Verkopen of naar de beurs? “Zeg nooit, nooit.”

Verzekeringsmakelaar Vanbreda blaast zeventig kaarsjes uit. Nieuwe structuren, nieuwe expansie-plannen en nieuwe toplui in een bijna nieuw kantoorcomplex loodsen de verzekeringsmakelaar naar internationale oorden.

Een boelwerf is het niet, wel een kluwen van bestelwagens, boorapparatuur en vals zingende werklui. Exact veertig jaar nadat de Van Breda’s hun intrede deden in hun gebouw, zal het kantorencomplex in een nieuw jasje steken. Verzekeringsmakelaar Vanbreda zal het ganse complex in beslag nemen. Bank J. Van Breda & Co verhuisde naar een andere stek. Want Vanbreda is Van Breda niet (zie kader).

Vanbreda heeft vandaag iets met jaarfeesten: veertig jaar in hetzelfde hoofdkantoor, zeventig jaar geleden opgericht. Mark Leysen, de overblijvende familietelg in het operationele management, werkte de jongste jaren hard aan de verdere defamilialisering van het management. In 2003 nuanceerde de makelaar de naam Van Breda in Vanbreda en vorig jaar kreeg de transparantie een heuse boost toen de commanditaire vennootschap werd hervormd in twee nv’s: Vanbreda Risk & Benefits en Vanbreda International. De nv’s blijven wel onder de financiële hoede van de Comm. V Unibreda, die volledig in handen is van de families Leysen en Van Antwerpen. “De twee nv’s zullen eind 2007 waarschijnlijk afklokken op een omzet van 95 miljoen euro en rond de 14 miljoen euro winst boeken”, voorspelt Mark Leysen. “We zijn een financieel gezond bedrijf, hebben geen bankschulden en zijn in staat een organische groei van zes procent neer te zetten. Dat telt toch.”

Van Antwerpen tot Brussel

Vanbreda Risk & Benefits is in eigen land de zichtbaarste tak. De verzekeringsmakelaar profileert zich naar middelgrote en grote bedrijven als makelaar, consultant en administrator. Dat laatste, waarbij backofficeactiviteiten worden overgenomen van klanten, is een snelgroeiende activiteitentak. “Alles wat maar enigszins te maken heeft met verzekeren of risicobeheer van een onderneming en zijn personeelsleden, doen wij. Behalve het risico zelf dragen”, legt Leysen uit. Hij is zelf tot op vandaag directievoorzitter van Vanbreda Risk & Benefits. In het vakjargon heet het dat Vanbreda zich toespitst op property & liability en collectieve regelingen voor pensioenen, overlijden, invaliditeit en medische kosten.

Vanbreda Risk & Benefits profileert zich als een Beneluxmakelaar met kantoren in Antwerpen, Hasselt, Luxemburg, Rotterdam en recent in Brussel. Belangrijkste concurrenten zijn Marsh en Aon, die samen met Vanbreda de topdrie in hun sector uitmaken ( nvdr- VanBreda is nummer twee voor Aon en na Marsh). De groei van Vanbreda Risk & Benefits gebeurde voornamelijk organisch met Hasselt en Rotterdam als uitzonderingen. “We kijken naar opportuniteiten, hoewel we niet in de markt zitten om per se te kopen. Dat geldt voor België, maar minder voor Nederland waar we de ambitie hebben om op korte tijd de capaciteit te verdubbelen”, vertelt Luc Peeters, directeur Risk Services. Het aantal potentiële prooien is klein. “Er zijn weinig koopopportuniteiten”, bevestigt Leysen. “In Wallonië hebben we ze allemaal afgelopen. Figuurlijk dan. Er zijn er natuurlijk die ons interesseerden, maar die wilden dan weer niet verkopen. En zij die willen, proberen natuurlijk duur te verkopen. We willen een correcte prijs betalen maar geen overdreven.”

Brussel is een lang doordacht project. De grote concurrenten Marsh en Aon, twee internationale makelaars, hebben er een sterke uitvalsbasis. De backoffice blijft in Antwerpen, de frontoffice wordt gedragen door francofone accountmanagers. “In Brussel doen we niet alles, maar gaan we gericht op zoek naar grote bedrijven met meer dan vijfhonderd werknemers, openbare instellingen, non-profitorganisaties zoals universiteiten, ziekenhuizen en internationale instellingen. We zoeken bedrijven met hoofdzetel in Groot-Brussel, Wallonië en het groothertogdom Luxemburg. Zij die letterlijk en figuurlijk moeilijk te bereiken zijn vanuit Antwerpen”, aldus Peeters.

De marktomstandigheden zijn vandaag niet de meest gunstige. Na een steile klim van de verzekeringspremies na 9/11, zijn deze de jongste jaren weer aan het dalen. Van Breda Risk & Benefits haalt twee derde van zijn inkomen uit commissies op die premies en ziet zo automatisch zijn inkomsten onder druk staan. “Ons grote voordeel is onze wendbaarheid”, claimt Peeters. “Onze organisatiestructuur is flexibeler dan de grote concurrenten.”

Maar die grote concurrenten hebben dan wel weer hun internationale achtergrond mee. “Vergeet het belang van EOS Risq niet”, countert Peeters. Vanbreda is stichtend lid van EOS Risq netwerk, dat samen met vijf andere Europese makelaars de vijfde plaats op de wereldranglijst bekleedt. In landen waar de andere partners actief zijn, wordt op deze een beroep gedaan. In andere landen investeren de partners gezamenlijk.

