Vermogensbeheer voor iedereen

Ilse De Witte
Ilse De Witte Redacteur bij Trends

Het geautomatiseerde vermogensbeheer houdt een democratisering in. Dankzij de technologische vooruitgang krijgen u en ik toegang tot vermogensbeheer. De instapdrempel is een tiende, of minder, van wat u nodig heeft om toegang te krijgen tot private banking.

De klassieke private banken krijgen meer en meer concurrentie van websites die beloven uw geld te beleggen tegen veel lagere kosten. Het fenomeen komt in België maar langzaam van grond. Er zijn slechts een handvol spelers actief in ons land. In de Verenigde Staten zijn ‘robotadviseurs’ wel ingeburgerd. De twee bekendste en grootste Amerikaanse spelers – Betterment en Wealthfront – beheren samen meer dan 6 miljard dollar en alle grote Amerikaanse banken proberen een eigen platform te lanceren om een graantje mee te pikken van deze pijlsnel groeiende markt.

We zetten voor u de belangrijkste troeven en eigenaardigheden op een rij van vijf spelers op de Belgische markt.

PRITLE

– Instapdrempel: 10 euro

– Kosten platform: 0,5 procent van uw vermogen tot 250.000 euro, vanaf 250.000 euro gratis

– Kosten beleggingen: ongeveer 0,2 procent jaarlijkse kosten op het niveau van onderliggende fondsen

– Beleggingen: Passief en actief beheerde beleggingsfondsen van Vanguard, State Street, Schroder, BNP Paribas en BlackRock.

Op de Belgische markt springt de Nederlandse vermogensbeheerder Pritle in het oog met “vermogensbeheer vanaf 10 euro inleg”. “We vinden het belangrijk dat vermogensbeheer voor iedereen toegankelijk is. Daarom kan je gemakkelijk inschrijven en houden we de kosten zo laag mogelijk. We zien echter in de praktijk dat de meeste klanten binnen de zes maanden bijstorten. Het gemiddelde vermogen van onze klanten is vandaag 8500 euro”, zegt stichter en CEO Thomas Bunnik.

De andere spelers hanteren een minimuminleg van 5000 tot 15.000 euro. Bij Van Lanschot loopt er nog tot eind juni een tijdelijk aanbod, zonder de eenmalige advieskosten van 100 euro en met een lagere instapdrempel van 1000 euro, wat nog altijd 100 keer meer is dan wat Pritle als minimuminleg vraagt.

– Geen effectenrekening: “Wij bundelen de stortingen van al onze klanten en storten één keer per dag het geld door”, legt Bunnik uit. “Wij kloppen rechtstreeks bij de fondsenhuizen aan voor deelbewijzen van passief en – uitzonderlijk – actief beheerde beleggingsfondsen. Zo omzeilen we de beurs en besparen we de transactiekosten die andere spelers aan de beurs betalen. Die fondsen rekenen op hun beurt 0,2 procent beheerskosten aan, wat automatisch van de waarde van de fondsenportefeuille gaat.”

Hij legt uit dat Pritle op een heel andere manier werkt dan de Belgische vermogensbeheerders, waar u een effectenrekening opent en deelbewijzen van fondsen in uw bezit krijgt. De effecten op uw effectenrekening blijven altijd uw eigendom en kunnen bij een faillissement van de bank niet verloren gaan. Er is in België een bescherming ter waarde van 20.000 euro voorzien, voor het geval u het slachtoffer van fraude wordt.

“Onze klanten schrijven geld over op de rekening van Stichting Pritle, die de orders doorgeeft en de klanten uitbetaalt wanneer ze dat wensen. Het is een stichting zonder commerciële doeleinden, die losstaat van de uitbater van het platform Pritle N.V. De klanten hebben een vordering op Stichting Pritle, die op haar beurt een vordering heeft op het beleggingsfonds. De stichting houdt een nauwkeurige administratie bij van alle stortingen en van de deelbewijzen waarop al die stortingen recht geven. Eén keer per jaar controleert een externe accountant die administratie en bezorgen wij het rapport van de accountant aan de Nederlandse toezichthouders.”

