit de sterkste gemeenschap van ontwikkelaars in België. Dat geeft ons een streepje voor. Ik twijfel er niet aan dat we daar volumes kunnen creëren.”

Uw Microsoft Innovation Center in Bergen is een vzw. Wat haalt u daaruit?

ROGGE. “Het Waals Gewest en wij investeren daar allebei een half miljoen euro per jaar, met nog een paar tienduizenden euro’s van andere partners. Er zijn in de jongste twaalf maanden 48 projecten goedgekeurd en onrechtstreeks een veertigtal startup’s of nieuwe divisies opgericht. Na achttien maanden hebben we al twee derde van onze doelstellingen behaald voor een cyclus van drie jaar. Het Microsoft Innovation Center wordt een ontmoetingsplaats in een gebied dat niet uitblonk in IT, maar dat nu wel begint te doen. We hebben al duizenden mensen gecertificeerd met computer based training. Ontwikkelaars kunnen er ervaring opdoen met de spelconsole Kinect en er zijn heel wat bedrijven die ook op Windows Phone 7 ontwikkelen. Maar er worden even goed Linux-cursussen gegeven door andere partijen. De directeur in Bergen heeft vorig jaar de prijs gewonnen van het beste Microsoft Innovation Center. We hebben er 110 in de wereld. Dan kan je zeggen dat je goed bezig bent.”

Volgt Vlaanderen?

ROGGE. “Op 22 maart opent een tweede Microsoft Innovation Center (MIC) in Brussel, specifiek voor cloud computing. Er zijn gesprekken om ook aan Vlaamse kant een initiatief te starten. En in Luxemburg. De sterkte van het MIC is de publiek-private samenwerking. Dat de Waalse regering zich engageert, zorgt ook voor financiering en internationale zichtbaarheid. Microsoft injecteert naast onze financiële bijdrage ook technologie.

“Kinect: wat kan je daarmee doen? Je kunt dat bekijken als een heel kleine gamingniche, maar het is wel het best verkopende consumer electronicstoestel uit de geschiedenis, met 8 miljoen stuks in 60 dagen (leveringen aan de distributie). De 3D-machinevisietechnologie is van het Israëlische PrimeSense, maar de code die erop is geschreven, is van ons. Daar kunnen alle i-toestellen een puntje aan zuigen. Maar het is volgens ons ook de opening van een heel nieuwe wereld, een overgang naar de natuurlijke gebruikersinterface. De Kinect kan met gebaren worden bediend.”

Uw voorganger, Phillip Vandervoort, vond het moeilijk om zulke innovaties te verkopen aan onze kmo’s.

ROGGE. “Kmo’s zijn natuurlijk zeer pragmatisch. Daar zijn weinig strategische IT-trajecten. Zij investeren pas als de business case zonneklaar is. Voorts zal cloud computing de drempel verlagen. Momenteel hebben we op corporateniveau een grote campagne om heel wat productfamilies in de cloud te brengen. Ze zullen verkrijgbaar zijn op pc, maar ook in het datacenter van onze partners of in een model waar je met je kredietkaart bijvoorbeeld voor zes maanden Office kan bestellen. Je betaalt wat je gebruikt. Als informaticaspeler ben je daar ook deels afhankelijk van de beleidsnemers en dan kom je in een demografisch debat. In de komende drie tot vijf jaar krijgt generation Y, geboren na 1980, het stilaan voor het zeggen in de kmo’s. Dat bevordert de adoptie van nieuwe technologie.”

BRUNO LEIJNSE EN SJOUKJE SMEDTS, FOTOGRAFIE KRISTOF VRANCKEN

“Microsoft heeft in zijn geschiedenis technologie gedemocratiseerd. Je hoeft niet altijd de eerste te zijn”

“Je kunt blijven sakkeren over wat je niet hebt of wat te laat komt. Daar koop je niets mee”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content