Van Kuala Lumpur tot China

De andere tak Vanbreda International is zijn achternaam waard want telt 290.000 internationaal verzekerden in 192 landen. International is marktleider van zijn targetmarkt: intergouvernementele organisaties, multinationale ondernemingen, ngo’s en diplomatenkorpsen, waaraan ze consultancy verlenen en de administratie mee verzorgen bij het afsluiten van hun employeebenefitsprogramma’s zoals medische kosten en pensioenplannen.

“International startte hier al mee in de jaren ’50 toen Europa vorm kreeg en de eerste IGO’s het licht zagen”, blikt Mark Leysen terug. “Vandaag worden er jaarlijks drie miljoen internationale ziektekostenrekeningen verwerkt in Antwerpen en Kuala Lumpur ( nvdr – deze afdeling werd opgericht in 2005 en telt vijftien werknemers) voor een bedrag van 370 miljoen euro per jaar.”

Maatwerk primeert, want elke organisatie heeft zo haar statuten en specifiek internationaal personeel. Contracten worden uitgeschreven aan de hand van grote aanbestedingen en de concurrentie is groot. De troefkaart van International is zijn eigen ziekenhuiskaart waarmee aangeslotenen bij een netwerk van 8000 ziekenhuizen terecht kunnen. “Het uitbouwen van het hele net van medical providers is een grote investering geweest, maar ze loont. Je hebt een positie op de markt die uniek is binnen de concurrentie”, vertelt Wouter Reggers, directeur International benefits.

Een hoog marktaandeel is geen bedreiging voor de groei. “De globalisering van de economie heeft voor ons enkel voordelen omdat er een zeer interessante paradox inzit”, aldus Reggers. “De economie globaliseert, maar de sociale zekerheid wordt steeds enger. Misschien als tegengewicht voor de globalisering. Met het gevolg dat de sociale zekerheid zich echt focust op wat er binnen de landsgrenzen gebeurt. Binnen Europa heb je wel een aantal grensoverschrijdende afspraken maar buiten de EU is er niets. We hebben daar een mooie niche van expats die regelmatig van werkplaats veranderen. Die hebben ook behoefte aan continuïteit op het vlak van sociale bescherming.” International verruimt ook zijn aanbod. “In het verleden werkten we enkel met groepspolissen, maar vandaag bieden we ook individuele expats dienstverlening aan.” En net als bij Risk & Benefits biedt de outsourcingsdrang door bedrijven interessant potentieel voor International.

Volgens Reggers worden de komende vijf jaren de posities ingenomen. Vandaag haalt International zijn omzet voor bijna 50 % in Europa, maar de internationale deur wordt steeds meer opengezet. “We gaan kosten maken, maar gericht en gestadig per regio. In elke regio waar we actief wensen te zijn, moeten we verzekeraars als partners zoeken. Elk land heeft zo zijn regelgeving. We zijn begonnen in Zuidoost-Azië en sinds anderhalf jaar zijn we ook actief op de Chinese markt waar we in januari 2008 een plan lanceren voor expats die naar China gaan en die het van daaruit willen beheren. Groot voordeel voor bedrijven: omdat het moeilijk is om winsten uit China te krijgen, maakt men er natuurlijk ook liever kosten. In 2008 komen de Perzische Golf, het Midden-Oosten en Noord-Afrika in het vizier.”

Enig struikelpunt voor de internationale plannen kan wel eens het personeel zijn. Vanbreda zoekt vijftalige medewerkers, vaak minstens met een bachelor op zak en de zoektocht is lastig. Leysen: “Een probleem wil ik dat niet noemen, wel een pijnpunt. De filosofie is toch niet dat wij de lat lager zouden gaan leggen. Als je na een jaar nog geen goed zicht hebt op je medewerker, mag je niet aarzelen om daar afscheid van te nemen. Al lachend zeg ik soms: enkel wijn wordt beter met ouder te worden.”

Zeven jaar ad interim

Mark Leysen is zelf 53. Vandaag is hij nog directievoorzitter van Vanbreda Risk & Benefits. “Het bedrijf is via een search op zoek naar een andere directievoorzitter. Ik doe dat ‘ad interim’ al zeven jaar. Het wordt nu wel tijd. We zijn echt aan het defamilialiseren met vooral externen in de raad van bestuur. Zelf zal ik via die raad nog mijn werk blijven doen.”

Vandaag heerst de filosofie in de groep dat aandeelhouders en managers niet meer dezelfde personen moeten zijn. Leysen: “De enige reden waarom we aarzelden om een nv op te zetten, was dat mensen in de buitenwereld zouden denken dat we verkocht zouden worden of naar de beurs zouden trekken. Maar er is geen reactie geweest.”

Gaan jullie naar de beurs? “Naar de beurs gaan. Waarschijnlijk nooit. Verkopen. Waarschijnlijk nooit. Maar zeg nooit, nooit. We zijn financieel gezond. Er staat nog een Comm. V boven de twee nv’s, die eigendom is van de twee families. In die Comm. V zit nog voldoende reserve, wat maakt dat opportuniteiten gekocht kunnen worden. Wat eventueel kan, wanneer management en aandeelhouder ernaar willen kijken, is dat we een samenwerkingsverband zouden opzetten. Dat willen we altijd bekijken. Dat is niet hetzelfde als verkopen, de families moeten niet verkopen.”

Door An Goovaerts / Foto Michel Wiegandt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content