Bunnik voegt eraan toe dat zo’n constructie in Nederland gebruikelijk is. De onlinebroker Degiro maakt er ook gebruik van. “Deze manier van werken is goedgekeurd door de Nederlandse toezichthouders. De stichting heeft nagenoeg geen kosten, werkt zoals een bewaarbank of custodian en heeft bovendien 125.000 euro reservekapitaal”, zegt Bunnik. Als er toch iets zou mislopen, kan u een beroep doen op het Nederlandse Beleggers Compensatie Stelsel voor een compensatie tot maximaal 20.000 euro, lezen we op de website van Pritle.

Uw fondsenportefeuille overdragen naar een andere bank kan u niet. U kan enkel de cash opvragen, wanneer u ontevreden bent van het beheer.

– Belastingen: Bunnik vertelt er ook bij dat de klanten bij Pritle de beurstaks vermijden, die u wel zou betalen als u de fondsen zou kopen via een Belgische broker. De meerwaardebelasting op obligatiefondsen die intresten herinvesteren, is wel van toepassing. U moet die inkomsten zelf aangeven aan de fiscus, maar Pritle zal u de nodige informatie verstrekken via de jaarrapportage om uw belastingbrief correct in te vullen. Er is daar geen voorafgaand akkoord met de Belgische fiscus over afgesloten, wat bijvoorbeeld wel het geval is bij Van Lanschot (zie hieronder). “We hebben dat door een Belgische fiscalist laten uitzoeken en we zijn 100 procent zeker dat dit de juiste benaderingswijze is”, reageert Bunnik.

Volgens fiscaal advocaat Anton van Zantbeek zou een ruling met de Belgische fiscus meer zekerheid bieden over de door de Belgische klanten verschuldigde belastingen. Hij legt uit dat stichtingen in Nederland op twee manieren kunnen werken. “Ofwel krijgen de klanten een schuldvordering op de stichting, ofwel krijgen ze een-op-een- certificaten van de onderliggende activa. In het eerste geval moeten ze volgens mij 27 procent roerende voorheffing betalen op al hun inkomsten boven hun oorspronkelijke inleg, alsof het allemaal intresten zijn. In het tweede geval moeten ze de belastingen betalen alsof ze de activa daadwerkelijk bezitten.”

Selectie van beleggingen: De samenstelling van de portefeuille hangt af van het klantenprofiel (zeer defensief, defensief, neutraal, offensief en zeer offensief) en de doelen die u heeft aangemaakt (bijvoorbeeld de aankoop van een vakantiehuis of de studie van uw kinderen). Die profielen bepalen de bandbreedte waarbinnen u kan opereren. Naarmate het doel dichterbij komt, zal het risico automatisch afgebouwd worden, tenzij u het risico aanpast. Als uw vermogen meer dan 15 procent afwijkt van het groeipad om uw doel te bereiken, krijgt u een waarschuwing dat u moet bijstorten. De portefeuille wordt automatisch en kosteloos geherbalanceerd, zodat de portefeuille niet te ver afwijkt van de oorspronkelijke samenstelling.

Pritle maakt gebruik van dertien passieve en twee actieve beleggingsfondsen (grondstoffen en geldmarkt). Bunnik: “We vertrekken van de vaststelling dat 95 procent van de actief beheerde beleggingsfondsen er niet in slaagt over een periode van tien jaar beter te presteren dan de markt. Dan kan je je beter die hogere beheerskosten voor actief beheerde fondsen besparen.” De acht passieve aandelenfondsen worden beheerd door BlackRock (4) en Vanguard (4). De vier obligatiefondsen worden beheerd door BlackRock (2) en State Street (2). Daarnaast is er nog een vastgoedfonds van BlackRock, een grondstoffenfonds van Schroder en een geldmarktfonds van BNP Paribas.

