Vijandige overnames in een juridisch vacuüm?

Hans Brockmans
Hans Brockmans redacteur bij Trends

Luxemburg implementeert de Europese overnamerichtlijn. Het gebruikt dit moment niet om de raid op Arcelor te bemoeilijken. België zet de regels niet om voor de deadline, 20 mei. Het gevolg: onzekerheid.

Tegen deze week zaterdag, 20 mei 2006, had het parlement de Europese richtlijn die openbare overnamebiedingen reglementeert in een Belgische wet moeten gieten. Dat is niet gebeurd. “Het gevolg: onzekerheid,” stelt meester Paul Van Hooghten (Linklaters De Bandt). “Tijdens een overnameprocedure kan een advocaat de niet-implementatie van de Europese regels opwerpen om roet in het eten te gooien. In de praktijk creëert dat waarschijnlijk geen ernstig probleem, maar je kan het beter vermijden.”

Luxemburg implementeerde de richtlijn begin mei al. “Het groothertogdom had dit moment perfect kunnen aangrijpen om een protectionistische houding aan te nemen en het gebruik van gifpillen en andere maatregelen tegen een OBA ( nvdr – openbaar bod van aankoop) te stimuleren,” aldus een Luxemburgse advocaat betrokken bij de vijandige overname van Arcelor (met zetel in het groothertogdom) door de Indiase staalgigant Mittal. “De Luxemburgse patronale milieus wensten niets liever. Toch stelde de politiek zich neutraal op. Dat is een belangrijk signaal richting Mittal: wij gaan ons niet bemoeien met de zaak.”

Topman Lakshmi Mittal vreesde dat dit wel zou gebeuren. “We zijn de Luxemburgse regering dan ook dankbaar dat ze een correcte zienswijze handhaaft,” liet hij zich ontvallen in The Sunday Times.

Europa stimuleert raids

De richtlijn/25/EG, van kracht sinds 21 april 2004, installeert een liberaal regime voor OBA’s en streeft naar het opheffen van beschermingsmaatregelen. Artikel 9 huldigt het principe dat de uiteindelijke beslissing over het bod ligt bij de aandeelhouders en niet bij de raad van bestuur. De raad moet zich neutraal opstellen, behalve als de algemene vergadering tijdens het bod een machtiging geeft om in de verdediging te gaan (via een gifpil, bijvoorbeeld). Zoniet mag de raad van bestuur enkel alternatieve kopers zoeken.

Artikel 11 streeft de evenredigheid na tussen risicodragend kapitaal en zeggenschap, wat het een einde kan betekenen van meervoudige stemrechten, overdrachtsbeperkingen of stemovereenkomsten.

Het compromis tussen de uiteenlopende standpunten (Groot-Brittannië versus Duitsland) vinden we terug in artikel 12. Dat laat de lidstaten toe om de artikels 9 en 11 niet in te voeren ( opt-out), maar geeft de ondernemingen in dat geval de kans om toch toe te treden tot het Europese regime ( opt-in). Van Hooghten: “Een beursgenoteerde onderneming kan zich perfect plooien naar de Angelsaksische principes van de aandeelhouderswaarde. Hoewel er veel kritiek bestaat op de keuze al dan niet toe en uit te treden, heeft die de goedkeuring van de richtlijn mogelijk gemaakt. Het zou me niet verbazen dat de richtlijn op langere termijn een vermindering van verdedigingsmechanismen tot resultaat heeft onder druk van institutionele investeerders.”

Philippe Lambrecht, secretaris-generaal van het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO), hoopt dat de nieuwe overnamewet een evenwicht bevat tussen de belangen van de aandeelhouders (die weinig beschermingsmaatregelen willen) en de langetermijnstrategie van de ondernemingen (verdedigd door de raad van bestuur). “Een liberale, Angelsaksisch geïnspireerde overnamewetgeving gedijt enkel in een Angelsaksische context.”

Juridisch vacuüm?

Heerst in België vanaf volgende week een juridisch vacuüm voor OBA’s, omdat de richtlijn niet werd goedgekeurd? Neen, zegt de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen. In België regelt de wet van 2 maart 1989 de openbare overnamebiedingen. “Die reglementering sluit in grote mate aan bij wat de richtlijn beoogt,” aldus de woordvoerder. Zo kijkt de CBFA toe op de naleving van de voorwaarden waaraan koop-, ruil- of uitkoopaanbiedingen moeten voldoen. “Die beogen de gelijke behandeling van beleggers en willen de marktintegriteit en -transparantie garanderen,” klinkt het. “Dit plaatst het feit dat België er niet zal in slagen deze richtlijn tijdig om te zetten enigszins in perspectief.”

Een interministeriële economische commissie moet zich buigen over de omzetting. “De commissie heeft nog geen concrete richtlijnen ontvangen,” schetst de CBFA-woordvoerder. “Zoals dat wel meer gebeurt, zal de CBFA echter vanuit een technische invalshoek de beleidsverantwoordelijken een tekst bezorgen waarin een overzicht wordt gegeven van de verschillende opties.” Onze vraag aan minister van Financiën Didier Reynders (MR) hierover bleef onbeantwoord bij het ter perse gaan.

Volgens Philippe Lambrecht (VBO) legt de huidige wet perfect de regels vast. “Haast is in een complexe materie als de OBA een slechte strategie,” meent hij. “Ik pleit voor een sereen debat.” Van Hooghten wijst erop dat sommige landen de richtlijn wel en andere ze niet hebben ingevoerd. “De rechtstreekse werking schept onzekerheid, zeker bij grensoverschrijdende OBA’s, die in het huidige beursklimaat geen zeldzaamheid zijn.”

Zo zou een advocaat in een overnamedossier kunnen proberen de Belgische overheid erbij te betrekken, omdat diens passiviteit heeft geleid tot een regelgeving die afwijkt van het Europese kader. De richtlijn voorziet verder in een gedetailleerde procedure om te bepalen welke rechters bevoegd zijn. Het moment dat er sprake is van een openbaar bod wordt echter geregeld door de Belgische wet (in afwachting dat er een controlepercentage wordt vastgesteld, zoals de richtlijn eist).

“Er zijn te veel dubbelzinnigheden,” pleit Van Hooghten. “De enige manier om die weg te werken, is de implementatie van de richtlijn. En dan spreek ik me zelfs niet uit of die beschermend, dan wel liberaal moet zijn.”

Hans Brockmans

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content