Voedsel in overvloed en toch paniek

© Getty
Wolfgang Riepl
Wolfgang Riepl redacteur bij Trends

De oorlog in Oekraïne hoeft niet automatisch tot een internationale hongersnood te leiden. Want er is voedsel genoeg, ook zonder de ‘graanschuur van de wereld’. De echte problemen zijn een gebrekkige markt en een verstoorde logistiek, waardoor voedsel onnodig duur wordt en niet op de plaatsen raakt waar het nodig is.

De alarmkreten over de dreigende voedseltekorten verbazen de experts. Want zij zijn het erover eens: er is nog altijd eten genoeg voor heel de wereld, ondanks de oorlog in Oekraïne. De landbouwuniversiteit van het Nederlandse Wageningen maakte onlangs een analyse over de voedselzekerheid. De auteurs benadrukken herhaaldelijk dat er wereldwijd voldoende voedsel is, behalve mogelijk in het oorlogsgebied in Oekraïne. “Sommige producten kunnen schaars worden. Maar dat is geen bedreiging voor de voedselzekerheid omdat er veelal alternatieven beschikbaar zijn”, staat in hun rapport.

Recente cijfers van de Europese Commissie en het ministerie van Landbouw van de Verenigde Staten ( zie tabel) wijzen op een stabiele markt. De wereldwijde productie van granen, de belangrijkste voedingsbron voor de mensheid, zou licht vooruitgaan. Rusland gaat zelfs uit van een uitstekende oogst.

De Europese Unie hoeft al helemaal niet bang te zijn voor voedseltekorten. Dankzij het gemeenschappelijke landbouwbeleid heeft Europa al diverse voedselschokken kunnen opvangen. De Europese Unie is voor de meeste producten zelfvoorzienend, behalve voor exotisch fruit, koffie, thee, oliehoudende zaden, natuurlijke oliën en vetten. De Europese Unie hoeft dan ook niet alle zeilen bij te zetten voor een massale verhoging van de granenteelt. De landbouwoppervlakte voor granen zou voor het seizoen 2022-2023 klimmen met minder dan 1 miljoen hectare, net geen 2 procent.

De export van granen uit Oekraïne is dan wel grotendeels stilgevallen, maar dat is niet echt een probleem. Het land produceert slechts 2 procent van alle granen ter wereld. Dat bevestigen ook de onderzoekers van Wageningen. “Het aandeel van Oekraïne is beperkt. Minder of geen granenproductie in Oekraïne is een terugslag, maar leidt niet tot grote tekorten in de wereld.”

Wat voor heel de wereld geldt, wordt ook bevestigd in België. Dat merken ze bij Arvesta, de Belgische marktleider in de toelevering aan de landbouw en een dochter van de commerciële poot van de Boerenbond. “Het areaal wintertarwe is zo goed als gelijk gebleven in vergelijking met vorig jaar”, zegt woordvoerder Stéphanie Deleul. “De Oekraïnecrisis begon in februari, maar de tarwe in België is voornamelijk wintertarwe. Die werd ingezaaid in het najaar en eind 2021. Het areaal zomergraan is weliswaar met 10 tot 15 procent gestegen, maar het effect daarvan is zeer beperkt, door de beperkte ingezaaide oppervlakte in ons land. De meeste landbouwers hadden hun inzaaiplan al gemaakt en hebben zich daaraan gehouden. Slechts een aantal boeren hebben extra ingezaaid als gevolg van de hogere graanprijzen.”

Bovendien liggen de granenvoorraden in de wereld nog altijd ruimschoots boven de kritische drempel van 20 procent. Dat betekent dat landen minstens een vijfde van wat ze in een seizoen verbruiken als strategische voorraad liggen hebben. Beter nog: de Europese Commissie verwacht na de zomer 45 miljoen ton granenvoorraden. Dat is 7 procent meer dan aan het einde van het vorige seizoen. De paniek en de onrust op de markt zijn op basis van de beschikbare voorraden ongegrond, besluiten de onderzoekers van de landbouwuniversiteit van Wageningen.

Restjes bepalen de prijs

Maar die paniek en onrust zijn er wél, soms met grote prijsstijgingen voor sommige teelten tot gevolg. Om dat te begrijpen moeten we kijken naar de werking van de markten van landbouwgrondstoffen. Het merendeel van de geteelde granen blijft binnen de grote handelsblokken, zoals de Europese Unie en Noord-Amerika. Daar wordt een groot deel verhandeld volgens vaste contracten. Wat op de wereldmarkt komt, zijn eigenlijk de overschotjes. Amper 18 procent van de wereldwijde granenproductie zal dit seizoen internationaal verhandeld worden ( zie tabel). Voor tarwe is het wat meer, een kwart. “De wereldmarkt is een overschottenmarkt”, mopperde Piet Vanthemsche meer dan eens toen hij nog voorzitter van de Boerenbond was.

VLADIMIR POETIN De vrees blijft dat de Russische president voedsel als politiek wapen wil gebruiken.
VLADIMIR POETIN De vrees blijft dat de Russische president voedsel als politiek wapen wil gebruiken.© Mikhail Klimentyev/TASS/Sipa USA

Die overschottenmarkt is bijzonder wisselvallig. Landbouwmarkten zijn zelden in evenwicht en raken gemakkelijk uit balans. De vraag naar voedsel is relatief stabiel, waardoor kleine tekorten of overschotten leiden tot grote prijseffecten. Het aanbod aanpassen kost bovendien veel tijd.