MEDIRECT

– Instapdrempel: 5000 euro

– Kosten platform: MeDirect rekent u minder kosten aan als u meer vermogen aan de bank toevertrouwt. Het begint bij 0,61 procent voor vermogens van 5000 tot 20.000 euro en eindigt bij 0,3 procent voor vermogens vanaf 100.001 euro.

– Kosten beleggingen: de lopende kosten (zoals de beheerskosten) van de onderliggende fondsen gaan automatisch van de waarde van uw deelbewijzen af. Het geafficheerde rendement van de fondsen houdt rekening met die kosten.

– Beleggingen: actief beheerde beleggingsfondsen die de inkomsten herinvesteren (kapitalisatie). De bank werkt voor de selectie samen met Morning-star, een autoriteit in fondsen. De klanten worden onderverdeeld in vijf profielen (defensief, gematigd, stabiel, groei en dynamisch) en in functie van elk profiel wordt een modelportefeuille van elf tot twaalf fondsen opgemaakt.

“Wij beheren deze portefeuille voor u en herbalanceren indien nodig”, staat te lezen op de website. “Zo’n herbalancering is raadzaam als één bepaald fonds gevoelig in waarde stijgt tegenover andere fondsen in uw portefeuille.” MeDirect voegt eraan toe dat het geregeld herbalanceert, maar enkel als het echt nodig is.

– Belastingen: bij elke verkoop van deelbewijzen van een kapitalisatiefonds, en dus ook bij de herbalanceringen, betaalt u 1,32 procent beurstaksen, met een maximum van 2000 euro. Daarnaast betaalt u bij de verkoop van deelbewijzen van fondsen, die meer dan 25 procent obligaties in portefeuille hebben, een meerwaardebelasting van 27 procent op alle inkomsten uit het obligatiegedeelte. Die belastingen worden automatisch door MeDirect afgehouden.

EASYVEST

– Instapdrempel: 5000 euro

– Kosten platform: voor 5000 euro betaalt u geen kosten, voor 5001 tot 24.999 euro betaalt u 1 procent beheerskosten. Verder geldt: hoe groter uw vermogen, hoe minder u betaalt. Voor vermogens vanaf 250.000 euro is er een minimumfee van 0,5 procent.

– Andere kosten: ongeveer 0,3 procent beheerskosten bij de onderliggende trackers

– Beleggingen: een beursgenoteerd fonds, of tracker, die de prestaties van de wereldbeurzen nabootst, en een tracker die hetzelfde doet voor de prestaties van staatsobligaties uit de eurozone. Er zijn tien portefeuilles, verbonden aan tien risicoprofielen, die telkens een verschillend gewicht geven aan de aandelen- en de obligatietracker. Daarnaast houdt Easyvest in elke portefeuille 2 procent cash aan. Wanneer de gewichten na verloop van tijd te ver afwijken van het startpunt, krijgt u de vraag of u wilt herbalanceren. Als u bevestigt, dan doet Easyvest het nodige.

De logica achter deze beleggingsstrategie legt stichter en CEO Matthieu Remy uit op zijn website: “Het is niet nodig aandelen te selecteren of te proberen de markt te kloppen. Surf gewoon mee op de markt, vergeet alle geruis van financiële goeroes en focus op het bouwen van uw rijkdom op lange termijn.” De website is voorlopig enkel in het Frans en het Engels beschikbaar.

Easyvest heeft een vergunning als bankagent van Leleux Associated Brokers, die de nodige ondersteuning biedt voor de uitvoering van de transacties. ING is de bewaarbank.

– Belastingen: bij elke aan- of verkoop van de trackers, en dus ook bij de herbalanceringen, betaalt u 0,27 procent beurstaksen. Daar komt nog een meerwaardebelasting van 27 procent bij in het geval van de obligatietracker.

