WAAROM WORDT EUROPA BEDOLVEN ONDER DE KIPFILETS?

Marc Buelens
Marc Buelens Professor-emeritus aan de Vlerick Business School.

Consumenten zijn als de dood dat ze vogelgriep krijgen van een foute kippenbout. Maar er bestaan veel grotere risico’s, die we elke dag fluitend negeren. Hoe werkt de psychologie van het gevaar?

Europa bedolven onder de kipfilets,” lazen we die zondagochtend bij de bakker. De Europese Commissie heeft de exportsubsidie op hele kippen verhoogd van 8 euro naar 48 euro per honderd kilo. De consument, vooral in het zuiden van Europa, heeft blijkbaar een panische schrik gekregen om besmet te raken met vogelgriep.

Maar wat is de kans om na het eten van een lekker gebraden kippetje te sterven aan die vreselijke vogelgriep? Je zal veeleer sterven, zoals die buurman uit mijn jeugd, van het ‘stikken door verkeerd slikken’ dan door vogelgriep. Toch haken de consumenten massaal af.

Barry Sonnenfeld, de Amerikaanse filmregisseur, vooral bekend van Men in Black, heeft ooit gezegd: “Telkens ik uit een vliegtuig stap, beschouw ik mijn vlucht als een mislukte zelfmoord.” Mensen vermijden vaak het vliegtuig te nemen en rijden liever 1500 kilometer of meer met de auto. Bij een gelijk aantal kilometers is vliegen nochtans zo’n dertigmaal veiliger dan met de auto rijden.

Intuïtie is onbetrouwbaar. We horen de managers zo graag zeggen: natuurlijk nemen we risico’s, anders bereik je niets. En ze nemen uiteraard alleen berekende risico’s. Kunnen ze echt elk risico berekenen? Natuurlijk niet, want waarschijnlijkheden berekenen is van het allermoeilijkste voor de menselijke geest. Velen begrijpen zelfs de vraag niet, of beginnen dadelijk het ‘juiste’ antwoord uit het handboek te betwisten. We zijn nu eenmaal niet in staat eenvoudige, laat staan complexe kansen te berekenen. Daar hebben we formules voor nodig, computermodellen en langdurig getrainde experts. En zelfs die experts struikelen nog vaak over zeer eenvoudige vraagstukjes. Maar misschien voelen we de risico’s wel goed aan, hebben we een intuïtief gevoel voor wat echt gevaarlijk is, voor wat al te grote risico’s meebrengt. Dat is helaas ook al niet echt het geval.

We vrezen nog steeds het meest wat onze voorouders al vreesden. Hoeveel mensen in Europa zouden jaarlijks sterven door slangen, spinnen of hagedissen? Dat zullen er wel niet veel zijn. Maar als morgen de overheid een campagne zou beginnen onder het motto ‘de spin, de onbekende doder’ en een (volkomen onverantwoorde) gekke campagne zou beginnen om zoveel mogelijk kinderen weg te houden van spinnen, zou de campagne zeer effectief zijn. Er zou een spinnenjacht zonder voorgaande plaatsvinden. We vrezen net als onze voorouders opgesloten te worden en vrezen grote hoogtes. En dat gebeurt nu precies in een vliegtuig. Dus hebben heel veel mensen vliegangst. Ze halen opgelucht adem wanneer ze geland zijn in het exotische land en nemen dan een lokale taxi. Ze merken ook wel dat de man een nogal vreemd soort wegcode volgt, maar staan er niet bij stil dat de kans op een fataal ongeval nu tientallen keren groter is. De auto is sowieso al gevaarlijker, maar in dit soort landen, met dat soort ‘wegcode’… Maar ja, ze voelen zich minder opgesloten dan in het vliegtuig, en vooral: ze bevinden zich op de begane grond.

Liever skiën dan additieven. We vrezen wat we niet zelf onder controle hebben. We rijden zelf als een gek met de auto, maar hebben nauwelijks angst. We rijden mee met een beginnende chauffeur en voelen ons toch niet op ons gemak, zelfs al rijdt hij op de grond. Nochtans zal die beginnende chauffeur niet zoals wij na vier glazen bier met 100 kilometer per uur een ‘flauwe bocht naar rechts’ durven nemen. We beleven eindeloos skipret, hoewel we weten dat een zware kwetsuur en zelfs de dood niet echt uit te sluiten zijn. Bewaarmiddelen in voedsel zijn duizendmaal minder gevaarlijk dan skiën, maar tienduizenden consumenten weigeren dingen te eten met het vreemde E162 op de verpakking. Nochtans staat de E juist voor het feit dat de stof op Europees niveau is toegestaan als voedingsadditief. Dat bewijst nog niet dat al die E’s gezond zijn, maar je zult veel sneller doodgaan van skiën dan van te veel E’s te eten.

We vrezen wat in de tijd dichtbij is. We willen ons niet belachelijk maken bij de bakker omdat we te weinig geld op zak hebben, maar sparen onvoldoende voor ons pensioen. We vermijden de tandarts omdat die ons even een beetje pijn kan doen, en roken en schransen er intussen duchtig op los.

We vrezen wat we ons levendig kunnen voorstellen. Liefst in kleur. Toen de film Jaws immens populair was, gaven vele moeders uit Californië hun tieners het verbod te gaan zwemmen of surfen. Ze mochten wel met mama’s auto naar de bergen rijden en zich daar wat amuseren.

Op zich is het uiteraard niet verkeerd om het risico wat te hoog in te schatten voor levendige dingen die onze voorouders ook al vreesden en die we zelf niet goed onder controle hebben. We maken dan een vergissing aan de voorzichtige kant. Je kan je beter aan de veilige kant vergissen. Het probleem rijst echter vooral aan de andere kant. We onderschatten, vaak schromelijk, de echte risico’s zoals thuis van de trap vallen, voedselvergiftigingen, verkeersongevallen na een nachtje uit en zeker na twee glazen alcohol, of… verdrinken in dat leuke zwembadje dat we voor de kinderen hebben gekocht.

Nu moet je ook daar niet gaan panikeren, maar dat zijn stuk voor stuk risico’s die veel hoger liggen dan zo’n lekker gebraden kippenboutje verorberen. Of schrijf ik dat nu alleen omdat ik sinds jaar en dag graag kip eet?

De auteur is hoofddocent aan de Universiteit Gent en partner van de Vlerick Leuven Gent Management School. Reacties: marc.buelens@trends.be

Marc Buelens

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content