Het probleem is dat veel lage-inkomenslanden heel afhankelijk zijn van die restmarkt. Sterk afhankelijk van Oekraïne en Rusland zijn bijvoorbeeld Egypte, Indonesië, Bangladesh, Turkije en Jemen. Ondanks zijn geringe aandeel in de wereldproductie heeft Oekraïne bovendien een relatief groot aandeel in de wereldhandel. Voor tarwe is dat 9 procent, voor maïs 15 procent. “Oekraïne is voor die granen een belangrijke aanbieder op de wereldmarkt. Een verstoring van dat aanbod heeft aanzienlijke gevolgen voor de internationale marktprijzen”, waarschuwen de onderzoekers van Wageningen. Want de dreigende hongersnood heeft alles van doen met stijgende voedselprijzen. In arme landen ging al vóór de huidige crisis een heel groot deel van het inkomen naar voedsel.

Strategisch wapen

Hoe kunnen de voedselprijzen weer omlaag? Vooral met een betere logistiek ( lees ook blz. 18). “De prijzen zijn hoog doordat de hele markt is verstoord”, zegt Xavier Van den Avenne, de CEO van de landbouwgroep Vanden Avenne. “Het verhaal is vergelijkbaar met dat van petroleum. Er is olie genoeg, maar toch kost die zo’n 110 dollar per vat, doordat bepaalde landen minder oppompen. Dat maakt de markt heel nerveus. De logistieke stromen van handelsgoederen moeten veranderen. Tot nu kocht een land zijn landbouwproducten waar dat het beste uitkwam. Maar waar haal je nu het graan: uit Oekraïne of Noord-Amerika? Zo’n heroriëntering leidt ook onvermijdelijk tot hogere transportkosten.”

Voedsel in overvloed en toch paniek

De granenexport uit Oekraïense havens is grotendeels geblokkeerd door de oorlog. Een deel wordt per trein naar Roemenië gebracht en daar vanuit de zeehaven van Constanta geëxporteerd. Maar het is onduidelijk of dat aanzienlijke volumes zijn. De export uit Rusland gaat wél nog door. Lijnzaad en tarwe bijvoorbeeld worden geleverd aan wie contracten had afgesloten. Die landbouwgrondstoffen worden vervoerd via de havens van Sint-Petersburg en die aan de Zwarte Zee. Turkije, dat zeer afhankelijk is van Russische granen, blokkeerde de Bosporus wel voor militaire transporten, maar niet voor granen. Want voeding mag niet worden gebruikt als politiek wapen, luidt de motivering.

Rusland produceert 4 procent van alle granen in de wereld. Dat maakt Xavier Van den Avenne toch wel ongerust. “Wat zal Poetin doen? Zal hij de export van granen gebruiken als strategisch wapen? De Russische president is tot alles in staat. Ik verwacht daarom de komende maanden slechts een geleidelijke daling van de prijzen. Bovendien worden de prijzen in normale tijden pas in de zomer, in de oogstmaanden, helemaal duidelijk. Het verklaart de nervositeit op de markt. Er is onzekerheid over de oogstverwachtingen, ook al door de droogte in West-Europa. Terwijl bijvoorbeeld de wintertarwe rond deze tijd een kritische groeifase doormaakt. Gelukkig hebben we nu al enkele dagen regen gehad. Dat heeft de prijs van tarwe al wat doen zakken.”

Xavier Van den Avenne merkt ook “veel speculatie op die markt. Veel beleggers kopen een korf met landbouwgrondstoffen.” De onderzoekers in Wageningen zijn gereserveerder over speculatie. “Heeft speculatie bijgedragen aan de prijsstijgingen? Hiervoor kan geen goed bewijs gevonden worden.”

Voedsel in de tank

Ook in 2007 en 2008 waren er torenhoge voedselprijzen. Die werden toen mee omhooggestuwd door ‘voedsel in de tank’: het gebruik van granen voor de productie van biobrandstoffen. Ook vandaag gaan er stemmen op voor een tijdelijk verbod op biobrandstoffen. De Europese Commissie gaat voorlopig niet uit van dat scenario. Dit seizoen gaat 12 miljoen ton, of minder dan 4 procent van de Europese granen, naar biobrandstoffen. Voor het seizoen 2022-2023 is in 11 miljoen ton voorzien, iets meer dan 3 procent van het totaal.

Vanden Avenne bezit 29 procent van de aandelen van Alco Bio Fuel. Die onderneming maakt in de Gentse zeehaven bio-ethanol uit maïs. “Voor bio-ethanolproductie in Europa worden enkel veevoedermaïs en -tarwe gebruikt”, zegt Xavier Van den Avenne. “Alco Bio Fuel maakt bovendien niet alleen ethanol die als biobrandstof wordt gebruikt. Een derde van de productie zijn eiwitten voor veevoeding. Dat vermijdt sojaproductie. Als we stoppen met bio-ethanol, zou Europa extra soja moeten invoeren. Bovendien zou een verbod van bio-ethanol leiden tot een sterke stijging van de benzineprijzen aan de pomp.”

2 procent van alle granen in de wereld produceert Oekraïne.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content