KEYTRADE BANK

– Instapdrempel: 15.000 euro

– Kosten platform: 0,91 procent

– Kosten beleggingen: de beheerskosten van de onderliggende trackers, die verrekend worden in de koers

– Beleggingen: twaalf trackers van ETF Securities, BlackRock en Amundi die respectievelijk de prestaties spiegelen van goud, industriële metalen, aandelen (eurozone, VS, Japan, opkomende markten, Zuidoost-Azië), staats- en bedrijfsobligaties (eurozone en opkomende markten), hoogrentende en inflatiegebonden obligaties. “Uit talrijke onderzoeken blijkt dat 90 procent van het rendement wordt verklaard door de balans tussen de grote beleggingscategorieën (aandelen, obligaties, grondstoffen, cash). Dus niet, zoals velen denken, door individuele aandelen te kopen (‘stock picking‘)”, staat te lezen in de commer-ciële brochure.

De bank maakt gebruik van software van Gambit om de beleggingsprofielen aan te maken, de portefeuilles te optimaliseren en de risico’s te beheersen. Er zijn tien portefeuilles met verschillende risiconiveaus, van heel defensief tot heel agressief. Een comité van zes experts onder leiding van Geert Van Herck, hoofdstrateeg van Keytrade Bank, bepaalt welke trackers in de portefeuilles zitten en welke gewichten ze krijgen. Als een portefeuille afwijkt van de “efficiënte grens”, dan wordt er geherbalanceerd via de algoritmes van Gambit.

– Belastingen: bij elke aan- of verkoop van de trackers, en dus ook bij de herbalanceringen, betaalt u 0,27 procent beurstaks. Daar komt nog een meerwaardebelasting van 27 procent bij in het geval van de obligatietrackers.

EVI

– Instapdrempel: 1000 euro tot 30 juni, daarna 10.000 euro

– Kosten platform: geen

– Kosten beleggingen: 1,3 à 1,4 procent jaarlijks lopende kosten, waarvan 0,95 procent beheerskosten voor het profielfonds die automatisch van de intrinsieke waarde van het fonds gaan.

– Beleggingen: individuele aandelen, obligaties, fondsen verpakt in een huisfonds.

Van Lanschot is voorlopig de enige traditionele vermogensbeheerder die zich met Evi op het internet waagt. “Ik geloof niet in een 100 procent onlineverhaal”, bekent Patrick Vande Kerckhove, directeur customer experience bij Van Lanschot. “Je merkt dat die fintechspelers hun weg nog aan het zoe-ken zijn. Wij wenden voor ons internetplatform Evi de kennis aan die we over de jaren heen in de private bank hebben opgebouwd. De klanten van Evi investeren in dezelfde profielfondsen als de klanten van Van Lanschot, naar gelang van hun risicoprofiel. Voor vergelijkbare vermogens zijn de kosten van het fonds even hoog, of ze nu via het internet of via het kantoor klant zijn. De onlineklanten kunnen ook telefoneren naar ons contactcenter, als ze nog vragen hebben.”

– Een profielfonds: Het vertrekpunt bij Van Lanschot is een simulatie van de aangroei van uw vermogen, afhankelijk van het profiel dat u kiest, de looptijd, het startkapitaal, de bijstortingen of de opnames die u de komende jaren wil doen. “We gaan bij die simulaties niet voort op de historische rendementen, zoals veel van onze concurrenten doen, maar van de verwachtingen van onze strategen”, legt senior vermogensbeheerder Pieter De Knock uit. “We willen geen onrealistische verwachtingen scheppen. Obligaties hebben de voorbije vijf jaar zeer veel opgebracht, door de aanhoudende rentedaling, maar wij verwachten dat ze de komende vijf jaar veel minder in het laatje brengen.”

De klanten bepalen zelf hun profiel (zeer laag risico, laag risico, neutraal, hoog risico, zeer hoog risico). Daarna vullen ze een vragenlijst in over hun risicobereidheid, hun vermogen en hun kennis over beleggen. Aan de hand van de antwoorden adviseert Evi u een bepaald risicoprofiel, maar u kan dat advies ook naast u neerleggen en een ander profiel kiezen. “We houden de klanten een spiegel voor”, zegt Vande Kerckhove. “Het is goed om daar even bij stil te staan. Je wil niet weten welke discussies ik soms bijwoon tussen echtgenoten die van mening verschillen over hoeveel geld ze maandelijks uitgeven of hoeveel risico ze willen nemen.”

Bij elk profiel hoort een profielfonds. Nadat u een profiel hebt gekozen, kan u zien welke effecten er in het bijbehorende profielfonds zitten. De beheerskosten van de profielfondsen bedragen 0,95 procent. Daar komen afhankelijk van het fonds nog kosten bij, zoals de kosten voor de transacties die het fonds uitvoert. Als klant kan u zien hoe uw profielfonds gespreid is over regio’s, over sectoren en aan welke munten u blootstelling heeft.

– Belastingen: “Dit profielfonds is slechts een strik, die wij rond ons vermogensbeheer leggen. Fiscaal is dit de meest voordelige formule voor onze klanten”, legt Patrick Vande Kerckhove uit. Het profielfonds keert alle inkomsten uit de obligaties in het fonds jaarlijks uit. “Dat betekent dat u één keer per jaar de intresten, maar ook eventuele meerwaarden op obligaties, op uw rekening krijgt gestort. Op die uitkering betaalt u 27 procent roerende voorheffing. De dividenden van de aandelen herinvesteren we. Omdat we het zo aanpakken, moet u geen meerwaardebelasting meer betalen bij de verkoop van uw profielfonds. We hebben daarover een ruling met de Belgische fiscus afgesloten. Normaal gezien betaalt u bij gemengde fondsen die in aandelen en obligaties beleggen 27 procent belasting op de meerwaarde uit het obligatiegedeelte van het fonds of bij sommige fondsen zelfs op de volledige meerwaarde.”

Een ander voordeel van het fonds is dat het geen dubbele belasting moet betalen op bijvoorbeeld Franse of Nederlandse aandelen, terwijl u als particulier wel twee keer roerende voorheffing betaalt: een keer in het land van oorsprong (bron) en een keer in België. “Er zitten 68 buitenlandse aandelen en twee Belgische aandelen in het fonds”, voegt De Knock eraan toe. “Als u rechtstreeks in de onderliggende individuele aandelen van het profielfonds zou investeren, dan zou u slechts een nettodividendrendement van 2,2 procent overhouden, terwijl het fonds 3,2 procent dividendrendement incasseert.”

Er is ten slotte geen beurstaks verschuldigd bij de aan- of de verkoop van deze profielfondsen, omdat het om een distributievariant gaat en omdat u rechtstreeks met de beheerder handelt. Het is enkel bij aan- en verkopen van fondsen of trackers via de beurs dat u beurstaksen moet betalen.

– Selectie van beleggingen: De samenstelling van de portefeuille hangt af van profiel tot profiel. De beheerders van Van Lanschot investeren vooral rechtstreeks in Europese en Noord-Amerikaanse aandelen. In Japan en de opkomende markten investeren ze via trackers. Voor vastgoed en grondstoffen doen ze een beroep op gespecialiseerde en actief beheerde beleggingsfondsen. Overheidsobligaties kopen ze zelf aan. Bedrijfsobligaties bespelen ze via trackers en een actief beheerd fonds. De rode draad doorheen die beleggingen: voor de beleggingen waarin ze niet thuis zijn, besteden ze het beheer uit aan derde partijen.

Ilse De Witte

“Wij kloppen rechtstreeks bij de fondsenhuizen aan. Zo omzeilen we de beurs en besparen we de transactiekosten” – Thomas Bunnik, Pritle

“Surf gewoon mee op de markt, vergeet alle geruis van financiële goeroes en focus op het bouwen van uw rijkdom op lange termijn” – Matthieu Remy, Easyvest

“Uit talrijke onderzoeken blijkt dat 90 procent van het rendement wordt verklaard door de balans tussen de grote beleggingscategorieën. Dus niet, zoals velen denken, door individuele aandelen te kopen” – Keytrade Bank

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content